H6 Institutionalizing Aspirations (1150- 1250) Flashcards

1
Q

Belangrijkste 3 dingen van 1150-1250

A
  • Losse verenigingen werden bedrijven
  • Bestuurders huurden betaalde officieren in voor hun administratie
  • Kerkmannen definieerden de religieuze praktijken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke culturele en architecturale ontwikkelingen vonden plaats onder de heerschappij van Nur al-Din en zijn zoon Saladin in Syrië?

A

Onder de heerschappij van Nur al-Din en Saladin werden nieuwe kloosters, kerken en moskeeën gebouwd, en oude gebouwen werden gerenoveerd. Er werden versierde boeken gemaakt waarin visueel zaken werden uitgelegd. Culturen werden vermengd, en er werden investeringen gedaan in stadsmuren, paleizen en architectuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat was het religieuze programma van Nur al-Din, en welk bouwwerk symboliseerde zijn verbondenheid met de orthodoxe leer van Sunni?

A

Het religieuze programma van Nur al-Din omvatte het opleggen van de Sunni-vorm van de islam. Hij bouwde het grote madrasa-moskee-mausoleum complex in Damascus om zijn naam voor altijd te verbinden met de orthodoxe leer van Sunni.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wie waren de erfgenamen van Nur al-Din en tegen wie botste Saladin tijdens zijn heerschappij over Syrië?

A

De erfgenamen van Nur al-Din, lokale Syrische mannen gewend aan onafhankelijk bestuur, en leiders van de kruisvaardersstaten waren de tegenstanders van Saladin tijdens zijn heerschappij over Syrië.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat was het belang van de Slag bij Hattin in 1187 voor de kruisvaardersstaten, en hoe beïnvloedde dit het gebied dat door Saladin was veroverd?

A

De Slag bij Hattin in 1187 leidde tot het verminderen van de kruisvaardersstaten tot een paar havensteden. Dit betekende een keerpunt en het begin van het einde van het christelijke bezit in het gebied dat door Saladin was veroverd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat waren de consequenties van de Vierde Kruistocht voor Constantinopel en hoe herstelde Byzantium zich hiervan?

A

De Vierde Kruistocht resulteerde in de bezetting van Constantinopel door kruisvaarders in 1204. Hierdoor werden drie nieuwe staten gecreëerd: het Despotaat van Epirus, het Rijk van Trezibond en het Rijk van Nicaea. In Nicaea werd een hoofdstad gebouwd die sterk leek op Constantinopel, en in 1261 werd Constantinopel heroverd door de Byzantijnen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe verloren de Almohaden in Spanje hun macht, en wat volgde er na hun verlies?

A

De Almohaden verloren in 1212 tijdens de Slag bij Las Navas de Tolosa, wat het begin van het einde betekende voor Islamitisch al-Andalus. Na hun verlies verdeelden de Mamlukken het gewonnen terrein onder familieleden in 1250 en vestigden ze een militaire staat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke rol speelden de Almohaden in de architectuur, vooral na de zuiveringscampagne in al-Andalus?

A

Na de zuiveringscampagne in al-Andalus bouwden de Almohaden waar ze veroverden. Kalief Abu Yusef Ya-qub al-Mansur vierde zijn overwinning met de bouw van een grote moskee in 1184, die de architecturale prestaties van de Almohaden symboliseerde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe reageerden de Byzantijnen op de overheersing van Italianen in hun handel en samenleving?

A

De verarmde Byzantijnse bevolking voelde zich beledigd door de Italianen, die de handel domineerden. Dit leidde tot plunderingen van Italiaanse buurten in 1182 en 1203 als reactie op de beledigingen door de Italianen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat waren enkele kenmerken van het Byzantijnse bestuur in de periode die wordt beschreven?

A

Het Byzantijnse bestuur begon meer op dat van het Westen te lijken, met bestuurders die land weggaven en dynatoi die regionale dynastieën creëerden. Er was ook een verschuiving naar meer onpersoonlijk en bureaucratisch bestuur, en er werd een nieuwe fase ingeluid van zelfdefinitie, codificatie en institutionalisering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom was er behoefte aan een sterke regering in Engeland tijdens de afwezigheid van de koning op het vasteland?

A

De koning van Engeland was vaak afwezig op het vasteland, waardoor er behoefte was aan een sterke regering die kon functioneren in zijn afwezigheid. De enorme rijkdom van de koning maakte het mogelijk om een sterke regering te handhaven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wie waren de belangrijkste deelnemers aan de burgeroorlog van 1135-1154 in Engeland en hoe eindigde deze oorlog?

A

De belangrijkste deelnemers aan de burgeroorlog waren Matilde (dochter van Hendrik I) en Anjou (zus van Hendrik I). De oorlog eindigde met de troonsbestijging van Matilde’s zoon, Hendrik van Anjou, als de eerste Angevinen (Plantagenet) koning van Engeland.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat waren enkele hervormingen geïmplementeerd door Hendrik II in Engeland en hoe versterkten deze de koninklijke macht?

A

Hendrik II voerde verschillende hervormingen door, waaronder de verwoesting of inname van gebouwen uit de burgeroorlog, het opleggen van koninklijke gerechtigheid, het streven naar gewoonterecht met rondtrekkende rechters, en het vastleggen en autoriseren van persoonlijk eigendom. Deze hervormingen versterkten de koninklijke macht en het prestige, en boetes van criminelen zorgden voor staatsinkomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat was het conflict tussen Hendrik II en zijn aartsbisschop Thomas Becket, en wat was de uitkomst van dit conflict?

A

Het conflict tussen Hendrik II en Thomas Becket draaide om de controle over de Engelse kerk, bezit en geestelijkheid. Het conflict begon over het bezit van Becket’s eigen kerk van Canterbury. Uiteindelijk resulteerde het in de moord op Becket door Hendrik’s mannen, waarna Hendrik II publiekelijk boete moest doen. Het conflict versterkte zowel de koninklijke macht als de kerkelijke instellingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe manifesteerde het keizerlijke bereik van Hendrik II en zijn zonen Richard I en John zich in hun heerschappij?

A

Hendrik II en zijn zonen hadden een keizerlijk bereik. Richard I was weinig in Engeland en bezat veel terrein in Frankrijk. Hij nam deel aan de Derde Kruistocht en veroverde Cyprus. John verloor Frans terrein aan de koning van Frankrijk, Fillip II, en zette impopulaire maatregelen op om zijn marine en legers te financieren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat waren enkele van de impopulaire maatregelen die koning John van Engeland nam om zijn militaire inspanningen te financieren, en wat was het resultaat van deze maatregelen?

A

Koning John dwong zijn baronnen scutage te betalen in plaats van militaire dienst. Hij perste vergoedingen af in de vorm van ‘hulp’ van zijn baronnen en andere vazallen. Hij dwong weduwen van baronnen om met door hem gekozen mannen te trouwen of hen een flinke vergoeding te betalen. Deze maatregelen waren effectief maar zeer onpopulair. John werd verslagen bij de Slag bij Bouvines in 1214 door Germaanse en Vlaamse legers, wat leidde tot de ondertekening van de Magna Carta in 1215.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat was het doel van de Magna Carta, en wat impliceerde dit document voor de macht van de koning?

A

Het doel van de Magna Carta was om de rechten en verplichtingen van de adel vast te stellen en de koning te verbieden deze rechten te schenden zonder overleg met de baronnen. Het impliceerde dat de koning niet boven de wet stond, en het was een belangrijke stap in de richting van het institutionaliseren van de Engelse regering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat was de Reconquista, en hoe beïnvloedde het de expansie van de christelijke koninkrijken op het Iberisch Schiereiland?

