H4: Het staatsrecht Flashcards
Anarchie
Niemand is baas over een ander, niemand staat op als leider. (Waar in de praktijk de fysiek sterkste personen gaan overleven, dat is wat zich heeft voorgedaan in Somalië)
Monarchie
één persoon die effectief de staat leidt, het is in de oude zin van het woord waarbij een monarch via erf opvolging de staat leidt (monarchie die men gekend heeft in de geschiedenis: de absolutistische vorsten)
Dictatuur
Een persoon die helemaal alleen regeert (Hitler)
Oligarchie
is de macht in handen van een kleine groep van mensen die behoren tot een bevoorrechte klasse of stand/experten.
Junta
kolonelsregimes, dus de militaire oligarchie (bv. Venezuela)
Directe democratie
Waarbij de bevolking rechtstreeks deelneemt aan het bestuur (bv. Zwitserland)
Representatieve democratie
Zoals in België, is een regeringsvorm waarbij de bevolking een aantal vertegenwoordigers kiest die het bestuur uitvoeren.
Democratische staat
Gezagsdragers halen hun legitimiteit uit het feit dat zij steunen op de wil van de meerderheid van de bevolking doordat ze door vrije en geheime verkiezingen zijn aangeduid (vertegenwoordigen de bevolking).
‘Meerderheid’ en ‘bescherming van minderheden’
In een democratie moet de meerderheid de rechten van de minderheden beschermen. De bijzondere meerderheden waardoor bepaalde aangelegenheden ook de meerderheid van de stemmen binnen een taalgroep vereist is (rol en macht van de meerderheid).
Trias politica / scheiding der machten
Is een splitsing tussen de overheidsfuncties.
- Wetgevende functie
- Rechterlijke functie
- Uitvoerende functie
De wetgevende macht (WM)
Zo wordt de wetgevende macht op federaal vlak toegekend aan de Kamer, de senaat en de Koning.
De rechterlijke macht (RM)
De rechtbanken en hoven, de magistratuur: Openbare Ministerie, rechters, etc.
De uitvoerende macht (UM)
De Koning als hoofd van de uitvoerende macht
Brug tussen wetgevende macht en uitvoerende macht
De koning op federaal niveau maakt deel uit van de wetgevende macht (hij gaat eens wet bekrachtigen en wet afkondigen)
Brug tussen rechterlijke macht en uitvoerende macht
Het vervolgingsbeleid zit in principe bij het Openbare Ministerie als lid van de rechterlijke macht. Er is wel één link tussen uitvoerende macht en rechterlijke macht, nl. het positieve injuctierecht, dat houdt in dat de Minister van Justitie (deel van de uitvoerende macht, want De uitvoerende macht wordt uitgeoefend door de koning en zijn regering van ministers en staatssecretarissen) kan aan Procureur des Konings (parket) de opdracht geven om bepaalde misdrijven de vervolgen.
! Een negatieve injuctierecht bestaan niet, Minister van Justitie kan niet aan het parket vragen om een misdrijf niet (meer) te vervolgen. Want als je dat zou doen, treedt hij binnen de autonomie en dus de onafhankelijkheid van het parket.
Positieve injunctierecht
is, in België, het recht van de Minister van Justitie om aan de procureur de opdracht te geven een bepaalde zaak (individueel dossier) te onderzoeken en/of te vervolgen.
Brug tussen rechterlijke macht en uitvoerende macht
De top benoemingen in de magistratuur (rechterlijke macht), gebeuren door de koning (uitvoerende macht)
Nationale soevereniteit
Het recht van een bestuursorgaan ( het parlement) om het hoogste gezag uit te oefenen zonder dat verantwoording is verschuldigd aan een ander orgaan.
Volkssoeverniteit
doctrine die de wil van het volk als bron van het staatsgezag beschouwt.
Parlementair regime / parlementair systeem
Alleen het parlement heeft democratische legitimiteit en wordt ook verkozen. De regering legt verantwoording af aan het parlement.
Presidentieel systeem
Kenmerkt door de rechtstreekse verkiezing van de president door de bevolking. (bv. Bij de VS)
Rationalisering van het parlementair systeem
Houdt in dat de politieke controle op de regering door de Kamer van Volksvertegenwoordigers wordt uitgeoefende, die de regering alleen kan doen vallen door middel van een constructieve motie van wantrouwen.
Constructieve motie van wantrouwen
Met een motie van wantrouwen zegt het Vlaams Parlement zijn vertrouwen op (vetrouwen opzeggen, verliezen) in de volledige Vlaamse Regering of in één of meer ministers. In een dergelijke motie moet het parlement ook opvolgers voorstellen voor de hele regering of voor de minister(s) in wie het geen vertrouwen meer heeft.
Rechtstaat
Een rechtsstraat is een staat waar de gezagsdragers gebonden zijn door het objectief recht waarvan zij de toepassing moeten verzekeren, 1) waar hun machten beperkt zijn door de 2) individuele rechten van de burgers
en 3) waar de rechtsregels afdwingbaar zijn voor een onafhankelijke rechter.
Gezagdragers gebonden door objectief recht
houdt in dat hun macht niet onbeperkt is en dat zij zich moten houden aan de eigen rechtsregels, met inbegrip van de vooropgestelde procedurevoorschriften, de hiërarchie der normen en de bevoegdheidsverdelende regels.
Bepaalde individuele rechten zijn ontastbaar
Een tweede aspect van het idee van de ‘rechtsstaat’ is dat de gezagsdragers een aantal fundamentele rechten van de burgers die onder meer in de Grondwet staan ingeschreven niet terzijde kunnen schuiven, en dat zelfs niet met een democratische meerderheid. Een aantal fundamentele rechten, zoals de mensenrechten, het recht op vrije meningsuiting en dergelijke zijn met andere woorden onaantastbaar.
Effectieve rechtsbescherming door onafhankelijke rechter
De overheid mag het beslissingsrecht van het onafhankelijke rechtscollege niet aantasten. Er moet een controle zijn, en die controle in een rechtstaat gebeurd door een rechter die onafhankelijk en onpartijdig moet optreden.
Erfelijke grondwettelijke monarchie
Met grondwettelijke monarchie wordt bedoeld
dat de rechten van de Koning precies omschreven zijn in de Grondwet. (de macht komt uit de Grondwet)
Ook het feit dat de nieuwe Koning slechts eerst bezit van de troon neemt na voor Kamer en Senaat de eed te hebben afgelegd (Er is een soort van tussenfase tussen de dood/aftreed van de vorige koning en de nieuwe koning, je wordt niet meteen koning, maar eerst kroonprins)
en de omschrijving van de Koning als ‘Koning der Belgen’ (en niet Koning van België) beklemtonen de aan de Grondwet ondergeschikte positie van de Koning.
Erfelijke monarchie (België)
Saksen-Coburg, de koning wordt opgevolgd door de eerstgeborene.
Koning der Belgen
Deze titel is erfelijk en heeft alleen de bevoegdheden die in de Grondwet staan.
Federale staat
3 gemeenschappen en 3 gewesten met asymmetrische instellingen en een complexe bevoegdheidsverdeling.
Gemeenschappen
De Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap