Hoofdstuk 3 Deel 1 Flashcards
Cultuur
Het geheel van voorstellingen, opvattingen, kennis, waarden en normen dat mensen als lid van de samenleving overdragen en verwerven door middel van leerprocessen. Het gaat hier om niet materiële zaken die de mensen in de loop der tijd ontwikkeld hebben
Enculturatie
Het socialisatieproces waarin je je de cultuur van de samenleving waar je in op groeit eigen maakt
Cultural lag
Een definitie ontleed aan Ogburn (1922) hij bedoelt hiermee het cultureel achterop raken doordat door moderne technische middelen de mogelijkheden zijn veranderd maar verouderde ideeën nog wel voortbestaan. Denk bijvoorbeeld aan het briefgeheim, dat door internet en e-mail een nieuwe dimensie heeft gekregen
Hogere cultuur
Sociologisch beperkt omschrijving waarmee in het dagelijks taalgebruik kunst en andere hogere culturele zaken worden bedoeld. Het begrip wordt veel al gebruikt door een elite in de samenleving die vanuit zijn positie de mogelijkheden heeft invloed uit oefenen op het idee hoe het hoort
Cultureel kapitaal
Is de definitie van Bourdieu (1986) wordt hiermee de beheersing bedoelt van de culturele competenties die horen bij hoge sociale posities: weten hoe het hoort in de goede bagage hebben om mee te kunnen doen
Sociale reproductie
Families die vaak jaar lang zich bevinden in dezelfde sociale klassen. Dit omdat een persoon steeds erft van zijn ouders
Gezonken cultuurgoederen
Het bereikbaar worden van elite normen voor mensen uit lagere sociale klassen doordat het leven van de elite materieel dichterbij is gekomen
Lagere cultuur
Het omgekeerde van hogere cultuur. En begreep uit het dagelijks taalgebruik waarmee wordt aangeduid dat het gaat om cultuur goederen die niet bijdragen aan het civilisatieproces
Standenmaatschappij
Een benaming die verwijst naar de wijze waarop sociale groepen in het feodale tijdperk zich onderling verhielden en waarin voor al afkomst bepalend was voor de groep waartoe iemand behoort: adel, boeren en burgers
Civilisatieproces
In de definitie van de Duiste socioloog Elias (1978) wordt hiermee het proces bedoelt waarbij de gedragsregels in de westerse samenlevingen in de loop der eeuwen steeds verfijnder en gevarieerder werden
Informalisering
Het proces waarbij mensen steeds soepeler met regels omgaan