HC2 De grondleggers: Karl Marx Flashcards
Karl Marx - hoofdvraag
Hoe is sociale ongelijkheid mogelijk?
Het gaat om de overgang van de boerensamenleving naar de complexe, industriële samenleving. Marx was vooral geïnteresseerd in conflicten bij schaarse goederen.
Kapitalisme (Smith) - kenmerken
Privébezit
Winst
Marktwerking
Economisch productief
Economische ongelijkheid
Voorbeeld: VS
Socialisme/Communisme (Marx) - kenmerken
Alle leden in samenleving zijn gelijk
Publiek bezit
Collectieve doelen
Planeconomie
Economisch minder productief
Minder economische ongelijkheid
Voorbeeld: China
Maatschappelijke onderbouw
Economische systeem. Dit bevat de productie en verdeling van maatschappelijke rijkdom. Dit is dan dus de grondslag van hoe alles in elkaar zit.
Maatschappelijke bovenbouw
Gevolg van economische relaties tussen mensen.
Deze bevat politieke, juridische, ethische, wetenschappelijke en filosofische inzichten: opvattingen, ideeën en cultuur.
Historisch materialisme
Er zijn in de gehele geschiedenis mensen die bijna alles bezitten en mensen die bijna niks bezitten. Deze tegenstellingen leiden tot een conflict en dan ontstaat er iets nieuws.
Klassiek historisch materialisme
Vond plaats vanaf de industriële samenleving. Zodra de industriële samenleving optrad konden mensen vervangen worden door machines en gingen mensen steeds meer eigen gewin nastreven.
Conflictsociologie
Houdt in dat wanneer in kapitalistische samenlevingen met kapitalisten en arbeiders, de arbeiderslonen dalen en de winsten van kapitalisten stijgen, doordat kapitalisten dreigen met vervanging van arbeidskracht door machines.
Centralisatiehypothese
In kapitalistische samenlevingen, raakt de groeiende hoeveelheid kapitaal geconcentreerd bij steeds minder kapitaalbezitters, omdat grote eigenaren de kleine eigenaren door prijsafbraak uit de markt drijven.
De groep mensen die veel bezit wordt dus steeds kleiner en de groep mensen die arbeid verricht wordt steeds groter.
De wet van de accumulatie/ kapitalisme hypothese
Het idee van het kapitalisme is dat je de winst gebruikt om in je bedrijf te investeren, maar Marx vindt dat dit geld moet gaan naar degene die waarde heeft toegevoegd aan dit product. Volgens hem is menselijke arbeid de enige waarde en moeten zij dus meer betaald krijgen. Karl Marx gebruikte overheidsstatistieken om patronen te ontdekken.
Socialistische revolutie hypothese
Als die ongelijkheid maar groter wordt, omdat kapitalisten alsmaar meer willen verdienen en hun personeel steeds meer onder dwang zullen zetten, dan leidt het uiteindelijk tot verzet en als mensen zich verzetten dan zullen ze het systeem omgooien waarmee het systeem verdwijnt. Het kapitalisme zorgt voor ongelijkheid door dwang, maar door teveel dwang komen mensen in opstand en graaft het kapitalisme zijn eigen graf.
Verburgerlijkingsthese
Opkomst van de middenklasse
De kale kern van het historisch materialisme
Welke productiewijze een samenleving ook kent, elke ongelijkheid in die samenleving berust op een of andere vorm van dwang, deze dwang leidt tot een bepaalde vorm van strijd en soms resulteert deze strijd in de afschaffing van oude dwangmiddelen en het verdwijnen van oude ongelijkheden en onder bepaalde omstandigheden tot de komst van gelijkheid.
Marx - vervreemding van werk
Het werk is productiewerk geworden en hierdoor weet men niet meer wat hij aan het maken is. . Als je kijkt naar hoe fabrieken zijn georganiseerd dan zie je in een fabriek dat mensen niet precies meer weten wat ze doen. Je weet niet wat je maakt en ze vervreemden van zichzelf en wie ze zouden kunnen worden. Mensen worden dus beroofd van hun menselijk potentieel. Ze kunnen namelijk niet meer creatief zijn of met elkaar praten door de harde geluiden in de fabriek
Marx - vervreemding van producten (Commodity fetishism)
We vervreemden ook van de producten die we kopen. Je gaat bijvoorbeeld naar de Primark om een broek te kopen. Wat je dan vergeet is dat het maar 3 euro kost omdat er ergens op de wereld iemand voor is uitgebuit. Je ziet dan dus niet meer waar iets vandaan komt.