Hfst 2: medicatie bij 'bloed en stolling' Flashcards

1
Q

Wat is antitrombotica?

A

middelen die gebruikt worden om natuurlijke stollingsneiging van bloed te onderdrukken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer spreken we van gewenste en noodzakelijke stolling?

A

Wanneerr bij beschadiging van bloedvat het mechanisme in werking treedt waarbij vloeibaar bloed wordt omgezet in stolsel. Zo blijft bloedverlies beperkt en kan wondheling optreden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een aandachtspunt bij antitrombotica?

A

hoge bloedingsneiging. Dit betekent dat zelfs kleine wonde bloeding kan veroorzaken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de stappen van hemostase (bloedstolling)?

A
  1. vasoconstrictie
  2. aggregatie
  3. coagulatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarvoor staat INR?

A

= International Normalized Ratio
- geeft aan hoe lang het duurt voordat bloed stolt t.o.v. normale waarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe kan je INR-waarde interpreteren?

A
  • normaal: +-1
  • 3 -> 3 keer zo lang nodig om te stollen dan normaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke factoren buiten medicatie kunnen een invloed hebben op de INR-waarde?

A

vitamine K in de voeding (groene groenten), infecties, diarree en overmatig alcoholgebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is het doel van antitrombotica?

A

stollingsproces te beïnvloeden, zodat het risico op het vormen van stolsels verkleint.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

In welke groepen kan men antitrombotica onderverdelen?

A
  • antiaggregantia
  • anticoagulantia
  • trombolytica
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

In welke groepen kan anticoagulantia onderverdeeld worden?

A
  • oraal
    • vitamine K antagonisten
    • DOAC’s
  • parenteraal
    • heparine
      -> Niet gefractioneerde heparine
      -> heparine met laag moleculair gewicht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn antiaggregantia?

A

= Trombocytenaggregatieremmers
- middelen die aggregatie (samenklontering) van trombocyten remmen
- soms ook plaatjesremmers genoemd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe werken antiaggregantia?

A

samenklontering van bloedplaatjes verminderen en daardoor vorming van bloedstolsels helpen voorkomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de indicaties voor antiaggregantia?

A
  • om klontervorming te voorkomen in de hart-, hersen- en slagaders;
  • in de acute behandeling van een ischemisch CVA
  • na een TIA of een ischemisch CVA;
  • na een PTCA (percutane transluminale coronaire angioplastiek) -> combinatie
    acetylsalicylzuur en clopidrogel
  • bij perifeer vaatlijden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke middelen zijn antiaggregantia?

A
  • acetylsalicylzuur
  • clopidogrel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly