H8: Strafrecht en strafprocesrecht Flashcards

1
Q

Strafrecht (publiekrecht)

A

Geheel van normen die de strafbare gedragingen aangeven en de sancties bepalen en die worden uitgevaardigd tot behoud van een aantal waarden die openbare orde en veiligheid scheppen (Strafwetboek, bijzondere strafwetten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Strafprocesrecht

A

Regels die bepalen op welke wijze en door wie de misdrijven worden vastgesteld, de vermoedelijke daders ervan worden opgespoord, door wie en voor welk rechtscollege de beklaagden zullen worden vervolgd, hoe deze rechtscolleges beslissen en hoe deze beslissingen ten uitvoer zullen worden gelegd (Wetboek van strafuitvoering, bijzondere wetten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Strafsanctie

A

De strafsanctie is essentieel en betekent dat de overheid, binnen de door de wetgever restrictief bepaalde perken, over de vrijheid en de rechten van de delinquent kan beschikken: opsluiting, hechtenis, gevangenisstraf, ontzetting uit sommige rechten, verbod om bepaalde beroepen uit te oefenen. In bepaald gevallen kunnen ook speciale beschermingsmaatregelen getroffen worden (bv. Internering).

Bij de strafrechtelijke sanctie wordt het belang van de gemeenschap beklemtoond. (publiekrechtelijke sfeer)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Grondwettelijke beginselen

A

Hieronder verstaat men de strafrechtelijke legaliteitsbeginsel (en anderen die we niet moeten kennen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Legaliteitsbeginsel

A

Niemand kan worden vervolgd dan in de gevallen die de wet bepaalt en dat geen straf kan worden ingevoerd of toegepast dan krachtens de wet. Niemand kan worde veroordeeld voor een daad of een onthouding die niet strafbaar was op het ogenblik dat ze gesteld werd. Geen enkel misdrijf kan worden gestraft met straffen die bij de wet niet waren bepaald voor dat het misdrijf werd gepleegd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wettenrecht

A

Strafrecht is wettenrecht, waarbij de term ‘wet’ zowel in zijn formele als in zijn materiële betekenis moet worden beschouwd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Formeel wettenrecht

A

Formele wetgever die alles bepaald, dus gedrag strafbaar stelt krachtens wet, decreet of ordonnantie en straf bepaald. Ook Koning of gemeente zullen dus gedragingen strafbaar kunnen stellen krachtens wettelijke bepalingen die hun dat recht toekennen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Materieel wettenrecht

A

Noodzaak om in de strafwetten zo precies mogelijk te omschrijven wat strafbaar wordt gesteld. Begrippen die zo vaag zijn dat de juiste draagwijdte ervan niet kan worden vastgesteld beantwoorden niet aan een materieel legaliteitsbeginsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Verboden analoge interpretatie (bij strafwetten)

A

De verboden analoge interpretatie van de strafwet zou erop neerkomen dat de rechter een handeling strafbaar zou stellen zonder dat dat op een wettekst of op de werkelijke wil van de wetgever gefundeerd is, maar waarbij de rechter zich zou baseren op de gelijkenis tussen een strafbaar gestelde gedraging en het voorliggende niet-omschreven geval. Het legaliteitsbeginsel verzet er zich tegen dat de rechter zich in de plaats van de wetgever zou stellen om een eventuele wettelijke leemte aan te vullen.
= analogische interpretatie botst met legaliteitsbeginsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Aanhoudingsrecht (ART 12 GW.)

A

De vrijheid van de persoon is gewaarborgd. Behalve bij ontdekking op heterdaad kan niemand worden aangehouden krachtens een met reden omkleed bevel van de rechter dat uiterlijk binnen de 48 uur te rekenen van de vrijheidsberoving moet worden betekend en enkel tot de voorlopige hechtenis kan strekken. De tussenkomst van de onderzoeksrechter is noodzakelijk want deze stuurt een aanhoudingsbevel. Ook is de wettelijke grondslag (met redenen omkleed) vereist en de beperking in de tijd gedurende dewelke een persoon voorlopig van zijn vrijheid mag worden beroofd zonder een bevel van de rechter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Grondwettelijke regeling van de procedure van de vervolging (ART 13 GW.)

