Hoofdstuk 5 Flashcards

1
Q

Wat betekent het woord Bijbel?

A
  • De Bijbel is het boek van de heilige geschriften van het christendom, waarbij het Eerste of Oude Testament ook het heilige boek van de jodden is. I, cursus een hermeneutische benadering, want christendom is strikt genomen geen ‘religie van het boek’, omdat in het christelijk geloof niet het boek van de Bijbel, maar de persoon Jezus Christus centraal staat.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat betekent het woord “canon” van boeken (zoals b.v. de Bijbel)?

A
  • De boeken die tot de Bijbel behoren vormen de canon. Wat er echt in de boeken staat: de canonieke bronnen: bv. Het Marcusevangelie, het Maettheüsevangelie.
    • Dit is historisch bepaald.
    • A. van der Kooij: “een gezaghebbende, autoritatieve status van boeken in bepaalde gemeenschappen, alsmede voor een collectie of deelcollectie van heilige boeken.
  • Er zijn ook niet-cannonieke bronnen: bv. het Thomasevangelie, evangelie van Maria.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De Bijbel heeft drie dimensies, de historische, de literaire en de theologische. Wat wordt bedoeld met

a. de historische dimensie

A
  • Door de religiewetenschap en historisch-kritische Bijbelwetenschap worden de boeken gebruikt als bronnen van de joodse en vroegchristelijke geschiedenis. Vandaag wordt wel algemeen aanvaard dat de Bijbelse boeken geen geschiedenisboeken in de hedendaagse zin van het woord zijn en wie uit die boeken historische informatie wil verkrijgen, zal zorgvoldig historisch-kritische criteria moeten toepassen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De Bijbel heeft drie dimensies, de historische, de literaire en de theologische. Wat wordt bedoeld met e literaire dimensie

A
  • Literatuurwetenschap: sommige Bijbelteksten = wereldliteratuur die de westerse cultuur tot in de kern heeft getekend. Er zijn dus ook betekenislagen die parallel zijn met die van literaire teksten.
  • Klassieke tekst: een tekst die ook buiten zijn ontstaanscontext in een andere tijd en een anere plaats betekenis kan hebben voor mensen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

De Bijbel heeft drie dimensies, de historische, de literaire en de theologische. Wat wordt bedoeld met de theologische dimensie?

A
  • Voor gelovige mensen is de Bijbel de openbaring van God = een geprivilegieerde plaats of mogelijkheid van Godsopenbaring. Tekst die autoriteit of nomativiteit heeft voor de geloofsgemeenschap of de individuele gelovige.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
  1. Welke vier dimensies heeft elke boodschap die mensen in een communicatie uitwisselen?
A
  1. De informatie
  2. De zelfopenbaring
  3. De relatie
  4. Het appel
  • Communicatie mag niet worden gereduceerd tot het uitwisselen van informatie. Wie met iemand in communicatie treedt, oenbaart telkens ook iets van zichzelf aan de communicatiepartner. Daarenboven wordt ook de rleatie van de communicatiepartners verder ontwikkeld.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
  1. De Bijbelse tekst kan worden gelezen als raam, spiegel en als icoon. Wat heeft dit te maken met de drie werelden van de tekst?
A
  • Raam: Literair-kritische benadering: aandacht naar de manier waarop de tekst zelf een narratieve wereld creëert door samenspel van personages. De wereld achter de tekst staat centraal. Ook historisch-kritische benadering bij teksten van het verleden.
  • Spiegel: Nadruk op de wereld van de lezer door de integratie van de wereld achter de tekst en de wereld van de tekst. De wereld van de leze mag niet buiten beschouwing worden gelaten. Zo werken ze mee aan hun eigen transformatie en de transformatie van de reële wereld waarin ze leven.
  • Icoon: ook beschouwd als een icoon dat ons toelaat in dialoog te treden met het mysterie dat zich openbaart. Literair icoon = dus niet icoon als visueel getekend beeld, maar als een door woorden in een tekst geprojecteerd beeld. Iconen zijn vensters op het heilige, op de wereld van God en het mysterie van de toekosmt die God voor de wereld op het oog heeft. Icoon in lijn van de symbooltheorie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

De Bijbelse tekst kan worden gelezen als in diachroon, synchroon en metachroon perspectief. Wat heeft dit te maken met de drie werelden van de tekst?

A
  • Diachronisch: in zijn historische relaties
  • Synchronisch: los van zijn historische relaties
  • Metachronisch: realiteit die een dynamiek ontwikkelt die telkens opnieuw vanuit het verleden via het heden naar de toekomst verloopt en die ook oog heeft voor de omgekeerde richting, voor een dynamiek die vanuit de toekomst op ons afkomt.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarop leggen historisch-genetische teksttheorieën de nadruk?

A
  • Beschouwen teksten als het resultaat van de intentie van hun auteurs en/of van hun redactoren. De nadruk ligt vooral op de wordingsgeschidenis, compositieproces van de teksten. Dat proces gebeurt via continue interpretaties ten gevolge van meningsverschillen en conflicten tussen verschillende groepen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarop leggen structuralistische teksttheorieën de nadruk?

A
  • Leggen de nadruk op de tekst zelf; Teksten worden gezien als gestrucureerde eenheden, als systemen van onder elkaar verbonden tekstimmanente elementen. Aandacht aan regels die de onderlinge relaties van die elemnten volgen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarop leggen communcatiegerichte teksttheorieën de nadruk?

A
  • Beschouwen teksten als belangrijke elementen in een communicatieproces. Teksten zijn de neerslag van communicatie tussen mensen. Zij geteuigen van de manier waarop mensen in het verleden met elkaar communiceerden of spreken hun potentiële lezers rechtstreeks aan. Lezers zijn toeschouwers van een communicatieproces tussen anderen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de vier dimensies van communicatie volgens Schulz von Thun (geen commentaar vereist)?

A
  1. De informatie
  2. De zelfopenbaring
  3. De relatie
  4. Het appel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke vier werelden zijn in elke communicatie aanwezig en welke beelden worden voor elke wereld gebruikt?

A
  • De wereld van de auteur: de wereld achter de tekst
  • De wereld van de tekst
  • De wereld van de lezers: de wereld voor de tekst
  • Antwoord prof:
    • Intussen zou ik willen voorstellen dat de “wereld vóór de tekst” nog eens uit twee werelden bestaat: ten eerste telkens de reëel bestaande wereld en ten tweede door de tekst beoogte alternatieve wereld vóór de tekst, de alternatieve, soms utopische wereld waarvan de auteur van de tekst hoopt dat ze werkelijkheid wordt en waarvoor hij de medewerking van de lezer inroept. De transformerende kracht van een tekst kan gezien worden in de manier waarop een tekst erin slaagt de reëel bestaande wereld te transformeren in de alternatieve wereld van de tekst. Als een tekst de droom van een alternatieve wereld waar iedereen gelijk is, bevat, dan zal deze tekst proberen de lezers te doen meewerken aan het tot stand komen van een wereld waar iedereen gelijk is.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat betekenen de woorden diachronisch, synchronisch en metachronisch in Bijbelinterpretatie?

A
  • Diachronisch: in zijn historische relaties
  • Synchronisch: los van zijn historische relaties
  • Metachronisch: realiteit die een dynamiek ontwikkelt die telkens opnieuw vanuit het verleden via het heden naar de toekomst verloopt en die ook oog heeft voor de omgekeerde richting, voor een dynamiek die vanuit de toekomst op ons afkomt.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke vier leeshoudingen onderscheidt Adele Reinhartz?

A
  1. Volgzame leeshouding: alleen de optie van een blind en kritiekloos vertrouwen op de tekst die aanvaard wordt als meester. Geloive mensen nemen meestal spontaan een volgzame leeshouding aan tegenover de Bijbel, maar dat is niet de meest adequate.
  2. Meevoelende leeshouding: leest de tekst met sympathie, daarbij accepteert men de dingen waar men mee akkoord gaat en sluit men de ogen voor dingen waarbij we niet akkoord zijn. Bv. collega op het werk.
  3. Opstandige leeshouding: lezen tegen de tekst in het perspectief van de underdog.
  4. Betrokken leeshouding: die is niet met alles akkoord maar eerlijk is en worstelt met de tekst en in dialoog treedt zowel met de aspecten waarmee men akkoord gaat als met de aspecten waar men zich tegen verzet. Dit is zoals een dialoog met een vriend.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Correleer met elke leeshouding een van de volgende vier woorden: collega, meester, vriend(in), vijand.

A

Leeshouding

Tekst als

Resultaat

Volgzaam

Meester

Harmonie

Opstandig

Vijand

Conflict

Meevoelend

Collega

Leven/laten leven

Betrokken

Vriend

Wederkerigheid/dialoog

17
Q

Welke types autoriteit onderscheidt men (geen commentaar vereist)?

A
  • Unilaterale of absolute autoriteit: ontleent haar macht aan externe factoren die niets met het onderwerp zelf hebben te maken dus bv. geweld.
  • Relatieve autoriteit is gebaseerd op interne factoren die tot de kern van het onderwerp zelf gaan. 2 subvormen:
    • Bewijsleverende: evidential
    • Onthullende: disclosive
18
Q

. Wat wordt bedoeld met onthullende (‘disclosive’) autoriteit? Geef twee voorbeelden.

A
  • Vorm van relatieve autorieit: Onthullende autoriteit is gebaseerd op affectieve op psychologische zelfopenbaring. Onthullende autoriteit richt zich tot mensen in de vorm van een appel dat ook verworpen kan worden.
    • Woord van God via de Bijbel heeft autoriteit en is een vriendschapsrelatie = dialoog. Woord van God is een metafoor.
  • Bewijsleverende: Rationele bewijzen die het verstand proberen te overtuigen = evidential. Niet gehoorzamen aan dat soort autoriteit is alleen mogelijk indien men haar claims rationeel kan ontkrachten.
19
Q

Welke vier uitdrukkingen worden in de theologie gebruikt voor de autoriteit van de Bijbel?

A
  • Voor gelovigen heeft de Bijbeel een autoriteit als Woord van God = metafoor.
    • Inspiratie, normativiteit, onfeilbaarheid en uniek gewijd karakter.
20
Q

. Waar krijgt de Bijbel haar autoriteit volgens de doctrinaire benadering?

A

Doctrinaire benadering: autoriteit van de Bijbel is gebaseerd op iets dat buiten de tijd ligt, met name door God gegeven wetten en decreten met eeuwigheidswaarde. Vaak wordt de autoriteit van de Bijbel of haar boodschap opgevat als een gevolg van iets dat in het verleden is gebeurd

21
Q

Waar krijgt de Bijbel haar autoriteit volgens de heilshistorische benadering?

A
  • Heilshistorische benadering: grondslag van de autoriteit van de Bijbel in het feit dat zij verhalen bevat over het ingrijpen van God in de geschiedenis:
    • Uittocht uit Egypte, leven en sterven en verijzenis van Jezus.
22
Q

Waar krijgt de Bijbel haar autoriteit volgens de benadering van de verbaalinspiratie?

A
  • De woordelijke inspiratie begrijpt de autoriteit van de Bijbels als gevolg van het feit dat God de schrijvers van de Bijbelse teksten in het verleden heeft geïnspireerd.
  • Daarenboven is er ook nog de opvattingen die de autoriteit van de Bijbel of veleer eht Woord van God vooral vastknopen aan iets dat telkens in het heden gebeurt, als iemand de tekst leest en interpreteert.
    • Volgens de Woord-theologie is het Woord van God niet de dode letter van de Bijbel, maar de levende persoon van Christus. Woord van God is het gebeuren waarin de lezer vandaag God ontmoet.
23
Q

Waar krijgt de Bijbel haar autoriteit volgens de toekomstgerichte benadering?

A
  • Paul Ricour: openbaring gebeurt in eht nieuwe zijn dat de Bijbel ontvouwt en is dus een dimensie van de toekomst. De bijbelse wereld (“le monde du texte”) is de plaats waar de tekst een alternatieve manier van leven oproept die aan de lezers wordt voorgelegd als iets waar men kan binnenstappen.
  • Grondslag van de Bijbelse autoriteit is niet alleen in het verleden of in het heden, maar eerst en vooral in de toekomst, in het toekomstvisioen dat de tekst voor de lezers ontvouwt.
24
Q

Op welke wijze bemiddelen Bijbelse teksten volgens een toekomstgerichte benadering (Ricoeur) openbaring?

A
  • Bijbelse teksten bemiddelen openbaring vooral omdat, en in de mate dat, ze de droom van God voor de wereld projecteren. De Schrift is dus een uitnodiging om mee te werken aan de realisatie van Gods droom voor de wereld. De hedendaagse cultuur is de plaats waar Gods droom gerealiseerd zal worden.
  • De wereld voor de tekst = 2 werelden die in spanning tot elkaar staan, met name de reële wereld van de lezer en de geprojecteerde wereld van de tekst met als transformatieve opdracht de reële wereld om te vormen volgens het visioen of de droom van de geprojecteerde wereld.
25
Q

Welke uitdrukking gebruikt Marcus (d.w.z het Marcusevangelie) voor de alternatieve wereld die zijn evangelie projecteert?

A

Het Rijk Gods

26
Q
  1. Welke uitdrukking gebruikt het boek Openbaring voor de alternatieve wereld die deze tekst projecteert?
A
  • De nieuwe hemel en de nieuwe aarde en in ‘het nieuwe Jeruzalem’.
27
Q

“Normativiteit van de toekomst” is een verkorte uitdrukking. Wat is de volledige uitdrukking?

A
  • Normativiteit van de droom van de toekomst.
  • Normativiteit en toekomst staan in wederzijdse spanning, dagen elkaar uit en verrijken elkaar.
    • Normativiteit wordt minder statisch opgevat in spanning met de toekosmt
    • Toekomst wordt minder dynamisch begrepen in de spanning met normativiteit.
28
Q

Welke vier betekenissen van het woord “toekomst” worden in de uitdrukking “normativiteit van de toekomst” veronderstelt? (opnoemen volstaat, geen uitleg nodig)

A
  • De dag van morgen
  • Ethische claim
  • Eschatologisch perspectief
  • Onverwacht binnenbreken
29
Q

Wat wordt bedoeld met het lezen van teksten als “politieke” activiteit?

A
  • Met “politieke activiteit” wordt in deze context niet de politiek van de politieke partijen bedoeld, maar alles aangaande de “polis” (Grieks voor “stad”), dus het samenleven van de mensen en de ordening van de macht in de samenleving (in die zin hangt dit inderdaad nauw samen met de volgende vraag).
  • Hermeneutiek heeft dus tot bewustzijn gebracht dat lezen niet alleen een individuele activiteit is, maar een activiteit die gevolgen en implicaties heeft voor de samenleving. Het produceren van teksten en het doorgeven van teksten in de traditie maakt deel uit van het negotiëren van macht en evenzeer het lezen. Teksten dragen bij tot de identiteitsvorming van mensen. Gemeenschappen van mensen zijn voor een stuk ook gemeenschappen van mensen die meer of min dezelfde teksten gelezen en tot op zekere hoogte geïnternaliseerd hebben. Teksten legitimeren of de-legitimeren het gezag van mensen. Het lezen van teksten impliceert onmiddellijk het interpreteren ervan, en “hermeneutiek” brengt de bewustwording met zich mee dat alles geïnterpreteerd wordt en geïnterpreteerd moet worden. Wie bepaalt hoe teksten geïnterpreteerd moeten worden, heeft de macht in een gemeenschap.
30
Q

Wat wordt bedoeld met “ideologiekritiek”?