A

De Reconquista was de christelijke verovering van het Iberisch Schiereiland van 711 tot 1571. Het was de motor voor expansie van de christelijke koninkrijken. In tegenstelling tot Engeland, waar de koningen als erfgenamen binnenkwamen, vochten de christelijke koningen van Noord-Spanje onderling om terrein.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Hoe verdeelde koning Alfonso VIII van Castile het eerder door moslims gecontroleerde land na de verovering van Cuenca in 1177?

A

Na de verovering van Cuenca in 1177 stichtte koning Alfonso VIII van Castile een bisdom en gaf hij de stad wetten (fueros) die model stonden voor andere veroveringen. Om lokale officieren te versterken, gebruikte de koning de fueros om alle rechten voor verschillende groepen, waaronder geestelijken, leken, burgers, boeren, christenen en joden, vast te stellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Hoe vergrootte koning Filip II (Filip Augustus) van Frankrijk zijn koninklijke macht, en hoe speelde hij rivaliserende partijen tegen elkaar uit?

A

Filip II vergrootte zijn koninklijke macht door gouvernementele bureaucratie. Hij speelde rivaliserende partijen tegen elkaar uit door strategisch erfgenamen te worden en door gebieden te veroveren, zoals graafschap Vlaanderen in 1191 en Normandië in 1204. Hij dwong vorsten van Anjou en Poitou zich aan hem te onderwerpen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Hoe vergrootte Filip II zijn koninklijke macht in Frankrijk na 1194, en wie waren enkele van zijn afhankelijke groepen?

A

Na 1194 schreef Filip II al zijn bevelen op en vergrootte hij zijn koninklijke macht door afhankelijk te zijn van de lage adel, waaronder ridders en geestelijken. Deze groep diende als officieren in zijn rechtbanken, als prévôts die het koninklijke land beheerden en belastingen inde, en als baillis (seneschals) die toezicht hielden op de prévôts en ook als rechters fungeerden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Hoe manifesteerde het rijk van Duitsland (+Italië) zich onder Frederik I Barabossa, en welke uitdagingen en conflicten ondervond hij?

A

Het rijk van Duitsland (+Italië) was anders dan kleinere staten en leek meer op Byzantium dan op Engeland. Frederik I Barabossa had strijd met de paus en conflicten in Italië, waar hij claims had over het hele schiereiland. Hij wilde het noorden van Italië overnemen, maar stuitte op autonomie van Italiaanse gemeenten en maakte geen concessies.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat was het conflict tussen Frederik I Barabossa en de paus, en hoe reageerde Frederik op de aanspraak van de paus op het keizerlijke terrein?

A

In 1157 stuurde paus Adrianus IV Frederik I Barabossa een brief waarin de paus het keizerlijke terrein beschreef als een soort ‘fief’ van de paus. Frederik reageerde hierop door zijn rijk de term “sacrum imperium” (het heilige rijk) te geven. Hij groef ook het lichaam van Karel de Grote op en liet er een relikwie omheen bouwen om zijn idee van heiligheid te benadrukken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Hoe probeerde Frederik I Barabossa zijn controle over Italië te vestigen, en hoe reageerden de Italiaanse gemeenten op zijn beleid?

A

Frederik probeerde zijn controle over Italië te vestigen door keizerlijke rechten, belastingen en persoonsbelastingen op te leggen. Hij benoemde podestà (stadmanagers) die streng waren en vaak Duits spraken. Hij eiste dat Italiaanse steden door zijn eigen mannen werden bestuurd. Dit leidde tot spanningen, en de Italiaanse gemeenten waren gewend autonoom te besturen, wat resulteerde in weerstand tegen Frederiks beleid.

25
Q

Waarom vormden de steden in Noord-Italië in 1167 de Lombardische Bond, en wat was het resultaat van de Slag bij Legnano in 1176?

A

De steden in Noord-Italië vormden de Lombardische Bond in 1167 om zich te verzetten tegen Frederik. Het resultaat van de Slag bij Legnano in 1176 was de nederlaag van Frederik, waarna hij instemde met de Vrede van Venetië en zijn machtsinvloed uit de regio terugtrok.