A

Niemand kan worden vervolgd dan in de gevallen die de wet bepaalt en in de vorm die zij voorschrijft. Niemand kan, tegen zijn wil, onttrokken worden aan de rechter die de wet hem toekent.
Dit grondwetsartikel bevat enerzijds een recht op gelijke behandeling, met name dat eenieder die zich in dezelfde toestand bevindt het recht heeft om volgend dezelfde regels te worden berecht, en houdt anderzijds in dat de overheid partijen bij een geschil niet kan verhinderen om zich tot een rechter te wenden. Het recht op toegang tot de rechter omvat dus ook het verbod van eigenrichting; ook wanneer de overheid betrokken partij is in een geschil, komt het aan de rechter toe uitspraak te doen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Grondwettelijke bepalingen in verband met sancties (ART 17 & 18 GW.)

A

De straf van verbeurdverklaring der goederen kan niet worden ingevoerd. (art 17 GW). De burgerlijke dood is afgeschaft, hij kan niet opnieuw worden ingevoerd. (Art 18 GW). De doodstraf is afgeschaft (art. 14bis Gw).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Algemene verbeurdverklaringen (straf van verbeurdverklaring)

A

De algemene verbeurdverklaring houdt het verlies van alle goederen is. Deze kan niet worden ingevoerd, die is verboden. Bijzondere verbeurdverklaring mag wel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Bijzondere verbeurdverklaring

A

Bijkomende straf die wordt opgelegd om alle vermogensvoordelen die uit een misdrijf voortvloei te ontnemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Burgerlijke dood

A

De burgerlijke dood is afgeschat; hij kan niet opnieuw worden ingevoerd. Persoon waarvan de rechter besliste dat die beschouwt werd als dood, hij verloor daardaar al zijn goederen en erfennis viel open tegenover zijn verwanten, de vrouw werd weduwen etc. Maar je bent niet echt dood je leeft nog steeds!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Doodstraf

A

Afgeschaft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Misdrijf

A

De strafwet geeft geen begripsomschrijving van het misdrijf. Een misdrijf kan worden omschreven als ‘elke handeling of onthouding waaraan door de wet een strafsanctie verbonden werd’. Misdrijven kunnen zowel door natuurlijke als door rechtspersonen worden gepleegd.

Misdrijven bevatten een materieel en moreel element.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Materieel element van misdrijf

A

Men bedoelt met het materieel element de strafbaar gestelde daad of onthouding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Moreel element van misdrijf

A

Moreel element staat voor de intentie een verboden handeling te stellen of de doelbewustheid van de onthouding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wettelijke classificatie van misdrijven

A

Misdaad, wanbedrijf en overtreding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Misdaad

A

Categorie van misdrijf, als je gestraft wordt met een criminele straf, wordt beoordeeld door het hof van assisen. Een poging tot misdaad is steeds strafbaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wanbedrijf

A

Categorie van misdrijf, als je gestraft wordt met een correctionele straf, wordt beoordeeld door een correctionele rechtbank, een poging tot wanbedrijf is slechts strafbaar als de wet het bepaalt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Overtreding

A

Categorie van misdrijf, als je gestraft wordt met een politiestraf, wordt beoordeeld door de politierechtbank, een poging tot overtreding niet strafbaar is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Classificatie van misdrijven volgens aard

A

Gemeenrechtelijke misdrijven, politieke misdrijven en drukpersmisdrijven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Politieke misdrijven

A

Misdrijf met politieke intenties die te maken hebben met het overgooien van het staatsregime bv. Vermoorden van de koning. Een misdrijf dat zowel door zijn opzet als door zijn uitwerking een directe aanslag op de instellingen van het land uitmaakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Drukpersmisdrijven

A

Een misdrijf, waarbij iemand door middel van een openbare publicatie de wet overtreedt of schade veroorzaakt aan een derde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Classificatie van misdrijven volgens uitvoeringswijze

A

Aflopende misdrijven, voortdurende misdrijven, enkelvoudige misdrijven en voortgezette misdrijven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Aflopende misdrijven

A

Voltrokken door één feit bv. diefstal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Voortdurende misdrijven

A

ononderbroken delictuele toestand zoals bijvoorbeeld het gebruik van valse stukken, het witwassen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Enkelvoudige misdrijven

A

Één keer iets stelen, één keer onvrijwillige slagen en verwondingen (ookal slaag je die bv 3x na elkaar)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Voortgezette misdrijven

A

meerder misdrijven onderling verbonden door een eenheid van opzet

32
Q

Toepassing strafrecht in tijd

A

Een strengere wet wordt niet met terugwerkende kracht toegepast, maar een versoepelde wet werkt wel terug. Een strenge wet geldt enkel voor de toekomst, een soepele wet kan wel terugwerken

33
Q

Toepassing strafrecht in ruimte

A

Territoriaal is het strafrecht van toepassing op alle misdrijven gepleegd op het Belgisch grondgebied en dat ongeacht de nationaliteit van de dader. In de gevallen die specifiek door de wet voorzien zijn, kan het Belgisch strafrecht daarenboven worden toegepast op die in het buitenland gepleegd misdrijven. Het grondgebied bevat niet alleen het gebied binnen de landsgrenzen, maar slaat onder meer ook op Belgische schepen en vliegtuigen.

34
Q

Extraterritoriale werking van het strafrecht

A

Internationale misdrijven, oorlogsmisdrijven etc. kunnen vervolgd worden in België ook al spelen de feiten zich elders af, de dader is in België

35
Q

Toepassing strafrecht naar persoon

A

In de regel is het strafrecht van toepassing zonder onderscheid des persoons (dus voor iedereen van toepassing: zowel natuurlijke- als rechtspersonen). De Grondwet en bepaalde internationale verdragen en gebruiken voorzien echter zekere immuniteiten voor bv. Parlementsleden, ministers, de Koning, vreemde staatshoofden, diplomaten en dergelijke.

36
Q

Poging misdaad/wanbedrijf

A

Voor misdaden en voor sommige wanbedrijven kan echter ook de poging worden vervolgd. Daarvoor is vereist dat het voornemen om een misdaad of een wanbedrijf te plegen zich heeft geopenbaard door uitwendige daden die een begin van uitvoering inhouden. Andere voorwaarde is dat de uitvoering gestaakt is of zijn uitwerking heeft gemist wegens omstandigheden onafhankelijk van de wil van de betrokkene.

37
Q

Volstrekt ondeugelijke poging

A

Poging te nemen die antwoordt aan de principes van het recht (uitvoerbaar) maar die nooit het misdrijf tot gevolg kan hebben. Bij de volstrekt ondeugdelijke poging is het absoluut onoverkomelijk , onmogelijk om het misdrijf te plegen, hetzij wegens de volstrekte ongeschiktheid van het middel om het gewenste resultaat te bereiken, hetzij omdat het voorwerp van het misdrijf volstrekt ongeschikt was voor het plegen van het misdrijf. (lijk vergiffen)

38
Q

Voornemen om misdaad of wanbedrijf te plegen

A

Niet strafbaar want materieel element ontbreekt, je denkt er gewoon aan om een misdrijf te plegen.

39
Q

Voorbereiding/beraming van het misdrijf

A

Niet strafbaar als onderdeel van een gepoogd misdrijf, maar wordt wel afzonderlijk strafbaar gesteld als gedrag. (Dus je denkt er niet langer over, maar je bereid je voor door bv auto te stelen om daarmee daarna een misdrijf te plegen, dat is niet strafbaar onder ‘gepoogde misdrijf’, maar wel onder strafbaar gedrag)

40
Q

Begin uitvoering (dus een veruiterlijking voornemen)

A

Strafbaar, tenzij spontane terugtred, want dan ontbreekt moreel element. (je gaat met die auto naar de plaats waar je misdrijf gaat plegen, maar middenweg kies je niet meer om misdrijf te plegen, en ga je terug naar huis)

41
Q

Voltooiing van misdrijf

A

Strafbaar, geen spontane terugtreed mogelijk, geen deelneming mogelijk

42
Q

Deelneming

A

Het wetens en willens bijdragen tot een misdaad/wanbedrijf op een door de wet bepaalde wijze, is strafbaar.

