Hoofdstuk 3 Deel 1 Flashcards

1
Q

Cultuur

A

Het geheel van voorstellingen, opvattingen, kennis, waarden en normen dat mensen als lid van de samenleving overdragen en verwerven door middel van leerprocessen. Het gaat hier om niet materiële zaken die de mensen in de loop der tijd ontwikkeld hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Enculturatie

A

Het socialisatieproces waarin je je de cultuur van de samenleving waar je in op groeit eigen maakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Cultural lag

A

Een definitie ontleed aan Ogburn (1922) hij bedoelt hiermee het cultureel achterop raken doordat door moderne technische middelen de mogelijkheden zijn veranderd maar verouderde ideeën nog wel voortbestaan. Denk bijvoorbeeld aan het briefgeheim, dat door internet en e-mail een nieuwe dimensie heeft gekregen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hogere cultuur

A

Sociologisch beperkt omschrijving waarmee in het dagelijks taalgebruik kunst en andere hogere culturele zaken worden bedoeld. Het begrip wordt veel al gebruikt door een elite in de samenleving die vanuit zijn positie de mogelijkheden heeft invloed uit oefenen op het idee hoe het hoort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Cultureel kapitaal

A

Is de definitie van Bourdieu (1986) wordt hiermee de beheersing bedoelt van de culturele competenties die horen bij hoge sociale posities: weten hoe het hoort in de goede bagage hebben om mee te kunnen doen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Sociale reproductie

A

Families die vaak jaar lang zich bevinden in dezelfde sociale klassen. Dit omdat een persoon steeds erft van zijn ouders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Gezonken cultuurgoederen

A

Het bereikbaar worden van elite normen voor mensen uit lagere sociale klassen doordat het leven van de elite materieel dichterbij is gekomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Lagere cultuur

A

Het omgekeerde van hogere cultuur. En begreep uit het dagelijks taalgebruik waarmee wordt aangeduid dat het gaat om cultuur goederen die niet bijdragen aan het civilisatieproces

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Standenmaatschappij

A

Een benaming die verwijst naar de wijze waarop sociale groepen in het feodale tijdperk zich onderling verhielden en waarin voor al afkomst bepalend was voor de groep waartoe iemand behoort: adel, boeren en burgers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Civilisatieproces

A

In de definitie van de Duiste socioloog Elias (1978) wordt hiermee het proces bedoelt waarbij de gedragsregels in de westerse samenlevingen in de loop der eeuwen steeds verfijnder en gevarieerder werden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Informalisering

A

Het proces waarbij mensen steeds soepeler met regels omgaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly