Hoorcollege 2 Flashcards
De hersenen zijn flexibel
De hersenen hebben een structuur maar zijn geen statisch orgaan.
- Hersen weefsel heeft het vermogen om zich aan te passen.
Neurale plasticiteit
het vermogen van het brein om zich aan te passen
‘Brain body orientation’
locatie van hersengebieden met het gezicht als referentie
Dosaal
Dorsum; gericht naar de rug
Ventraal
Venter; gericht naar de buik
Mediaal
Medialis; gericht naar het midden
Lateralis
Lateralis; gericht naar de zijkant
Anterieur
anterior; gericht naar voren
Posterieur
Posterior; gericht naar achteren
‘Spatial orientation’
de locatie van hersengebieden in relatie tot andere delen van het lichaam
Rostraal
Rostrum; gericht naar de bek
Caudaal
caudum; gericht naar de staart
Superieur (Spatial orientation)
Superior; gericht naar boven (als je superieur bent recht je je rug, rug wijst naar boven bij dieren)
Inferieur
inferior; gericht naar onder
Welke maken een hoek van 90* in het ruggenmerg?
Dorsaal en ventraal
‘Anatomical oriëntation’
richting van doorsnede of secties van het brein vanuit het perspectief van de toeschouwer
Coronal
Front view
horizontal
dorsal view
Sagittal
medial view
Anatomie van de bescherming van hersenen (van buiten naar binnen)
- Schedel
- Dura mater (harde hersenvlies)
- arachnoid layer (spinnenwebvlies)
- pia mater (zachte hersenvlies)
- subarachnoid space (cerebrospinal vloeistof)
Meninges
- Dura mater
- Archnoid layer
- Pia mater
- zo wordt ook het ruggenmerg beschermd
Central nervous system (CNS) bestaat uit
- het brein
- ruggenmerg
Ischemisch CVA
- herseninfarct (80%)
Afsluiting van bloedvat door bloedprop of vernauwing (leidt tot lokaal zuurstoftekort)
Hemorragisch CVA
- hersenbloeding (20%)
bloeduitstorting in de hersenen door opengebarsten of gescheurd bloedvat
De hersenen gezien vanuit de buitenkant
- Cerebrum ‘grote hersenen’
- Cerebellum ‘kleine hersenen’
- Hersenstam
Algemeen principe van de hersenen buitenkant
Hoe hoger een structuur fysiek in de hersen ligt, des te ‘hoger’ de functie (meer complex en geïntegreerd)
Cerebrale cortex
‘Hersenschors’
Gyrus (Cerebrale cortex)
bocht, winding
Sulcus (cerebrale cortex)
groef
Fissure (cerebrale cortex)
diepe groef
Binnen de hersenen
Grijze stof; zenuwcellen (geen isolerende laag)
Witte stof; zenuwvezels (isolerende laag, myeline)
Reticulaire stof; netvormig (mix van vezels en cellen)
Corpus callosum
hersenbalk
Ventrikelsysteem - cerebrospinale vloeistof CSV
vier met elkaar verbonden holtes gevuld met CSV.
1e en 2e = laterale ventrikels, een in elke hemisfeer, verbonden met 3e ventrikel.
3e ventrikel = in diencephalon ‘tussenhersenen’, tussen rechter en linker thalamus, verbonden met 4e ventrikel via cerebrale cortex
Functie van het ventrikelsysteem
ondersteunen van metabolisme, afvoeren van afval stoffen en beschermen van hersenweefsel
Indeling van het zenuwstelsel
- Centraal nervous system
Brein
Ruggenmerg
Peripheral netvouw system
deel van het CZS die het brein connect met het ruggenmerg naar de rest van het lijf.
