HFST 5 COS: Antimicrobiële therapie Flashcards
Wat weet je over Paul Ehrlich?
- Duitse chemicus
- produceerde veel verbindingen en kwam erachter dat 1 van die verbindingen (verbinding 606) werkzaam was tegen syfilis => magische kogel genoemd => zou enkel bacteriën afdoden zonder neveneffecten op gewone cellen
=> MAAR: in 606 verbinding zat arseen en daar gaan mensen aan dood - was een introductie van chemotherapie
Wat weet je over Alexander Fleming?
- ontdekte in 1917 penicilline => introductie van AB
Fleming had veel platen met stafylococcus aureus => hij zag dat s aureus gegroeid was op plaat, maar op die plaat was per ongeluk een schimmel gekomen => rond die schimmel was inhibitiezone te zien => conclusie: schimmel produceerde stof die groei van s aureus verhinderde
Wat weet je over Gerhard Domagk?
- ontdekte in 1932 sulfaGM
- won in 1939 nobelprijs voor medicijnen
Prontosil was in lab in proefbuizen niet actief tegen bacteriën, maar in geinfecteerde proefdieren was het wel actief tegen bacteriën
=> prontosil w in dier gemetaboliseerd tot sulfonamide
=> pro drug werd dus actief gemaakt ih lichaam
=> prontosil = eerste AB op de markt
Welke bronnen van AB agentia ken je?
AB w vooral geproduceerd door:
- bacteriën
- schimmels
- andere micro organismen
Op welke zaken ku AB inwerken?
- ribosomen => AB werken in op eiwitsynthese (= grootste groep van AB)
- foliumzuur metabolisme
- DNA synthese
- chromosomen
- Celwand
- celmembraan
Beschrijf de celwandsynthese.
= moeilijk proces!!
1) 5 AZ w vastgehecht aan NAM (N acteylmuraminezuur) => L-alanine / D glutaminezuur / Diaminopimelinezuur bij gram- of lysine bij gram+ / D-alanine / D-alanine
2) NAM wordt verbonden aan NAG (N acetyl glucosamine) dmv B-1,4-glycosidische binding
3) NAG-NAM-5AZ w getransporteerd over de CM naar buiten => gebeurt dmv flippase
4) NAG-NAM-5AZ dat net nr buiten gebracht is w gebonden aan NAG-NAM-5AZ dat al buiten zat = transglycosylatie
5) AZ 3 van ene NAG-NAM-keten wordt nu verbonden aan AZ 4 van andere NAG-NAM-keten => cross linking => gebeurt dmv transpeptidase enzym = penicilline binding protein
Hoe werkt penicilline in op de celwandsynthese?
Als penicilline toegediend w komt het in contact met transpeptidase eznym = penicilline binding protein = PBP => PBP reageert met penicilline (C van B-lactam ring van penicilline bindt aan O- van PBP => zie ook tekening) => B lactam ring opent => transpeptidase inactief => celwandvorming verstoord => cel lyseert door osmose => bacteriële dood
(penicilline blijft ook gebonden aan PBP door sterische hindering = door het grote volume vd molecule kan penicilline niet vrij bewegen)
B lactam AB bestaan uit 4 grote groepen. Welke?
- PENICILLINES => he naast B-lactam een 5ring met zwavel (op de vrije uiteinden is mogelijkheid vr variatie)
- CEPHALOSPORINES => he naast B-lactam een 6ring, er zit variatie op dubbele binding en vrije uiteinden
- CARBAPENEMS => he naast B-lactamring een 5 ring zonder zwavel
- MONOBACTAMS => he enkel B-lactam met grote variabele groep
(enkel penicillines & cephalosporines w id DGK gebruikt)
Welke eigenschappen hebben B-lactam AB? (6)
- bevatten een reactieve B-lactam ring
- inhiberen de celwandsynthese via transpeptidase
- zijn bactericidaal = tijdsafhankelijke doders
- kort eliminatie halfleven => moeten dus meermaals toegediend w
- w vnl geëlimineerd via de nier
- kruisallergie is mogelijk
Wat is B-lactamase?
enzym geproduceerd door bacteriën als antwoord op B-lactam-AB
Wat doet B-lactamase?
hydrolyseert de B-lactamring (voegt water toe) waardoor deze opent => daardoor krijg je een OH en een H ipv O gebonden aan de C van de B-lactam ring => B-lactamring open = inactieve vorm van penicilline => kan niet meer binden met PBP
B lactamase maakt penicilline dus inactief
(zie ook tekening)
Welke B-lactamase gevoelige penicillines ken je?
- penicilline G = benzylpenicilline (IV toediening want is pH gevoelig en zou door pH id maag inactief w)
- penicilline V = phenoxymethylpenicilline (orale toediening)
- aminopenicillinen => amoxicilline en ampicilline
Wat weet je over het spectrum van B-lactamase gevoelige penicillines? Tov welke bacteriën zijn ze actief?
- penicilline G = benzylpenicilline
- penicilline V = phenoxymethylpenicilline
=> beiden he spectrum voor vnl gram+ bacteriën zoals streptococcen en clostridia species, t pallidum (syfilis) en gram- cocci zoals Neisseria species (diplococ) zijn ook gevoelig
=> penicilline G en V zijn niet meer actief tegen stafylococces omdat bijna 90% vd stafylococcen B-lactamase produceren omdat door de jaren heen te veel AB is toegediend
- aminopenicillinen => breed spectrum
=> tegen gram+ bacteriën
=> tegen h influenzae en enterobacteriaceae zoals e coli, salmonella, shigella
=> niet actief tegen p aeruginosa
Er zijn 2 problemen met penicilline:
- er wordt B-lactamase geproduceerd (dr bijna 90% vd stafylococcen) waardoor bacterien resistent w
- werkt niet tegen p aeruginosa
=> welke AB groepen werden geproduceerd om die problemen te verhelpen? Geef uit elke groep een voorbeeld
- B LACTAMASE RESISTENTE SMALL SPECTRUM PENICILLINEN
=> bvb flucloxacilline & oxacilline - ANTIPSEUDOMONALE PENICILLINEN
=> bvb piperacilline
Tegen welke bacteriën zijn B LACTAMASE RESISTENTE SMALL SPECTRUM PENICILLINEN actief?
B LACTAMASE RESISTENTE SMALL SPECTRUM PENICILLINEN he zelfde spectrum als penicilline => werken vnl tegen gram+ bacteriën, maar hogere activiteit tegen B-lactamase producerende stafylococcus aureus
niet actief tegen MRSA: Methicilline Resistente StAfylococcen
Tegen welke bacteriën zijn ANTIPSEUDOMONALE PENICILLINEN werkzaam?
- tegen de meeste enterobacteriaceae
- tegen pasteurella aeruginosa
(w gecombineerd met B-lactam inhibitor)
(w niet gebruikt tegen gram+)