HC 3 | Subjectief welbevinden Flashcards
Definitie subjectief welbevinden
Algemene cognitieve en affectieve evaluatie van een persoons leven
Drie aspecten subjectief welbevinden
- Geluk: emotioneel welbevinden, emotionele staat
- Levenstevredenheid: algemene beoordeling over je leven, hoe tevreden je bent op dit moment tov vroeger of andere mensen
- Neuroticisme: weinig angst, pieken, hoge emotionele stabiliteit (stabiel in negatieve en/of positieve emoties, geen extreme fluctuaties)
Soorten meetinstrumenten subjectief welbevinden (3)
- Zelfrapportage
- Globale rapportage: meten grotere, meer globale constructies van het welbevinden > geven inzichten globale beoordeling/samenvatting over hun leven
- Experience samling: in het moment, rapportage van stemming/plezier/pijn
Soorten zelfrapportage bij subjectief welbevinden (3)
- Faces scale = welke van de volgende rij gezichten komt het meest dicht bij de expressie van hoe jij je over het algemeen over je leven voelt
- Subjective happiness scale = vier items met numerieke schalen voor sociale vergelijking, je eigen ervaring koppelen aan die van anderen
- Satisfaction with life scale = je krijg enkele stellingen en moet aangeven op een Likert (1-7) schaal of je het hier wel/niet mee eens bent.
Beneffectance (Greenwald)
De manier waarop de meeste mensen zichzelf zien, namelijk als nuttig en effectief
Theoretische visies op subjectief welbevinden
- Bottom-up: Subjectief welbevinden is een samenvatting van verschillende domeinen
- Top-down: Subjectief welbevinden reflecteert hoe we ervaringen evalueren (zoals: huwelijkskwaliteit, werk, inkomen en vriendschappen)
Er is bewijs voor beide.
Gevolgen theoretische visie op interventies
Bottum-up > focus op veranderen van de omgeving en situaties waarin iemand terecht komt
Top-down > focus op verandering van iemand attires, overtuigingen, percepties of persoonlijkheidstrekkenV
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up (6)
- Geld
- Gender
- Discriminatie/Ras
- Klimaat
- Seksuele oriëntatie en gender identiteit
- Politieke affiliatie
Voorspellers subjectief welbevinden: Top-down (3)
- Cognitie
- Sociale relaties
- Persoonlijkheid (Big 5 trekken)
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up
1. Geld | (Between-country) BBP van landen
Landen waar meer geld wordt verdient hebben een hogere levenstevredenheid. Verklaring:
1. Leefbaarheid theorie = toegang tot sociale en economische voordelen
2. De mate waarin samenlevingen tegemoet komen aan de basisbehoeften van burgers
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up
1. Geld | (Within-country) Curvilinear relatie
Geld is belangrijk als je er weinig van hebt, maar het wordt minder belangrijk als je meer geld hebt
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up
1. Geld | (Within-country) Dininisching marginal utility
(afnemend marginal nut) as je meer hebt van bepaalde spullen, zie je het nut er niet meer van in
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up
1. Geld | Hedonic treadmill
Steeds hogere materialistische doelen stellen in de hoop dat je gelukkig wordt
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up
1. Geld | Hedonic adaptation
Meer nodig omdat baseline hoger is
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up
1. Geld | Bewijs waarom niet gelukkig maakt (4)
- Idee”en van wat je nodig hebt in je leven pas je aan naarmate je een stapje hoger komt op de ladder
- Constant staren naar geld ondermijnt het ervaren van alledaags plezier, staren naar luxe goederen kan leiden tot verhoogde zelfinteresse
- Rijkere mensen doneren een kleiner percentage van hun inkomen aan goede doelen
- Inkomen verminderde de dagelijkse verdrietigheid maar had weinig invloed op het dagelijks geluk
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up
1. Geld | Bewijs waarom geld wel gelukkig maakt
Vergroot welbevinden als je het uitgeeft aan:
- Ervaringen
- Psychologische behoeften
- Anderen of goede doelen
- Kleine pleziertjes
- Tijdbesparende aankoop
- Personality-matched: dingen die matchen met je persoonlijkheid
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up
2. Gender
Inconsistente bevindingen, omdat het afhangt van het Lad waarin mensen leven, de psychologische maten die er gebruikt zijn voor het welbevinden en andere factoren
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up
3. Discriminatie/ras
Waargenomen voor alle soorten discriminatie en alle typen welzijn dat het een negatieve impact heeft op welbevinden
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up
4. Klimaat
Warm weer heeft een (tijdelijke) positieve invloed op welbevinden
Voorspellers subjectief welbevinden: Bottum-up
5. Seksuele oriëntatie en gender identiteit
Negatieve gevolgen voor LGBT, samenhang met discriminatie
Voorspellers subjectief welbevinden: Top-down
1. Cognitie
Cognitieve theorieën stellen dat oorzaken van subjectief welbevinden niet de externe gebeurtenissen zijn, maar dat het erom gaat hoe we deze gebeurtenissen interpreteren.
Voorspellers subjectief welbevinden: Top-down
1. Cognitie | Optimisme
Ervaren een hogere levenstevredenheid, een effectievere coming en betere gezondheid, betere relaties en gorter doorzettingsvermogen. Kernelement is positieve verwachtingen > ook negatieve ervaringenhebben optimisten de verwachting dat je er wel mee om kan haag. Dit verhoogt stemming en zorgt voor betere coming tijdens stress.
Voorspellers subjectief welbevinden: Top-down
1. Cognitie | Aangeleerde optimisme (Seligman)
Leren optimistischer te zijn dor levensgebeurtenissen op een positieve manier te verklaren/interpreteren
Voorspellers subjectief welbevinden: Top-down
1. Cognitie | Realistisch optimisce (Aspinwall & Brunhart)
Een eerlijke/realistische erkenning van mogelijkheden voor positieve groei > een optimistisch denken dat de werkelijkheid niet verstoort. Een erkenning dat er mogelijkheden voor positieve groei zijn of leerervaringen in de meest uitdagende situaties.
Voorspellers subjectief welbevinden: Top-down
1. Cognitie | Dispositioneel optimise (Peterson)
De globale verwachting dat gebeurtenissen een positieve wending zullen krijgen in de toekomst
Voorspellers subjectief welbevinden: Top-down
2. Sociale relaties
De perceptie van goede sociale relaties correleert met een hoger gevoel van eigenwaarde, succesvolle coming, een betere lichamelijke gezondheid en minder psychische problemen. Daarnaast is het effect van andere voorspellers van subjectief welbevinden groter als mensen goede sociale steun ervaren.
Voorspellers subjectief welbevinden: Top-down
3. Persoonlijkheid (Big 5 trekken)
Hoger niveau van subjectief welbevinden is geassoneerd met hogere niveaus van extraversie, agreeableness en consciëntieusheid en lagere niveaus van neuroticisme.
Stockdale paradox
Er is geen sprake van een keuze, zowel optimisme als realisme zijn nodig. Ook al zitten ze elkaar soms in de weg, je moet ze maangenen en balans vinden.