H6 Reuk, Smaak, Pijn, Gehoor En Psychofysica Flashcards

1
Q

verwijst naar de basisprocessen waarmee sensorische organen en het zenuwstelsel reageren op prikkels in de omgeving en op de elementaire psychologische ervaringen die het resultaat zijn van die processen (bijv. onze ervaring van de bitterheid van een smaak, luidheid van een geluid of roodheid van een zicht.

A

Sensatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

verwijst daarentegen naar de meer complexe organisatie van sensorische informatie in de hersenen en naar de zinvolle interpretaties die eruit worden gehaald (bijv. ‘Dit is sterke koffie’, ‘Mijn wekker gaat af’ of ‘Dat object is een appel ”).

A

Perceptie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe kan het proces van sensatie/gevoel worden beschreven als een aaneenschakeling van drie verschillende soorten gebeurtenissen?

A

Fysieke stimulus —> fysiologische respons —> zintuiglijke ervaring

Bv. Drinken koffie cafeïnemoleculen op tong (fysieke stimulus)—> we ervaren het als bitterheid (zintuiglijke ervaring)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Gespecialiseerde structuren die reageren op fysieke stimuli door elektrische veranderingen te produceren die neurale impulsen in sensorische neuronen kunnen initiëren.

A

Sensorische receptoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

gespecialiseerde neuronen die informatie van sensorische receptoren naar het centrale zenuwstelsel transporteren

A

Sensorische neuronen (H4)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Om zintuigen nuttig te laten zijn, moeten ze - in de patronen van neurale activiteit die ze produceren - relevante informatie bewaren over de fysieke stimuli waarop ze reageren. Dat behoud van informatie wordt ……….. ………… genoemd

A

Sensorische codering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

De ……… ……… verwijst naar de hoeveelheid of intensiteit van energie. Een geluid of licht kan zwak of sterk zijn; moleculen die smaak of geur stimuleren, kunnen verdund of sterk geconcentreerd zijn. De ……….. ………verwijst naar de precieze soort energie. Licht met verschillende golflengten (die we als verschillende kleuren waarnemen) is kwalitatief verschillend, evenals geluiden met verschillende frequenties (die we als verschillende toonhoogtes waarnemen), evenals verschillende chemicaliën (die we waarnemen als verschillende geuren of smaken).

A

kwantitatieve variatie ; kwalitatieve variatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Elk van onze zintuigen is afhankelijk van ……… , het neurale proces waardoor een receptorcel een elektrische verandering veroorzaakt als reactie op fysieke stimulatie.

A

transductie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Codering van de hoeveelheid stimulus is het gevolg van het feit dat sterkere stimuli grotere …………….. produceren, die op hun beurt hogere …………… in sensorische neuronen produceren. De hersenen interpreteren een hoge snelheid van actiepotentialen als een …… stimulus en een lage snelheid als een ……. stimulus. Daarentegen vindt de codering van …………… plaats omdat kwalitatief verschillende stimuli verschillende sets neuronen optimaal activeren.

A

A) receptorpotentialen
B) actiepotentialen
C) sterke
D) zwakke
E) stimuluskwaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Elk neuron reageert sneller op een sterke oplossing van een bepaalde stof dan op een zwakke (…….. ………); maar neuron A reageert altijd sneller dan neuron B wanneer de stimulus suiker is, en het omgekeerde is waar wanneer de stimulus zout is (……. ………).

A

A) kwantitatieve codering
B) kwalitatieve codering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

De verandering in gevoeligheid die optreedt wanneer een bepaalde set sensorische receptoren en neuronen gedurende een bepaalde tijd sterk of relatief ongestimuleerd wordt, wordt ………. …………. genoemd.

A

sensorische aanpassing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Dit illustreert het algemene principe dat sensorische ……… wordt gecodeerd in de totale snelheid van actiepotentialen in sensorische neuronen en sensorische ………. wordt gecodeerd in de verhouding van activiteit over verschillende sets neuronen.

A

A) kwantiteit
B) kwaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

……. is de studie van relaties tussen fysieke kenmerken van stimuli en de sensorische ervaringen die door die stimuli worden geproduceerd

A

Psychofysica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Psychofysici verwijzen naar de zwakste detecteerbare stimulus van een bepaald type als de …….. ………. voor dat type stimulus

A

Absolute treshold

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Een andere maatstaf voor gevoeligheid is de ……. ………, gedefinieerd als het minimale verschil in grootte (of intensiteit) tussen twee stimuli dat nodig is voor de persoon om ze als verschillend te detecteren. De …….. ………. …….. wordt ook wel het , afgekort …

A

A) difference threshold
B) idem
C) just noticeable difference
D) JND

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

de … … ….. genoemd, waarin staat dat de jnd voor stimulusomvang een constante proportie is van de grootte van de oorspronkelijke stimulus

A

wet van Weber

17
Q

…………….., die stelt dat de detectie van een sensorische stimulus afhankelijk is van zowel de fysieke intensiteit van de stimulus als de psychologische toestand (inclusief verwachtingen, motivatie, en alertheid) van de waarnemer.