43
Q

(Mede)daders

A

Rechtstreekse medewerkers, noodzakelijke helpers of aanzetters (Mensen die ‘niets mis doen’ en ‘alleen op de uitkijk staan hebben bv dezelfde straf als de dader)

44
Q

Medeplichtigen

A

Verschaffen van onderrichtingen, wapens, nuttige hulp vooraf (tijdens het plegen) en tijdens het misdrijf (bij het plegen) BV. Fake identiteitspapieren en Lagere straf, maar bv degene die onderdak verschaft aan misdadiger (safe house), is een apart misdrijf.

45
Q

Verzachtende omstandigheden

A

Dat zijn omstandigheden die niet in de wet zijn bepaald, maar die door de rechter worden toegepast in een bepaalde strafzaak. Bij verzachtende omstandigheden zal de straf dichtbij de door de wet voorziene minimumstraf liggen. (nooit onder min.) Klassiek voorbeeld bij een verzachtende omstandigheid: blanco strafregister (rechter is niet verplicht deze toe te passen)

46
Q

Verzwarende omstandigheden

A

Dat zijn omstandigheden die niet in de wet zijn bepaald, maar die door de rechter worden toegepast in een bepaalde strafzaak. bij verzwarende omstandigheden gaat vaak de wettelijke maximumstraf wordt uitgesproken, die echter niet kan worden overschreden. (vb. geen schuldbesef) (rechter is niet verplicht deze toe te passen)

47
Q

Strafverminderde verschoningsgronden

A

Dit zijn omstandigheden die in de wet zijn bepaald, en als er aan is voldaan moet de rechter die toepassen. Strafverminderende verschoningsgrond: bv. uitlokking, waardoor de beklaagde een misdrijf gaat plegen, leidt bij bepaalde omstandigheid tot een vermindering van de straf.

48
Q

Strafverzwarende omstandigheden

A

Dit zijn omstandigheden die in de wet zijn bepaald, en als er aan is voldaan moet de rechter die toepassen.
Strafverzwarende omstandigheden: bv. diefstal bij nacht, nacht is een verzwarende omstandigheid.

49
Q

Rechtvaardigingsgronden

A

Rechtvaardigingsgronden zijn door de wet voorziene omstandigheden die het strafbaar karakter wegnemen van het misdrijf. Wettige verdediging is een rechtvaardigingsgrond, als de voorwaarde van wettelijke verdediging is voldaan, dan wordt de betrokkene vrijgesproken.

50
Q

Gronden van schuldontheffing

A

Het neemt niet het strafbaar karakter weg van het misdrijf, maar wel het moreel karakter, moreel element van het misdrijf (doelbewustheid, dat soms intentioneel of onopzettelijk is). Deze gronden voorzien in de wet, waarbij die feiten aan betrokkenen niet worden toegerekend, de schuld wordt hen ontgeven. (bv. Bij dwang

51
Q

Dwaling

A

Dwaling: je dwaalt omtrent de feiten, dwaling is een buitenuzelf gelegen oorzaak. Bv in literatuur: slapen op eerste verdiep, je hoort lawaai en je gaat naar beneden, en je ziet daar iemand rondlopen in het halfduister, je denkt dat het een inbreker is, maar in werkelijkheid was dat bv je zoon die drinken. Dan heb je doodslag maar niet met het oogmerk te doden, maar gedwaald omtrent de persoon. (is een grond van schuldontheffing)

52
Q

Gronden van niet-toerekeningsvatbaarheid

A

De feiten kunnen u niet worden toegerekend, vloeit voort uit de wet: op het ogenblik dat de feiten worden behandeld door de rechter, stelt de rechter vast dat die feiten u niet kunnen worden toegerekend. (bv. Krankzinnigheid)

53
Q

Strafuitsluitende verschoningsgronden

A

Gronden die ingrijpen op de staf, op de strafwaardigheid (waardig of onwaardig om gestraft te worden). Het zijn gronden die in de wet ook zijn voorzien, waarbij de wetgever om redenen van opportunisme heeft geoordeeld dat dat niet moet worden gestraft.
Diefstal tussen echtgenoten, bv. de echtelijke woning leeg maken en verhuizen, dan heb je gestolen (die niet allen aan jou toebehoort), met bedrieglijk opzet: dat is niet strafbaar (enkel voor de dader, maar de mededader is wél strafbaar als mededader).

