H8 - Ethiek En Integer Handelen Flashcards

1
Q

Wat doe je als regels ontbreken of onhelder zijn?

A

Dan oordeel je en handel je op basis van algemeen aanvaarde sociale en ethische normen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is ethiek?

A

De praktische filosofie die zich bezighoudt met waarden en normen en wat moreel goed is, of niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het doel van ethiek?

A

Het beantwoorden van de vraag ‘wat is goed voor de mens?’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar gaat het bij ethiek over?

A
  • moraal: de set van normen en waarden van een individu of groep
  • waarden: wat een samenleving of groep mensen belangrijk vindt, en wat nagestreefd moet worden
  • normen: de gedragsregels waarmee je duidelijk maakt wat wel/niet wenselijk is
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Liggen waarden en normen vast?

A

Nee, mensen en samenlevingen veranderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke 3 waardenniveaus kennen we?

A
  1. Persoonlijke waarden
  2. Interactieve waarden
  3. Culturele waarden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn persoonlijke waarden?

A

Waarden die we hanteren op individueel, persoonlijk niveau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn interactieve waarden?

A

Waarden die een rol spelen bij de 1-op-1 intacte met anderen en die we willen uitdrukken naar anderen, in de relatie met anderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn culturele waarden?

A

Gewoonten en (gedrags)regels van mensen uit een bepaald cultuur of samenleving, zoals eetgewoonten, wasrituelen en gebedsrituelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Door wat worden de persoonlijke waarden bepaald?

A

De omgeving waarin we opgroeien, de invloed van de cultuur, het gezin, het klimaat en het contact met anderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Door wat worden de interactieve waarden bepaald?

A

De sociale omgeving, ons contact met anderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Door wat worden de culturele waarden bepaald?

A

Levensbeschouwing van een samenleving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

In hoeverre zijn persoonlijke waarden veranderbaar?

A

Elke levensfase brengt nieuwe waarden met zich mee en neemt toe naarmate we ouder worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

In hoeverre zijn interactieve waarden veranderbaar?

A

In de diversiteit van contacten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

In hoeverre zijn culturele waarden veranderbaar?

A

Vastgelegde normen in wetten en ongeschreven regels of normen, waarden zijn zelden expliciet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een beroepsmoraal/professionele moraal?

A

Waarden en normen waardoor iemand zich in zijn beroepsuitoefening laat leiden

17
Q

Hoe kun je integer handelen?

A
  • je komt gemaakt afspraken en verplichtingen na
  • je geeft het aan wanneer erkers van je gevraagd of verwacht wordt dat jij als niet integer beschouwt
  • bij een conflict kies je niet automatisch de kant van de sterker partij
  • als je een fout gemaakt hebt, meld je dat en neemt initiatief om schade te beperken
  • je bent loyaal aan de organisatie
18
Q

Wat zijn morele dilemma’s?

A

Situatie waarin de goede beslissing nemen bijna onmogelijk is

19
Q

Wat zijn de 3 kenmerken van een moreel dilemma?

A
  1. Soms is er geen sprake van keuzevrijheid, je moet kiezen
  2. Een moreel dilemma heeft grote gevolgen en kunnen de rest van je leven beïnvloeden
  3. De genomen beslissing heeft grote gevolgen voor anderen
20
Q

Wat zijn de 5 stappen bij dilemma’s?

A
  1. Formuleer het dilemma
  2. Benoem de waarden en normen die op het spel staan
  3. Vind alternatieve mogelijkheden
  4. Maak een afweging
  5. Kies!
21
Q

Wat doe je bij het formuleren van het dilemma (stap 1)?

A
  • Wat is er aan de hand?

- Formuleer de twee kant en van het dilemma in 1 zin: “ als ik…; als ik…”

22
Q

Wat doe je bij het benoemde waarden en normen die op het spel staan (stap 2)?

A
  • wie zijn erbij betrokken? Wie hebben rechten, belangen of wensen in de dilemmasituatie?
  • welke waarden en normen zijn in het geding voor de verschillende betrokkenen?
23
Q

Wat doe je bij het vind alternatieve mogelijkheden (stap 3)?

A
  • welke mogelijkheden/alternatieven zijn er? Hoe kun je uit het dilemma komen passend bij de kernwaarden uit stap 2
24
Q

Wat doe je bij het maak een afweging (stap 3)?

A
  • maak een afweging: aan welke waarde en norm moet ik het meeste gewicht toekennen? Welke handeling (stap 3) sluit hierbij aan en biedt een opening uit het dilemma?
  • zet de argumenten voor en tegen op een rij
25
Q

Wat doe je bij het kies! (stap 5)?

A
  • beantwoord de morele vraag

- formuleer als volgt: “het is moreel juist dat ik x doe, omwille van (2), ondanks z (de waarde die je opoffert)