- sensorische connecties (sensorische receptoren)
- Motor connections (spieren)
- Autonomic connection (organen)
Functie CZS
reguleert gedrag
Anatomie Somatic netvouw system (SNS)
- cranial nerves
- spinal nerves
Functie SNS
vervoerd sensaties, produceert beweging
autonomic nervous system (ANS)
balanceert internal functions
bestaat uit;
- sympathetic division (arousal)
- parasympathie division
Telencephalon (end brain)
Neocortex, basale ganglia, limbic system, olfactory bulb en lateral ventrikels
Diencephalon (between brain)
Thalamus, hypothalamus, pituitary gland, pineal body, third verntrikel
Mensencephalon
tectum, tegmenjtum, cerebral aquaduct
Metencephalon (across brain)
cerebellum, pons, fourth ventrikels
Myelencephalon (spinal brain)
medulla, oblogonta, fout ventrikels
encephalon betekend
in het hoofd
anatomie van hersenen van onder naar boven
- spinal cord/ruggenmerg
- hersenstam
- fore brain / grote hersenen
hersenweefsel bestaat uit twee type cellen
neuronen; primaire functies
Gliacellen; ondersneuning
axonen
verbinden zenuwcellen met zenuwvezels
tractus
bundel zenuwvezels binnen het CZS
zenuw
bundel zenuwvezels buiten het CZS
Ruggenmerg is opgedeeld in segmenten
Binnenkant = grijze stof (zenuwcellen)
Buitenkant = witte stof (zenuwvezels)
(dit is andersom dan in het hersenweefsel)
Vijf segmenten van het ruggenmerg
- Cervicaal
- Thoracaal
- Lumbaal
- Sacraal
- Coccygeaal
Sensorische zenuw
binnen komend, afferent
- verstuurd info van de huid, gewrichten, spieren naar het ruggenmerg toe
Motorische zenuw
uitgaand, efferent (e van exit)
- verstuurd info naar de spieren in een bepaald deel van het lichaam
Dematoom
lichaamsonderdeel, bevat twee ruggenmerg zenuwen
Ruggenmerg zenuwen van de wet van Bell en Magendie
Dorsale/posterieure hoorn
- sensorisch afferent
- pijn, temperatuur, tast
Ventrale/anterieure hoorn
- motorisch efferent
- aansturen spieren, relfexen
Bilaterale paren
bevinden zich aan beide kanten,
ruggenmergszenuwen zijn bilaterale paren en bevinden zich aan beide kanten van het ruggenmerg
Olfactorius (hersenzenuw)
reuk
Opticus (hersenzenuw)
zicht
oculomotorieus (hersenzenuw)
oogbeweging
Frochlearis (hersenzenuw)
oogbeweging
Frigmeminus (hersenzenuw)
gevoel in gezicht en beweging kauwspieren
Abducens (hersenzenuw)
oogbeweging
facialis (hersenzenuw)
bewegingen van gelaatsspieren (expressie)
vestibulocochlearis (hersenzenuw)
gehoor en evenwicht
Glossopharyngeus (hersenzenuw)
tong en farnyx (keel, beweging en sensatie
agus (hersenzenuw)
hartslag, bloeddruk, ingewanden, beweging van farnyx (keel) en larynx (strottenhoofd)
Accessorius (hersenzenuw)
nek- en halsspieren
Hypoglossus (hersenzenuw)
tongspieren
Aangezichtsverlamming van Bell
ontsteking in de hersenzenuw - nervus facialis
door een zwelling -> compressie -> gedeeltelijk verlies van functies
Sympathische divisie (AZS)
“fight or flight”
- stimulerend, activeren en opwinding
- Pregangionale vezels - kort
- Postganglionaire vezels - lang
Parasympathische divisie (AZS)
“rest and digest”
- inhalerend; relaxen, voedselverteren
- Preganglionaire vezels - lang
- postganglionaire vezels - kort
Achterhersenen
Rhombencephalon
- met name motorische functies
Midden hersenen
mesencephalen
- sensorische functies
Tussenhersenen
diencephalon
- integratie van sensorische en motorische informatie
Pons (brug)
verbind het cerebellum met de rest van de hersenen
Medula en pons
vitale functies
Cerebellum
timing coördinatie van complexe bewegingen
Te weinig Substatia Negra
Parkinson
Thalamus (hamer)
integreert sensorische informatie en stuurt deze door naar specifieke gebieden in de cerebrale cortex (hersenschors)
Hypothalamus
onder de thalamus
- reguleert hormoonproductie bij hypofyse
- betrokken bij vrijwel alle aspecten van gedrag
ganglion
cluster neuronen
Basale ganglia
betrokken bij impliciet geheugen en controle bij coördinatie van vrijwillige motorische bewegingen
- werken als soort ‘volume knop’ door de kracht van beweging te controleren
Belangrijkste functies van de hersenen in erg algemene zin
- perceptie - waarneming
- intergratie van informatie, creëren een perceptuele wereld
- actie - gedrag