54
Q

Criminele straffen

A

Criminele straffen worden opgelegd voor misdaden, en omvatten gevangenisstraffen (opsluiting, hechtenis) van 5 jaar tot levenslang en de geldboete.

55
Q

Correctionele straffen

A

Correctionele straffen worden opgelegd voor wanbedrijven en omvatten de gevangenisstraf van 8 dagen tot 5 jaar, de straf onder elektronisch toezicht, de werkstraf van 46 tot 300 uur of een geldboeten van minstens 26 EUR. Voor gecorrectionaliseerde misdaden zijn gevangenisstraffen voorzien van 5 tot 30 jaar.

56
Q

Politiestraf

A

Onder een politiestraf verstaat men een gevangenisstraf van 1 tot en met 7 dagen, de straf onder elektronisch toezicht, de werkstraf van 20 tot 45 uur de autonome probatiestraf of een gelboete van 1 tot en met 25 EUR. Ze worden opgelegd voor overtredingen.

57
Q

Opdeciemen (nu x8)

A

Die opdeciemen veroorzaken een vermenigvuldiging van de in geld uitgedrukte strafmaat met 8.

58
Q

Vaste vergoeding

A

Vergoeding die betaalt moet worden bij elke strafrechtelijke boete, waarde van 53,58 euro

59
Q

Bijdrage voor het begrotingsfond over juridische tweedelijnsbijstand

A

Verplichte bijdrage/vergoeding die betaald moeten worden bij elke strafrechtelijke boete, waarden van 20 euro.

60
Q

Bijdrage fonds slachtoffers

A

Verplichte bijdrage van 25 euro (nog x8)

61
Q

Opschorting uitspraak

A

Of straf met uitstel, de rechter oordeelt dat de betrokken de feiten heeft gepleegd (schuldig is), maar dat om reden van reclassering in de maatschappij er geen straf moet worden opgelegd. (bv. Geen straf als je binnen de 5 jaar geen misdrijf meer pleegt)

62
Q

De Wet-Lejeune / voorwaardelijke invrijheidstelling

A

Vervroegde vrijlating op voorwaarde dat veroordeelde de hem gedurende een proeftijd opgelegde verplichtingen nakomt en die kan worden toegekend nadat een deel van de straf werd uitgezeten, indien er geen tegenaan wijzigingen zijn en de veroordeelde een reclasseringsplan kan voorleggen. Het betreft hier een gunst(!) als de re-integratie in de maatschappij verzekerd is, en geen recht die door de veroordeelde kan worden afgedwongen, zelfs indien hij aan alle voorwaarden voldoet.

Over de voorwaardelijke invrijheidstelling wordt geoordeeld door een strafuitvoeringsrechtbank, die oordeelt op (facultatief) advies van het persoon van de strafinrichting en na het horen van de slachtoffers. Bij levenslange straffen bestaat de strafuitvoeringsrechtbank uit 5 rechters, die unaniem tot voorwaardelijke invrijheidstelling moeten beslissen. Tegen de beslissing is geen hoger beroep mogelijk, en kan alleen cassatieberoep worden ingesteld. (!geen hoger beroep, wel cassatie!)

63
Q

Reclasseringsplan

A

Daarnaast moet de veroordeelde een reclasseringsplan voorleggen waaruit zijn bereidheid tot re-integratie in de samenleving blijkt. (Maar ook dat je een woonplaats hebt, dat je gaat werken (activiteit), en schade vergoeding in lossen).

64
Q

Gerechtelijk onderzoek

A

Het gerechtelijk onderzoek is het geheel van handelingen om de daders van misdrijven op te sporen, de bewijzen te verzamelen en de nodige maatregelen te nemen om de rechter toe te laten met kennis van zaken uitspraak te doen. Het wordt gevoerd onder leiding en gezag van de onderzoeksrechter.

