Hygiëne: Hygiene and disease prevention Flashcards

1
Q

Virulentie =

w bepaald door

A

= ziekteverwekkend vermogen
bepaald door:
- pathogeniteit = kracht van pathogeen om te besmetten
- besmettelijkheid = gemakkelijkheid waarmee pathogeen overgaat op anderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

passieve immuniteit w voorzien door

A
  • placenta
  • dooier (antistoffen via eigeel)
  • colostrum (SU, RU & EQ krijgen geen antistoffen tdns dracht dus volledig afh van colostrum vr immuniteit)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

SPF kippen =

A

Specific Pathogen Free kippen -> mest van kippen w over kuikens gesproeid als bescherming tegen pathogenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Nurmi concept

A

Nurmi kwam met het idee om darminhoud van een gezonde kip over eendagskuikens te sproeien => SPF kippen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

voorbeeld van ziekte bij geboorte van biggen

A

staphylococcus hyicus -> behoort tot normale flora van zeug, mr is schadelijk voor biggen => roetbiggen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

voorbeeld van ziekte bij spenen van biggen

A

E coli => diarree, oedeem in hersenen => biggen ‘zat’ => slingerziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat bedoelt men met de incubatieperiode ?

A

= periode waarin je micro-org gaat uitscheiden zonder dat je symptomen vertoont = SUBKLINISCHE INFECTIE

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

latente dragers =

A

dieren die niet ziek zijn, mr wel nog drager

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

welke punten zijn belangrijk om transmissie van pathogenen te vermijden?

A
  • schoonmaken
  • desinfecteren
  • UV en T
  • verdroging (desiccation)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

standaard hygiënische maatregelen voor alle ziektes -> waar moet men rekening mee houden (10)

A
  • toegang tot bedrijf
  • compartimentalisatie: vuil en proper
  • opslag en afvoer van kadavers en mest
  • pest controle
  • hygiëne bij geboorte & spenen (risicoperiodes)
  • isolatie van zieke dieren, quarantaine
  • all in all out (niet in gesloten bedrijf)
  • hygiëne bij voederen
  • dierenverzorging
  • controles
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

basis hygiënische maatregelen mbt toegang tot het bedrijf

A
  • bedrijf moet volledig afgesloten zijn (poort => geen onverwachte bezoekers)
  • auto door ontsmettingsbad
  • voetbad bij binnengaan van stal -> voetbad moet breed genoeg en diep genoeg zijn en IN DE STAL
  • laarzen zonder diepe ribbels
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welk ontsmettingsmiddel w gebruikt in voetbad?

A

chloramine of natriumhydroxide (bijtende soda) of formol (best want vrij ongevoelig vr org contaminatie)
(geen javel!!!)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

verschil gesloten bedrijf vs gesloten kring

A

gesloten bedrijf = alles op bedrijf zelf
gesloten kring = dieren & voeder etc telkens van dezelfde bedrijven gehaald waarvan de hygiënische toestand gekend is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

SMEDI syndroom:

  • oorzaak
  • beletting
A

hygiene te goed => niet voldoende immuniteit!

veroorzaakt door entero virus => subklinische infectie TENZIJ je voor 1e x drachtig bent -> in geval van drachtig en besmet => verwerpingen (mummy geboorten)

beletting door snellere verspreiding van infectie => jonge zeugen he besmetting dan al eens doorgemaakt vooraleer ze vr het eerst drachtig w + verworpen biggen & placentas voederen aan zeugen vr opbouw immuniteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

karakteristieken goed desinfectans: (8)

A
  • goed wateroplosbaar
  • niet ontvlambaar
  • breed spectrum
  • sneller werking
  • niet stinken
  • compatibel met water
  • niet te gevoelig aan org contaminatie
  • niet te duur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

sterilisatie =

A

fysisch of chemisch proces dat al het microbiële leven, inclusief sporen, volledig vernietigd of verwijderd

(steriliteit = complete afwezigheid van leven)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

welke sterilisatiemethoden zijn er?