26
Q

Waarom wilde Frederik II Sicilië veroveren, en wat was het multiculturele karakter van het koninkrijk van Sicilië?

A

Frederik II wilde Sicilië veroveren nadat zijn falen in het noorden tot stand was gekomen. Het koninkrijk van Sicilië, gecreëerd door de Normandiërs, was multicultureel met Joden, Moslims, Grieken en Italianen. De Normandiërs namen de Byzantijnse en Islamitische administratieve apparaten over, creëerden een gecentraliseerde regering en behielden een diversiteit aan bevolkingsgroepen.

27
Q

Waarom excommuniceerde de paus Frederik II, en welke administratieve reformaties voerde Frederik II door in Sicilië?

A

De paus excommuniceerde Frederik II omdat hij streed voor een sterke monarchie, wat in strijd was met de belangen van de paus. In Sicilië voerde Frederik II administratieve reformaties door vergelijkbaar met die van Hendrik II in Engeland, zoals het reguleren van commerciële privileges, het instellen van een belastingsysteem, en het vastleggen van procedures in de Constitutions of Melfi (1213).

28
Q

Waarom bewonderde Frederik II de Islamitische cultuur, en hoe beheerde hij de aanwezigheid van Moslims in Sicilië?

A

Ondanks zijn bewondering voor de Islamitische cultuur hield Frederik II de Moslims liever op veilige afstand. Hij moedigde vertalingen van Arabische teksten naar Latijn aan, had Moslims in zijn bodyguard, maar plaatste geleidelijk alle Siciliaanse Moslims naar Lucera in Apulië, waar hij een Islamitisch getto creëerde.

29
Q

Wat gebeurde er tussen 1254 en 1273 in Duitsland, en hoe werd uiteindelijk de term “Het Heilige Roomse Rijk” ingevoerd?

A

Tussen 1254 en 1273 splitsten de vorsten in Duitsland door twee buitenlanders te kiezen als erfgenaam van de troon, waardoor de troon leeg bleef. In 1273 kwamen de vorsten samen en benoemden Rudolf I als keizer. Hiermee werd voor het eerst het woord keizer losgekoppeld van de associatie met Rome, en de term “Het Heilige Roomse Rijk” werd ingevoerd.

30
Q

Wat gebeurde er in 1282 met Sicilië na de opstand tegen de Angevinen, en hoe werd het koninkrijk verdeeld?

A

In 1282 vond de opstand Siciliaanse Vespers plaats tegen de Angevinen. De oorlog eindigde in 1302, waarbij het koninkrijk van Sicilië werd opgesplitst. Het eiland werd toegekend aan Spanje, en het vasteland werd toegewezen aan de Angevinen.

31
Q

Wat waren enkele strategieën van Italiaanse stadstaten om zichzelf te voeden, en hoe onderscheidden ze zich op het gebied van belastingheffing?

A

Italiaanse stadstaten verboden bijvoorbeeld de export van graan en dwongen boeren om graan te produceren in de contado voor de stad. Ze onderscheidden zich door belastingen te heffen op bezit (catasto) in plaats van per persoon. Om militaire kosten te dekken en ambtenaren te betalen, creëerden ze staatsleningen, zowel vrijwillig als gedwongen, en waren daarmee de eersten in Europa die deze financiële strategie toepasten.

32
Q

Waarom hadden veel aristocraten in de 12e eeuw schulden, en wat was de relatie tussen adellijke nood voor geld en de belangen in boerenland?

A

Veel aristocraten hadden in de 12e eeuw schulden omdat adellijke extravagantie boven winst uitkwam. De adellijke nood voor geld viel samen met de interesse in boerenland, wat resulteerde in uitbreiding van boerenland, speciale privileges voor boeren en veranderingen in diensten en contributie naar geldrentes.

33
Q

Hoe veranderde de relatie tussen vorsten en boeren in termen van landbeheer en belastingen, en welke nieuwe identiteit en solidariteit kregen boeren door onderhandelingen met vorsten?

A

Vorsten stimuleerden de bewerking van nieuw land door speciale privileges te geven aan boeren. Boeren konden nu meer controle uitoefenen over hun land, het verkopen of erven. Ze betaalden echter extra belastingen of werkten samen met andere boeren om collectieve vrijheid te kopen, wat resulteerde in een nieuwe identiteit en solidariteit na onderhandelingen met de vorst.

34
Q

Waarom hadden vorsten geld nodig voor hun hovelingen, en wie waren de hof-troubadours en wat was hun rol?

A

Vorsten hadden geld nodig voor hun hovelingen, die vaak reisden in grote groepen. Hof-troubadours waren mannen en vrouwen die geld verdienden als dichters en muzikanten in Zuid-Frankrijk. Ze waren verantwoordelijk voor het vermaken van de vorst en zijn gevolg tijdens reizen.

35
Q

Wie wordt beschouwd als de eerste troubadour, en wat waren enkele kenmerken van de lyrische liefdesliederen in de middeleeuwen?

A

Graaf William IX van Aquitanië wordt beschouwd als de eerste troubadour. De lyrische liefdesliederen waren vaak complex en subtiel in rijm en meter. Ze behandelden thema’s van liefde, vaak met een erotisch karakter, en overlapten zowel lekencultuur als religieuze cultuur.

36
Q

Wat was de oorspronkelijke betekenis van de term ‘Hoofse liefde,’ en hoe is het begrip geëvolueerd in de tijd?

A

De oorspronkelijke betekenis van ‘Hoofse liefde’ was de liefde voor een vrouw met een hogere rang. In de jaren 1960 en ‘70 vond men dat middeleeuwse auteurs juist ironisch waren bij het beschrijven van onheilige liefdes. Tegenwoordig voelt men zich comfortabeler bij de term fin’amor (verfijnde pure liefde), waarvan de betekenis verschilt per gedicht.

37
Q

Hoe verspreidde het lyrische liefdeslied zich naar Noord-Frankrijk, Engeland en Duitsland, en welke andere genres van dichten ontstonden in deze regio’s?

A

Het lyrische liefdeslied verspreidde zich naar Noord-Frankrijk, Engeland en Duitsland, waar andere volkstalen werden gebruikt. In Duitsland werden troubadours minnesingers genoemd, en in Noord-Frankrijk werden ze trouvères genoemd. In Noord-Frankrijk ontstond het genre fabliau, een komedie over adel, priesters en pretentie.

38
Q

Wat waren enkele onderwerpen van gedichten van troubadours die niet over liefde gingen, en hoe reageerden chansons de geste op sociale veranderingen in de 12e eeuw?

A

Sommige troubadours, zoals Bertran de Born, schreven over oorlog in plaats van liefde. Chansons de geste, gedichten over heroïsche daden, reageerden op sociale veranderingen door de militaire en sociale reformaties van de 12e eeuw te benadrukken. Ze legden nadruk op gevechten en behandelden morele problemen die ridders tegenkwamen, zoals conflicten tussen liefde voor familie en eer voor de vorst.

39
Q

Wat waren enkele verschillen tussen hoffelijke codes en stedelijke codes in de middeleeuwen, en hoe werden gildes in de 13e eeuw gereguleerd?

A

Hoffelijke codes waren poëtisch en speels, terwijl stedelijke codes droger waren. In de 13e eeuw stelden gildes statuten op om vergoedingen, werkuren, lonen en materialen te reguleren. Soms kwamen ze in conflict met het stadsbestuur of werden ze gesteund door vorsten om lonen vast te stellen.

40
Q

Hoe was de hiërarchie georganiseerd binnen de gildes, en welke impact had de codificatie van gildes op vrouwen in de arbeiderswereld?

