Hoofd 5 Flashcards
le sport
de sport
la gym(nastique)
het turnen
le basket
basketbal
le foot(ball)
voetbal
le tennis
tennis
le vélo
het fietsen
la promenade
de wandeling
le match
de match, de wedstrijd
la balle
de bal (klein)
le ballon
de bal (groot), de ballon
le jeu
het spel
faire du sport
een sport beoefenen
faire du basket
basketten
jouer
spelen
jouer à la balle
met de bal spelen
jouer au foot
voetbal spelen
jouer aux cartes
met de kaarten spelen
nager
zwemmen
danser
dansen
se promener
wandelen
courir
lopen
surfer
surgen
gagner
winnen
aimer
houden van
s’amuser
zich amuseren
l’internet
het internet
l’e-mail
de e-mail
l’ordinateur
de computer
la télé(vision)
de TV
le cinéma
de cinema, de bioscoop
le film
de film
le cd
de cd
le dvd
de dvd
la radio
de radio
surfer sur l’internet
surfen op (het) internet
chatter
chatten
regarder
kijken
écouter
luisteren
la musique
de muziek
la chanson
het lied
le piano
de piano
la guitare
de gitaar
chanter
zingen
faire de la musique
muziek spelen
jouer de la guitare
gitaar spelen
jouer du piano
piano spelen
les vacances
de vakantie
le voyage
de reis
la valise
de valies
la mer
de zee
la photo
de foto
le hobby
de hobby
le loisir
de vrije tijd, de hobby’s
le passe-temps
de hobby
le temps libre
de vrije tijd
l’activité
de activiteit
la détente
de ontspanning
la blague
de grap
préférer
verkiezen
se détendre
zich ontspannen
se relaxer
zich ontspannen
se reposer
uitrusten
s’ennuyer
zich vervelen
sortir (en boîte)
uitgaan (in een discotheek)
rendre visite à quelqu’un
iemand bezoeken
l’athléthisme
de atletiek
le jogging
het joggen
la danse
het dansen
le ballet
het ballet
le cyclisme
het wielrennen, fietsen
la natation
het zwemmen
le surf
het surfen
le badminton
de badminton
le volley(ball)
het volleybal
l’équitation
het paardrijden
la boxe
het boksen
le golf
het golfspel
le judo
het judo
le karaté
het karate
les sports d’hiver
de wintersport
le ski
het skiën
la pêche
het vissen
la pétanque
het petanquespel
la randonnée
de trektocht
le footballeur
de voetballer
la footballeuse
de voetbalster
l’athlète
de atleet
l’athlète
de atlete
le coureur
de loper, de wielrenner