A
  • stoom
  • droge hitte
  • gas
  • straling
  • filtratie
18
Q

Steriliteit in farmaceutische industrie -> GMP =

A

Good Manufacturing Practices -> in farmaceutisch bedrijf w alles zodanig gecontroleerd dat alles zo goed geparameteriseerd is dat als je een 2e batch ve bep GM maakt, dat compleet hetzelfde is

19
Q

steriliteit in labo’s -> SOPs =

A

Standard Operating Procedures

20
Q

standaard methoden vr monitoring vd microbiële kwaliteit vd lucht

A
  • andersen apparaat -> zal een afgemeten volume lucht optrekken uit milieu en dat blazen op een agarbodemplaat -> incubatie
  • petrischaaltjes met agarbodem blootstellen aan atmosfeer -> micro-org of stofdeeltjes gaan op agarbodem zitten
21
Q

HEPA filtratie =

A

HEPA = High Efficiency Particulate Air -> HEPA filter gaat kiemen mechanisch verwijderen uit de lucht (mechanische sterilisatie lucht) (99,97% efficiënt in verwijderen van partikels groter dan 0,3 µm)

22
Q

stoomsterilisatie -> welk apparaat w gebruikt? -> leg werking uit

A

autoclaaf

  • werkt bij 2 bar (1 bar overdruk), KT 121°C
  • druk w 20-30min aangehouden (tijd gaat pas in als alle normale lucht verdreven is door stoom) => stoom = vochtige hitte => denaturatie van eiwitten => sterilisatie
23
Q

hoe weet je of alles goed verlopen is in autoclaaf?

A

biologische referentiemethode -> kleine verpakking met daarin zeer resistente bacillus stearothermophilus die sporen vormt -> deze verpakking w bij in autoclaaf gestoken -> als alles goed werkt moeten sporen van bacillus stearothermophilus vernietigd zijn (hoe zie je of het vernietigd is? groei bekijken op agarbodem -> mag niet groeien)

24
Q

voordelen van autoclaaf

A
  • snel
  • goedkoop
  • efficiënt
  • geen toxische residuen
25
Q

nadelen autoclaaf

A
  • enkel geschikt vr materialen die tegen de hitte ku

- niet geschikt vr olie bereidingen of andere stoffen die niet mengbaar zijn met H2O

26
Q

2 manieren van droge lucht sterilisatie

A
  • oven

- HEPA filter

27
Q

principe oven sterilisatie

A

oven = droge hitte => oxidatie van eiwitten

- hogere T en langere blootstelling dan bij stoomsterilisatie (2-4u bij 160-170°C)

28
Q

nadelen droge lucht sterilisatie

A
  • duur qua energie

- duurt langer

29
Q

manieren van gassterilisatie

A
  • ethyleen oxide sterilisatie

- formaldehyde fumigatie

30
Q

voordelen ethyleen oxide sterilisatie

A
  • hoge penetratie
  • verenigbaar met meeste materialen
  • steriliseert thermolabiele materialen (= materialen die niet bestand zijn tegen warmte)
31
Q

nadelen ethyleen oxide sterilisatie

A

(ethyleenoxide = gevoelig vr contaminatie dr organisch materiaal)

  • explosie risico
  • toxische residuen
32
Q

werking formaldehyde fumigatie

A
  • terrein hermetisch afsluiten
  • 20°C, RV 80%, 24u => denaturatie eiwitten
  • na 24u w ammoniumcarbonaat losgelaten => neutraliseert formol
33
Q

straling sterilisatie soorten

A
  • (alfa straling steriliseert niet)
  • beta straling
  • gamma straling
34
Q

eigenschappen van desinfectantia

A
  • verdunningseffect (hoeveel mag het desinfectant verdund w vooraleer het zn activiteit verliest?)
  • pH effect
  • effect van oppervlakte activiteit
  • aanwezigheid interfererende substanties
35
Q

waar moet je op letten als je iets gaat desinfecteren?

A

desinfectiemiddel dat je gebruikt mag niet corrosief zijn & mag niet geadsorbeerd w dr rubber of plastic of..

36
Q

als je voor antisepsis gaat moet je zorgen voor

A
  • snelle activiteit
  • stoffen met irriterende eig zoals ethanol vermijden
  • gebruikte middel mag niet gedeactiveerd w dr organisch materiaal
37
Q

COSHH =

A

Control Of Substances Hazardous to Health

38
Q

desinfectie van mesthoop: bio desinfectie

A

= composteren => mesthoop zal beginnen fermenteren

mesthoop is best 1-2m hoog
dampen = aanwijzing dat bio desinfectie in werking is

39
Q

desinfectie van mesthoop: chemische desinfectie -> welk middel gebruikt men?

A
  • 2% NaOH

- MeBr (maar is giftig dus verboden)

40
Q

desinfectie van drijfmest: fysische methode

A

verwarmen, drogen

water eruit halen

41
Q

desinfectie van drijfmest: chemische methode

A

gebruik NH3 of formol