A

Binnen gildes was er een hiërarchie met leerlingen onderaan, knechten in het midden, en meesters aan de top die beleid vaststelden. De codificatie van gildes werkte tegen vrouwen, waardoor ze langzaam werden buitengesloten van de arbeiderswereld, vooral in kledingproductie.

41
Q

Waarom waren universiteitsgildes alleen mannelijk, en wat waren enkele belangrijke Europese universiteiten en hun specialisaties?

A

Universiteitsgildes waren alleen mannelijk, en de universiteit verwees naar een organisatie van meesters en studenten. Enkele belangrijke Europese universiteiten waren de Universiteit van Bologna (rechten), Universiteit Parijs (liberale kunsten en theologie), Universiteit Salerno en Universiteit Montpellier (geneeskunde), en Universiteit Oxford (liberale kunsten, theologie, wetenschap en wiskunde).

42
Q

Hoe werden studenten en meesters beschermd in universiteitsnaties, en wat waren enkele privileges van universiteiten in steden?

A

Studenten en meesters bevonden zich in naties, zoals Italiaans of niet-Italiaans, die hun leden beschermden en statuten opstelden. Universiteiten konden privileges uitbreiden met steun van paus en koningen, wat soms leidde tot conflicten (“town against gown”).

43
Q

Wat waren enkele kenmerken van de Gotische stijl in architectuur, en hoe werden gotische kathedralen gefinancierd en gebouwd?

A

De Gotische stijl gebruikte steunpilaren en veel ramen om zware muren te vermijden. Kathedralen waren gemeenschapsprojecten gefinancierd door bisschoppen, canons, en stedelingen. Ze zorgden voor werk en trokken reizigers aan door relikwieën. De Notre Dame van Parijs werd bijvoorbeeld gebouwd in 1163.

44
Q

Wat waren de belangrijkste kenmerken van de Vierde Lateraanse Raad, en hoe veranderde het pausschap onder Innocent III?

A

De Vierde Lateraanse Raad onder Innocent III legde canons vast, waaronder de verplichting voor christenen om minstens 1x per jaar hun zonden te biechten. Onder Innocent III veranderde het pausschap doordat de paus zichzelf beschouwde als bestuurder in plaats van Christus de Koning, waarbij wereldlijke heersers dienden om de paus te helpen. De kerk zocht in de 13e eeuw naar een definitie van het Christendom en keerde zich tegen Joden en Moslims.

45
Q

Wat waren enkele regels die de Vierde Lateraanse Vergadering vaststelde voor goede Christenen, en tegen welke groepen keerde deze vergadering zich?

A

De Vierde Lateraanse Vergadering stelde regels vast voor goede Christenen en keerde zich tegen Joden, ketteraars, Byzantijnen en Moslims. Het bevorderde een enige doctrine met eigen wetten voor alleen Christenen.

46
Q

Welke religieuze orden werden verboden door de Vierde Lateraanse Vergadering, en welke drie orden werden geaccepteerd?

A

De Vierde Lateraanse Vergadering verbood de formatie van nieuwe religieuze orden, waaronder de Cartesiaanse orde. Geaccepteerde orden waren de dominicanen, franciscanen en begijnen.

47
Q

Wie was de stichter van de Dominicanen, en wat waren enkele kenmerken van deze orde?

A

De Dominicanen werden gesticht door St. Dominic (1170-1221). Ze verwierpen materiële rijkdom, kregen privileges van de paus om les te geven en te prediken, en werden bekend als ‘friars’ (broeders). Ze werden snel universiteitsmannen en stichtten Dominicaanse vrouwenhuizen.

48
Q

Wie was de stichter van de Franciscanen, en wat waren enkele kenmerken van deze orde?

A

De Franciscanen werden gesticht door St. Francis (1181-1226), die geen priester was. Ze accepteerden geen geld, leefden eenvoudig, predikten boete, en waren betrokken bij liefdadigheid. Franciscanen werden een deel van de stedelijke gemeenschap en waren actief in meerdere Europese landen.

