Hoofdstuk 4 - VVG1 Flashcards
Factoren gezondheidsstatus veebedrijf
- Voeder
- Stalklimaat en huisvesting
- Bedrijfsvoering
- Hygiëne
Doelstellingen veevoederfabrikanten
- Nutritionele behoeften mens en dier
- Stimuleren gezondheid mens en dier
- Beschermen milieu
- Nakomen juiste prijssetting
- Efficiënt en duurzaam werken
- Veranderen samenstelling om eindproduct te beïnvloeden
Europese wetgeving veevoeder
- Additieven op restrictieve lijst
- Ongewenste stoffen (verboden)
- Basisbestanddelen
- Pathogenen
- Geneesmiddelen
- GGO’s als grondstof
Wetgeving GGO’s
- Grondstof verplicht op etiket
- Afgeleide producten verplicht op etiket
- Niet verplicht op vlees, melk, eieren (als dier GGO gegeten heeft)
- Tolerantiegrens van 0,9%
- Europa hanteert voorzorgsbeginsel
Voordelen GGO’s
- Snellere rijpheid gewassen
- Verhoogde droogteresistentie
- Hogere nutritionele waarde
- Langere bewaartijd
- Ontstaan nieuwe producten
- Introductie nieuwe groeitechnieken
Nadelen GGO’s
- Onduidelijkheid voedselveiligheid
- Ecologisch
- Intellectual property
- Labeling aspect
- Ethisch
GMP-codes
Good Manufacturing Practices
> Europese wetgeving bepaalt de bereidingswijze van samengestelde voeders
Stalklimaat en huisvesting
- Klimaatregeling
- Compartimentering
- Kruiscontaminatie (slachthuis)
Externe bioveiligheid
- Aankoop en verkoop van dieren (quarantaine)
- Ontsmetten transportwagens
- Afvoer kadavers/mest
- Toegang personeel en bezoekers
- Ongediertebestrijding
- Ligging van het bedrijf (schone/vuile weg)
Interne bioveiligheid
- Huisvesting
- Gezondheidsmanagement
Risico’s bedreiging bioveiligheid
- Levende dieren
- Personen, kledij, handen
- Materiaal
- Lucht
- Voeder
Productiesysteem
- Scheiding leeftijdsgroepen
- All-in/All-out
- Zo weinig mogelijk mengen
- Optimale dierbezetting
- Omgang, verzorging dieren
- Klinische inspectie
- Ziekenboeg aanwezig, geïsoleerd
- Hygiëne
Hygiëne
- Reinigen, desinfecteren, leegstand stallen
- Ongediertebestrijding
- Huisdieren weghouden uit stallen
- Orde en netheid
- Kadavers isoleren
- Voederen hygiënisch
- Algemene bevuiling van een dier
- Hygiëne transport en wachtruimtes
Antropozoönosen
Ziekte die overgaat van mens op dier
Zoöantroponosen
Ziekte die overgaat van dier op mens
Overdracht zoönosen
- Direct contact
- Bijtwonden
- Vectoren
- Eten voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong
- Verwerken voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong
Mate van overdracht zoönosen
- Het agens (virulentie)
- Het dier (immuniteit)
- Omgeving van mens én dier
- De mens (YOPI)
Ubiquitair agens
= Het agens is overal aanwezig
Vermijden van ziek worden van dieren
- Primaire preventie
- Secundaire preventie
- Tertiaire preventie
Primaire preventie
Contact dier en agens 100% vermijden
- Quarantaine
- Vaccinatie (bufferzone)
- Eradicatie
Secundaire preventie
Vermijden dat geïnfecteerd dier ziek wordt
- Vaccinatie
- Probiotica of organische zuren
Tertiaire preventie
Behandelen van ziek dier
- Preventief voor andere dieren
Klassieke zoönotische agentia
- Miltvuur
- Runderbrucellose
- Rundertuberculose
Nieuwe zoönotische agentia
- BSE (rund)
- TSE (schaap, geit)
- Aviaire influenza
- MRSA