H9: Burgerlijk recht (privaatrecht) Flashcards
Rechtssubject
Een persoon of rechts subject is elk wezen dat geacht wordt rechten en plichten te kunnen hebben. Een persoon in de juridische zin van het woord betekent met andere woorden de geschiktheid om drager van rechten en verplichtingen te zijn en verwijst dus naar de rechtsbekwaamheid (houder van rechten en plichten) van een wezen. Bestaat uit natuurlijk persoon en rechtspersoon.
Natuurlijk persoon
Een natuurlijk persoon is een mens in juridische zin, als iemand die drager van rechten en verplichtingen kan zijn. Alle mensen. Mens is persoon/ “rechtssubject” van geboorte tot dood. Soms: ook verwekte kind bij erfrecht is een rechtssubject. Bv: de papa sterft en het kind is wel al verwekt dan erft het kind ook van de papa
Rechtspersoon / juridisch persoon
Rechtspersoon/juridische zijn abstracte juridische constructie is die door of krachtens een wet of decreet zijn opgericht, over een zelfstandig vermogen beschikken, een eigen juridisch bestaan leren en als zodanig eigen rechten en verplichtingen hebben. Het zijn dus abstracte wezens die een groepering vormen van een aantal individuen en/of van een geheel van materiële elementen (patrimonium). Binnen de rechtspersonen kan een onderscheid gemaakt worden tussen rechtspersonen naar privaatrecht en publiekrechtelijke rechtspersonen.
Rechtsbekwaamheid
Houder van rechten en plichten
Rechtspersoon naar privaatrecht
De vennootschappen en verenigingen
Publiekrechtelijke rechtspersonen
de federale staat of het geweest, de provincie, de gemeente, maar ook tal van openbare instellingen bijvoorbeeld de VRT
Attributen van persoonlijkheid
De attributen van persoonlijkheid zijn het geheel van hoedanigheden die de juridische toestand van een persoon in de maatschappij en in zijn familie bepalen, en die toelaten zijn handelingsbekwaamheid te bepalen en hem juridisch te identificeren of met andere woorden te onderscheiden van andere personen.
Die attributen zijn respectievelijk de naam, het geslacht, de nationaliteit, de woonplaats, de afstamming en de handelingsbekwaamheid.
Naam
De naam is niet anders dan het woord waarmee een persoon wordt aangeduid. Er zijn specifieke regels bepalen hoe de naam wordt verkregen en kan worden gewijzigd. Zo bepaald artikel 335 van het burgerlijk witte boek dat het kind naar keuze de naam draagt van de vader, de moeder, of van beiden in een vrij gekozen volgorde. Bij gebrek aan keuze opdracht het kind de naam van beide ouders in alfabetische volgorde. Niemand mag publiekelijk een andere naam of andere voornaam dragen aan deze vermeld in de akte van geboorte en de ambtenaar van de burgerlijke stand mag in de akte van geboorte geen voornamen opnemen die aanleiding geven tot verwarring dan wel het kind of tegen een kunnen schaden.
Nationaliteit
De nationaliteit is de juridische band tussen een persoon in staat en die wederzijdse rechten en plichten veroorzaakt. De Belgische nationaliteit wordt toegekend op grond van de nascholing tijd van de vader of van de moeder, op grond van adoptie of op grond van de geboorte in België. Ze wordt verkregen door nationaliteit verklaring over naturalisatie (door parlement), bijvoorbeeld om redenen van buitengewone verdiensten op sportief vlak. Onder de voorwaarden bepaald in het WBN ook verloren of herkregen worden.
Woonplaats
De woonplaats is de plaats waar men zijn hoofdverblijf heeft gevestigd en geacht wordt aanwezig te zijn voor het uitoefenen van zijn rechten en het vervullen van zijn plichten. De woon plaats wordt gekenmerkt door eenheid en bestendigheid.
Voor rechtspersonen is de woonplaats de maatschappelijke zetel, dat wil zeggen de administratief de hoofdzetel van waaruit de rechtspersoon werkelijk wordt geleid.
Handelsbekwaamheid
Handelsbekwaamheid is de geschiktheid om de rechten en plichten die man heeft zelf uitoefenen, dat wil zeggen zonder tussenkomst van derden.
Beperkte handelingsbekwaamheid
Persoon die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt, geesteszieken, beschermde personen is onbekwaam verklaarde en dergelijke hebben geen of slechts beperkte handelingsbekwaamheid en moeten derhalve vertegenwoordigd of bijgestaan worden. Ook rechtspersonen hebben geen eigen handelingsbekwaamheid en oefenen hun rechten uit via organen (bestuurders, zaakvoerders).
Familierecht stricto sensu (in strikte zin)
Onder familierecht stricto sensu worden de rechtsverhoudingen tussen personen binnen eenzelfde familie bedoeld.
Huwelijk
Het huwelijk is de plechtige overeenkomst waarbij twee personen zich verbinden tot een langdurige samenleving gericht op in de wederzijdse en gezamenlijk welzijn. Om geldig te zijn moet het huwelijk voldoen aan een aantal vereisten: beide partners moeten de vereiste leeftijd van 18 jaar hebben in hun vrije toestemming verlenen. Ze mogen niet al gehuwd zijn en geen te nauwe bloed of aanverwantschap elkaar zijn. Dat beide partners van verschillend geslacht moeten zijn, is een vereiste die in 2003 werd afgeschaft.
De echtgenoten zijn tegenover elkaar tot samenwoning verplicht en zijn elkaar ook trouw, hulp en bijstand verschuldigd.
Hulp
Hulp houdt in dat elke echtgenoot naar zijn vermogensmogelijkheden moet bijdragen tot de lasten van het huwelijk.
Bijstand
Bijstand is de morele steun, de genegenheid voor elkaar.
Schijnhuwelijk
Blijkt dat in de intentie van minstens een van de echtgenoten enkel gericht is op het bekomen van een verblijfsrechtelijk voordeel dat aan het huwelijk is verbonden.
Ontbinding huwelijk
Het huwelijk kan slechts op drie manieren worden ontbonden, te weten door de nietigverklaring van het huwelijk, de dood en de echtscheiding.
Echtscheiding
Echtscheiding is de ontbinding van een geldig huwelijk voor de toekomst en tijdens het leven van de echtgenoten. De echtscheiding wordt als een uitzonderingstoestand beschouwd en is aan strikte procedureregels onderworpen. Echtscheiding is mogelijk door onderlinge toestemming of wegens zogenaamde onherstelbare ontwrichting van het huwelijk.
In tegenstelling tot het vroegere stelsel van echtscheiding vanwege bepaalde gronden, waar een ‘schuldige echtgenoot’ werd aangeduid die zijn huwelijksvoordelen verloor en die onderhoudsplichtig werd, is er in het huidige stelsel geen sprake van een schuldige echtgenoot. Beiden echtgenoten verliezen in beginsel alle voordelen die ze elkaar bij huwelijksovereenkomst en erna hebben toegekend en de uitkeringen tot leven eens onderhoudt worden toegekend aan de behoeftig de echtgenoot, tenzij de verzoeken van het onderhoudsgeld zich schuldig heeft gemaakt en partner geweld of een ernstige fout heeft gemaakt die de verdere samenleving onmogelijk heeft gemaakt
Onherstelbare ontwrichting
Luidens artikel 229 BW is het huwelijk onherstelbaar ontwricht wanneer de voorzetting van het samenleven en de hervatting ervan redelijkerwijze onmogelijk is. ook wanner beide echtgenoten het vragen na een feitelijke scheiding van meer dan 6 maanden of wanneer één echtgenoot het vraagt na een feitelijke scheiding van meer dan één jaar, is de onherstelbare ontwrichting bewezen.
Onderhoudsuitkering
In beginsel zal de duur van de onderhoudsuitkering aan de behoeftigen de echtgenoot niet langer zijn dan die van het huwelijk. Het gemeenschappelijk heerlijkheid vermogen zal het bestond op de dag van de eis tot de echtscheiding, wordt in twee gelijke delen verdeeld volgens strikte tijdschema.
Echtscheiding met onderlinge toestemming
Bij een echtscheiding door onderlinge toestemming moeten gescheiden de echtgenoten vooraf een akkoord sluiten voor alle gevolgen van de echtscheiding, dat wil zeggen over het gezag over de personen en het beheer van de goederen en het recht op persoonlijk contact wat hun minderjarige kinderen betreft, de bijdragen in het levensonderhoud, de opvoeding en de passende opleiding van een kinderen, de eventuele partneralimentatie en de wederzijdse vermogensrechten
Scheiding van tafel en bed
Het huwelijk blijft in stand, maar de gehuwden gaan gescheiden wonen. Bij een formele scheiding van tafel en bed blijft u dus volgens de wet getrouwd. De rechten en plichten van het huwelijk blijven gewoon bestaan.
Afstamming
Afstamming is de band die het kind verbindt met de ouder en die kan ontstaan door een huwelijk, door een al dan niet vrijwillige erkenning, door adoptie of door kunstmatige bevruchting.
Vaststelling van de afstamming van moeders zijde
De vaststelling van de afstemming van moeders zijde wordt bepaald op grond van de geboorte akte: het kind heeft als moeder de persoon die als zodanig in de akte van geboorte is vermeld. Die bevat steeds de naam, de voornamen, de geboortedatum en geboorteplaats van de moeder.
Vaststelling van de afstamming van de vaders zijde
De vaststelling van de afstemming van de vaderzijde gebeurt op grond van het vermoeden van vaderschap dan wel op grond van de erkenning. Voor kinderen geboren tijdens het huwelijk of binnen de 300 dagen na de ontbinding of de nietigverklaring van het huwelijk bestaat een vermoeden van een vaderschap in de hoofden van de echtgenoot. Dat vermoeden kan even wel worden betwist dat een procedure van ontkenning van vaderschap. Geldt dat vermoedde niet, dan kan de vader het kind erkennen.
Schijnerkenning
Buiten huwelijk: erkenning vaderschap eventueel afgedwongen voor familierechtbank = schijnerkenning. Er is enkel een erkenning om jezelf, het kind of de persoon een verblijf voordeel toe te kennen.
BV: als je als man een kind erkent zal je ook verblijfsvergunning krijgen in België
Adoptie
Plechtig contract dat tussen adoptant en geadopteerde die een verwantschap schept.