Hoofdstuk 6 Deel 1 Flashcards
Agisme
Een vorm van discriminatie waarbij onterecht onderscheid wordt gemaakt tussen mensen op grond van leeftijd criteria
Aristocratie
Een kleine groepering, de hogere standen, die in de standen maatschappij de regerende elite vormen
Conjuncturele werkloosheid
Vorm van werkloosheid die voorkomt uit tijdelijke, kortcyclische schommelingen in de economie en die de vraag naar werknemers bij invloed
Diploma inflatie
Doordat steeds meer mensen onderwijs hebben genomen, kunnen werkgevers hogere Opleidingseisen stellen voor de banen.
Egalitarisme
Ideologie waarin de nadruk wordt gelegd op gelijkheid tussen individuen, klassen en standen
Functioneel anafalbeten
Mensen die wel enige scholing hebben gehad, maar die niet voldoende kunnen lezen en schrijven om zich staande te houden in de maatschappij
Glazen muur
Een metafoor voor de horizontale seksesegratie Op de arbeidsmarkt, die al in de opleiding begint
Glazen plafond
Een metafoor voor de seksesegratie op de arbeidsmarkt. Het glazen plafond beschrijft dat het voor vrouwen zeer moeilijk is om tot de top door te dringen, ondanks het feit dat er formeel gelijke kansen zijn
Intergeneratie mobiliteit
Het stijgen en dalen in sociale positie binnen een generatie ten opzichten van de ouders
Kastensysteem
Een combinatie van de standen in een gilde’s systeem dat veel al in Azië voorkomt. Ondanks dat het wettelijk is afgeschaft, werkt het in de praktijk nog steeds door, waardoor verschillende bevolkingsgroepen in de samenleving strikt gescheiden posities innemen