A
  • Een mogelijk en correct antwoord: “Het lezen van teksten maakt deel uit van een machtsstrijd die bekeken wordt door de ideologiekritiek die zich altijd afvraagt: “Wiens macht wordt groter door deze interpretatie van de tekst?”
31
Q

Vergelijk de houding van het Bijbels spiritualisme met die van het Bijbels materialisme?

A
  • Spiritualisme: benaderingen die aan de goddelijke, transhistorische dimensie van de Bijbel meer gewicht toekennen dan aan de menselijke, historische dimensie zonder die dimensie noodzakelijk te loochenen. Hierbij zijn verschillende schakeringen mogelijk die niet allemaal fundamentalistisch mogen worden genoemd. Het is niet een vraag van eenzijdige posities, maar een vraag van klemtoon.
  • Materialisme: benaderingen die gemeenschappelijk hebben dat ze aan de immanente, historische dimensies van de Bijbel meer gewicht of aandacht schenken dan aan de transcendente, goddelijke dimensies. Dus bv. antropoligsche benadering = één cultureel geconditioneerde uitdrukking van de religieuse ervaring. Openbaring wordt hier begrepen als een dynamische gebeurtenis van Gods aanwezigheid in alle cultureel geconditioneerde contexten.
    • Zie historisch-kritische bendaring.
32
Q

Wat wordt bedoeld met Bijbels donjuanisme?

A
  • Tegelijk gericht op het goddelijke en de menselijke dimensie van de Schrift, maar met het doel van een consumptiegerichte, moraliserend omgang. Men functionaliseert de Bijbel met het doel er zoveel mogelijk ethische boodschappen uit te halen. In dat proces wordt de Bijbel geïdealiseerd en gaat het realiteitscontact verloren. In die reductie van de Bijbel verliest de tekst zijn ethische kracht, die alleen tot bloei kan komen als de Bijbelse boodschap niet gereduceerd wordt tot ethiek en als we geen ethische gezuiverde versie van de Bijbelse tekst voorgeschoteld krijgen.
33
Q

. Wat is volgens de benadering van de “normativiteit van de toekomst” de finale norm waaraan alle interpretaties afgetoetst dienen te worden?

A
  • Vraag: - elke interpretatie moet aan de open horizon afgetoetst worden
    • interpretaties die deze horizon bedreigen zijn in ons oordeel niet aanvaardbaar
    • hoe kan de toekomst die we nog niet kennen en die nog niet gebeurd is, een richtsnoer voor ons handelen zijn?
    • er is alleen toekomst voor de Bijbel als de interpretatie van de Bijbel alle pogingen om aan mensen toekomst te ontnemen, in vraag stelt en mensen machtigt zich in te zetten voor een toekomst volgens de droom van God voor alle mensen
  • Antwoord: akkoord dat hier de elementen van het antwoord worden aangereikt. De inclusieve toekomst, een toekomst die alle schepselen insluit die dus geen leven en levenskansen ontneemt, de toekomstige alternatieve wereld waar ieder schepsel kan open bloeien is de norm.
34
Q

Wat wordt bedoeld met “De Bijbel is niet de openbaring zelf”?

A
  • Openbaring gebeurt in het nieuwe zijn dat de Bijbel ontvouwt en is dus een dimensie van de toekomst . Openbaring is een kenmerk van de Bijbelse wereld
  • Antwoord: Akkoord met wat gezegd wordt. Bovendien is de Bijbel het symbool van de openbaring, de geprivilegieerde plaats van ontmoeting met de openbaring.
35
Q

Wat zijn de positieve bijdragen van de historisch-kritische studie van de Bijbel?