65
Q

Onderzoeksdaden

A

De voornaamste onderzoeksdaden zijn de ondervraging van de inverdenkinggestelde, het verhoor van de getuigen, de huiszoeking, de inbeslagname, het deskundigenonderzoek, het DNA-onderzoek, het onderzoek aan het lichaam, het plaatsbezoek, de inobservatiestelling, het opsporen van telefoonnummers en het afsluiten van telefoonsgesprekken.

66
Q

Verhoor

A

Het verhoor is het onderzoek waarbij een verdachte of getuige ondervraagd wordt.

67
Q

Verhoorde

A

Degene die ondervraagt wordt in een verhoor, De verhoorde moest steeds geïnformeerd worden van de feiten waarover het verhoor gaat, dat de verklaringen als bewijs kunnen worden gebruikt voor het gerecht en dat hij niet kan worden verplicht om zichzelf te beschuldigen. Een verdachte heeft zwijgrecht en heeft voor de aanvang van zijn eerste verhoor recht op overleg met een advocaat, die tevens aanwezig mag zijn op alle verhoren met betrekking tot misrijven die met een vrijheidsstraf kunnen worden bestraft (Salduzwet).

68
Q

Salduzwet

A

De Salduz-wetgeving beschermt personen die verdacht worden en verhoord worden via een recht op vertrouwelijk voorafgaand overleg met een advocaat en een recht op bijstand door een advocaat tijdens het verhoor.

69
Q

Plaatsbezoek

A

Het plaatsbezoek is een onderzoek door de onderzoeksrechter ter plaatse van het misdrijf alsook op elke plaats waar nuttige vaststellingen gedaan kunnen worden. De onderzoeksrechter kan de inverdenkinggestelde ter plaatste doen brengen.

70
Q

Afluisteren van telefoongesprekken

A

Het afluisteren van telefoongesprekken kan alleen in uitzonderlijke omstandigheden en voor welbepaalde vormen van zware criminaliteit. Het wordt toegestaan bij beschikking van de onderzoeksrechter die voor een beperkte termijn geldt. Om de 5 dagen moet tevens verslag uitgebracht.

71
Q

Inbeslagname

A

De inbeslagname is een maatregel de bevoegde overheid n.a.v. een misdrijf en met het oog op de ontdekking van de waarheid een zaak onttrekt aan de eigenaar of de bezitter en ze tijdelijk ter beschikking stelt van het gerecht.

72
Q

Huiszoekingen

A

Huiszoekingen is een dwangmiddel waardoor de bevoegde overheid in de bij de wet bepaalde gevallen en vormen en woning binnentreedt teneinde de bewijzen van een voorheen gepleegd misdrijf te verzamelen. Huiszoekingen zijn in beginsel alleen mogelijk door de onderzoeksrechter. Dat geldt echter niet in geval van een vaststelling van ene misdaad of een wanbedrijf op heterdaad, op verzoek of met toestemming van de bewoner, en in geval van brand, overstroming of oproeping vanuit de plaats. Ook bij terroristische misdrijven of bij ernstige vermoedens dat onder meer explosieven kunnen gevonden worden, wordt ene uitzondering gemaakt.

73
Q

Opsporingsonderzoek

A

Geheel van de handelingen die ertoe strekken de misdrijven, hun daders en de bewijzen ervan op te sporen en de gegevens te verzamelen die dienstig zijn voor de uitoefening van de strafvordering; Dit gebeurt onder de leiding en het gezag van de PdK en wordt uitgevoerd door politiediensten.

74
Q

Vorderen van mini-onderzoek

A

PdK kan specifieke dwangmaatregelen vragen aan de OR zonder dat die met het volledige onderzoek worden belast.

75
Q

Gerechtelijk onderzoek

A

Geheel van handelingen om daders van misdrijven op te sporen, de bewijzen te verzamelen en de nodige maatregelen te nemen om de echter toe te laten met kennis van zaken uitspraak te doen.