A

signaaldetectietheorie

18
Q

Een ….. is een chemische stof die wordt afgegeven door een dier en inwerkt op andere leden van zijn soort om een specifieke gedrags- of fysiologische reactie te bevorderen.

A

Feromoon

19
Q

…… ……. …….. .. ….. heeft tot doel een dergelijke variabiliteit te verklaren. (Wonde dat soms ondraaglijk pijnlijk is en op andere momenten nauwelijks opgemerkt wordt) De theorie stelt dat de ervaring van pijn afhangt van de mate waarin input van sensorische pijnneuronen door een neurale “poort” kan gaan en hogere pijncentra in de hersenen kan bereiken.

A

De gate-control theory of pain

20
Q

De verminderde pijngevoeligheid die gepaard gaat met dergelijke zeer stressvolle situaties staat bekend als …. ….. ………. ……… . Veel experimenten hebben aangetoond dat ….. ……. …….. …… gedeeltelijk, zo niet volledig, afhangt van de afgifte van ……..

A

Door stress veroorzaakte analgesie
Endorfine

21
Q

De hoogte van de golf geeft de totale druk aan die wordt uitgeoefend door de luchtmoleculen (of een ander medium) terwijl ze heen en weer bewegen. Dit is de ……. of intensiteit van het geluid, die we horen als de luidheid van het geluid. …………. wordt meestal gemeten in logaritmische drukeenheden die …….. worden genoemd.

A

A) amplitude
B) Geluidsamplitude
C) decibels (dB)

22
Q

Naast het variëren in amplitude, variëren geluidsgolven in ……., wat we horen als de toonhoogte van het geluid. De …….. van een geluid is de snelheid waarmee de moleculen lucht of een ander medium heen en weer bewegen. De A en B wordt gemeten in ……. (..), wat het aantal volledige golven (of cycli) per seconde is dat door de geluidsbron wordt gegenereerd.

A

A) frequentie
B) frequentie
C) hertz (Hz)

23
Q

Het ………. bestaat uit de oorschelp, de flap van huid en kraakbeen die het zichtbare deel van het oor vormt, en de gehoorgang, de opening in het hoofd die eindigt bij het trommelvlies. Het hele …… (idem) kan worden gezien als een trechter om geluidsgolven op te vangen en naar binnen te transporteren. De trilling van lucht buiten het hoofd (het fysieke geluid) zorgt ervoor dat lucht in de gehoorgang gaat trillen, waardoor het trommelvlies gaat trillen.

A

A) buitenoor

24
Q

Het …….. is een met lucht gevulde holte, gescheiden van het buitenoor door het trommelvlies (technisch het trommelvlies genoemd). De hoofdstructuren van het …… (idem) zijn drie kleine botjes die gezamenlijk gehoorbeentjes worden genoemd (en afzonderlijk de hamer, het aambeeld en de stijgbeugel worden genoemd vanwege hun respectievelijke vormen), die aan het ene uiteinde zijn verbonden met het trommelvlies en aan de andere kant met een membraan dat het ovale venster wordt genoemd.

De belangrijkste functie van het ……… (idem) is dus het verhogen van de hoeveelheid druk die geluidsgolven op het binnenoor uitoefenen, zodat transductie kan plaatsvinden.

A

middenoor

25
Q

Het ovale venster scheidt het middenoor van het …….., dat voornamelijk bestaat uit het slakkenhuis, een opgerolde structuur waar ……… plaatsvindt

A

A) Binnenoor
B) transductie

26
Q

De bodem van het binnenkanaal vormt het ……. ……., waarop zich de receptorcellen voor het gehoor bevinden, ……….. genoemd. Er zijn vier rijen haarcellen (drie buitenste rijen en één binnenste rij), elke rij loopt over de lengte van het A. Kleine haartjes (cilia) steken uit elke haarcel in het binnenkanaal en liggen tegen het ……… ……… . Aan het andere uiteinde van zijn haren vormt elke haarcel synapsen met verschillende auditieve neuronen, waarvan de axonen de gehoorzenuw (achtste hersenzenuw) vormen, die naar de hersenen loopt.

A

A) basilaire membraan
B) haarcellen
C) tectoriale membraan

27
Q

Wat zijn 2 types doofheden?

A

Geleidingsdoofheid (gehoorbeentjes in middenoor stijf) & perceptieve doofheid (schade aan haarcellen in slakkenhuis)

28
Q

Dat wil zeggen, elk neuron daar reageert maximaal op geluiden van een bepaalde frequentie, en de neuronen zijn systematisch zo gerangschikt dat hoogfrequente tonen neuronen aan het ene uiteinde van dit corticale gebied activeren en laagfrequente tonen neuronen aan het andere uiteinde

A

Auditieve neuronen zijn TONOTOPISCH georganiseerd in primaire auditieve cortex

29
Q

Betrokken bij zowel waarneming van muziek als waarneming van visuele ruimte (in pariëtale kwab)

A

Intraparietale sulcus

30
Q

…… zijn de individuele klinkers en medeklinkergeluiden waaruit woorden bestaan, en ……. …….. is een illusie waarin mensen fonemen horen die uit woorden of zinnen zijn verwijderd alsof ze er nog waren.

A

A) Fonemen

B) fonemisch herstel