A
  • De historische Jezus is een moderne, historische constructie met behulp van de werkinstrumenten van de moderne historsiche wetenschap. Het betreft de dingen die men uit de historische bronnen te weten kan komen, door het gebruik van historisch-kritische methoden. Maar dit is zeer weinig dus een uiterst fragmentarisch beeld van de real Jezus.
  • Op grond van de historisch-kritische methodes komt men wel tot de conclusie dat er in het Nieuwe Testament bijna uitsluitend in de evangelies uitspraken opgenomen zijn die van Jezus zijn.
  • De historische studie van de bronnen over Jezus is van groot belang, ondanks het feit dat het werk moeizaam is en blijkbaar weinig oplevert. Omdat voor het Christendom de historsiche en heilshistorische dimensies van het geloof van cruciel belang is het vanzelfsprekend dat ook de belangrijkste persoon van het christendom in historsich perspectief moet worden begrpene;
  • Naast de zaken die men specifiek over Jezus te weten kan komen, zijn in toenemende mate alle aspecten belangrijk die te maken hebben met de wereld van Jezus, ook onafhankelijk van hem. Alle kennis die we van die tijd kunnen verzamelen, draagt reëel bij tot een beter begrip van Jezus zelf.
36
Q

De Bijbelse tekst kan worden gelezen als tekst die informatie, confrontatie of transformatie tot stand brengt. Wat heeft dit te maken met de drie werelden van de tekst?

A
  • In elke communicatie minstens 3 werelden in contact met elkaar:
    • Wereld van de auteur = wereld achter de tekst
    • Wereld van de tekst
    • `Wereld van de lezers = wereld voor de tekst
  • Bronnen van informatie over het verleden: de wereld achter de tekst centraal bij een historisch-kritische benadering: vooral de informatie zelf van belang.
  • Tegenreactie: de nadruk op de wereld van de tekst = literair-kritische benadering. Aandacht naar manier waarop de tekst zelf een narratieve wereld creëert. De nadruk ligt hier niet op de informatie over het verleden, maar op de confrontatie met wie we zijn of zouden moeten worden.
  • Integratie van de wereld achter de tekst en de wereld van de tekst = wereld van de lezer kan niet buiten beschouwing worden gelaten. De lezers worden uitgenodigd om mee te werken aan hun eigen transformatie en de transformatie van de reële wereld waarin zij leven. Het doel van die transfomratie is de alternatieve wereld die de tekst als hun ideaal voor ogen houdt.
37
Q

Wat wordt gedoeld met een transformatieve lezing van de Bijbel?

A
  • Een transformatieve lezing van de Bijbel is een benadering die op de uitspraken en dimensies van de Bijbel gericht is die het hebben over een verandering of omwenteling van de wereld (b.v. “een nieuwe hemel en een nieuwe aarde” zonder lijden en dood) en/of die het hebben over de verandering van de mens (“bekering”).
  • transformatieve lezing richt zich op de appelfunctie van de communicatie
  • 4 dimensies van de communicatie van de bijbel:
    1. informatie
    2. Zelfopenbaring
    3. Relatie
    4. Appel = roept op iets te doen, iets te veranderen
38
Q

Wat zijn twee gevaren van Bijbels fundamentalisme?

A
  • Met betrekking tot de bijbel is het problematische dat het fundamentalisme gevaar loopt om zich aan bibliolatrie schuldig te maken. Bibliolatrie kent aan een boek, bijvoorbeeld de bijbel, de verering toe die volgens het christelijk geloof enkel aan God toekomt. Indien kritiek voor Bijbelse teksten niet wordt toegelaten worden deze zonder schroom aangehaald om discriminerende politieke ideeën en sociale wantoestanden in stand te houden en te legitimeren.