Hoofdstuk 1.4 "Onrust na de Oorlog" Flashcards

1
Q

Hoe eindigde de Eerste Wereldoorlog?

A
  • In 1917 trok Rusland zich terug uit de oorlog.
  • April 1917, de VS sluit zich aan bij de geaillieerden
  • Voorjaar 1918: de VS gaat meevechten.
  • Maart 1918, het vredesverdrag tussen Rusland en Duitsland is getekend.
  • 11 November 1918, De Duitse generaal wist dat de oorlog niet meer te winnen was, dus sloten de centralen en geaillieerden een wapenstilstand
  • 28 juni 1919, 5 jaar na de moord van Sarajevo, ondertekenden ze het Verdrag van Versailles⇒ einde van de oorlog.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Om welke redenen waren veel mensen in Europa ontevreden na de oorlog?

A
  • Economische problemen
  • Sociale problemen
  • Veel schade
  • Politieke problemen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke problemen had Duitsland in de jaren 20?

A
  • Grote politieke problemen
  • Grote Economische problemen
  • Boos volk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe wilden Communisten en Facisten de naoorlogse problemen oplossen?

A

Communisten: Zij wilden een samenleving waarin bezit werd afgeschaft en iedereen gelijk was. → Probeerden communisten aan de macht te komen (Arme boeren en soldaten, arbeiders.)

Facisten: meenden dat een leider beter is staat zou zijn om de problemen van een land op te lossen dan een democrtische regering. Als Voorbeeld Benito Mussolini, Italië. (Veteranen, winkeliers en ambtenaren) → Duitsland volgde in 1933 toen Hitler aan de macht kwam.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat stond er in het verdrag van Versailles?

A
  • Duitsland was de hoofdschuldige van de oorlog
  • Duitsland moest de oorlogsschade vergoeden via herstelbetalingen in goud aan de geallieerden. Dat bedrag was 47.000 ton Goud.
  • Duitsland moest Elzas- Lotharingen afstaan aan Frankrijk en andere gebieden aan België en die nieuwe Tsjecho- Slowakije en Polen. Kolonies weg.
  • Duitsland moest de dienstplicht afschaffen. Alleen klein beroepsleger van 100.000 soldaten was toegestaan.
  • Het Rijnland, grensgebied Frankrijk en België verboden voor Duitse soldaten.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wanneer was Keizer Wilhem II afgetreden?

A

In oktober 1918, toen matrozen en arbeiders in opstand waren gekomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de Republiek van Weimar?

A

Een grondwet die werdt aangenomen, die van Duitsland een democratische republiek maakte ⇒ Parlement krijgt de meeste macht en het werdt met een algemeen kiesrecht gekozen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wie werden bij de eerste verkiezingen gekozen en waar kregen ze mee te maken?

A

Sociaaldemocraten met 2 andere partijen.

ze kregen te maken met de grote politieke en economische problemen van het land.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wie waren de conservatieven en wat wilden ze doen?

A

Conservatieven zijn tegen politieke veranderingen en dus ook tegen de nieuwe democratische politiek dus wouden ze een staatsgreep gaan plegen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de Spartacusopstand?

A

Duitse Communisten onder leiding van Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg, probeerden in Januari 1919, de macht over te nemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat was de Dolkstootlegende?

A

Een legende waarin stond dat de linkse revolutionaren het land met hun opstanden hadden verzwakt. Na de troonsafstand van de Duitse keizer had de regering ten onrechte de legerleiding opdracht gegeven om met de oorlog te stoppen, daardoor een mes in de ruggen van het leger geplant.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waar waren de Duitsers boos over?

A
  • Dat hun de enige schuldige van de oorlog waren
  • Dat de regering het verdrag van versailles heeft ondertekend
  • Dat het leger stopte met vechtten.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat gebeurde er toen de Duitsers de herstelbetalingen niet meer konden betalen en gevolg.

A

Franse soldaten kwamen het Rurhgebied innemen, Gingen de herstelbetalingen zo zelf halen.

Gevolg: veel duitse werknemers gingen staken omdat ze het niet meer pikten. ⇒ Duitse regering steunde stakers door hun lonen te betalen ⇒ Grote Inflatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat deed Amerika in 1924?

A

Ze maakte een einde aan de bezetting van het Ruhrgebied volgens het Dawesplan, zorgde voor een stijgende economie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Facisme:

A

Een samenleving willen bereiken die geleid wordt door een sterke leider. Facisten zijn nationalistisch en verheerlijken het gebruik van geweld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Communisme:

A

Een samenleving willen bereiken waarin iedereen gelijk is. Dat houdt in: een samenleving waarin het volk de macht heeft en grond, grondstoffen en bedrijven in het bezit van de staat.

17
Q

Inflatie:

A

Het stijgen van prijzen van producten, waardoor het geld minder waar wordt.

18
Q

Dolkstootlegende:

A

Een complottheorie die ervan uitging dat de Eerstewereldoorlog verloren was, omdat linkse, revolutionaire groepen de macht in Duitsland in november 1918 hadden verzwakt.

19
Q

Verdrag van Versailles:

A

Verdrag dat na de Eerste wereldoorlog, op 28 uni 1919, gesloten werdt tussen de geaillieerden en Duitsland. Duitsland kreeg zware straffen opgelegd.