49
Q

Wat onderscheidde de Begijnen van andere religieuze orden, en waar waren ze voornamelijk actief?

A

Begijnen waren meer geïntegreerd in het stadse leven. Ze werkten als wassers, wevers en spinners in steden van Noord-Frankrijk, de Lage Landen en Duitsland. Ze leefden in informele gemeenschappen, legden geen eed af, en waren vrij om te trouwen als ze dat wilden.

50
Q

Wie waren de Albigensianen of Catharen, en waarom werden ze als ketters beschouwd door de kerk?

A

De Albigensianen of Catharen waren een ketterse groep in Zuid-Frankrijk. Ze werden als ketters beschouwd omdat ze ontevreden waren met de Gregoriaanse reformaties, twijfelden aan de gecentraliseerde positie van de kerk en als dualisten werden beschouwd door de kerk.

51
Q

Wie waren de Waldensianen, en waarom werden ze geëxcommuniceerd en verbannen uit Lyon in 1170?

A

De Waldensianen werden gesticht door de rijke handelaar Waldo. Ze leefden in armoede, predikten het evangelie in de volkstaal en werden geëxcommuniceerd en verbannen uit Lyon omdat ze leken toestonden te prediken zonder officiële kerkelijke autorisatie.

52
Q

Waarom werden Joden gedwongen om zich te begeven in de enige baan die Christenen niet mochten uitvoeren, en welke gevolgen had dit voor Joden?

A

Joden werden gedwongen om zich te begeven in het uitlenen op krediet, omdat ze geen lid mochten zijn van gildes. Dit leidde tot anti-Joodse aanvallen, zoals de wrede aanval in York in 1190, waar lokale adel Joden aanviel om zichzelf te verlossen van schulden.

53
Q

Wat waren enkele maatregelen die vorsten namen tegen Joden, en hoe werden Joden beïnvloed door deze maatregelen?

A

Vorsten verbannen Joden en namen hun huizen, land en wijngaarden in beslag, zoals Filip Augustus in Frankrijk deed in 1182. Deze maatregelen resulteerden in het verlies van bezittingen voor Joden, zelfs wanneer ze later werden toegestaan terug te keren zonder hun bezit terug te krijgen.

54
Q

Wat was de oorzaak van aanvallen op Joden, volgens de tekst, en hoe was dit verbonden met de Christelijke leer?

A

Aanvallen op Joden kwamen voort uit Christelijke leer, met name de nieuwe definitie van de Eucharistie. Sommige gelovigen geloofden dat Christus echt op het altaar lag, wat leidde tot angst voor echt vlees op het altaar. Dit resulteerde in verhalen over Joden die in het geheim Christelijke kinderen zouden vermoorden, wat leidde tot massamoorden op Joden in verschillende Europese landen.

55
Q

Wat waren enkele herkenningstekens die Joden na de Vierde Lateraanse Vergadering moesten dragen, en hoe werden deze regels gehandhaafd?

A

Joden moesten speciale jurken of tekens dragen om herkenbaar te zijn. Lokale bestuurders handhaafden deze regels met ijver en zagen het als een kans om winst te behalen door Joden te laten betalen voor het niet dragen van de tekens of jurken.

56
Q

Wat waren de Noordelijke Kruistochten, en wat waren hun langetermijneffecten op de Baltische regio?

A

De Noordelijke Kruistochten begonnen in reactie op heidense nederzettingen in de Baltische regio. De Teutonische Orde en andere ridders organiseerden kruistochten om het gebied te kerstenen en te veroveren. De effecten waren langdurig, met Germaans sprekende populaties en westerse instituties die werden geïntroduceerd, waaronder steden, wetten, gildes, universiteiten, kastelen, landhuizen en vassalage.

57
Q

Wat was de oorzaak van de Vierde Kruistocht, en hoe verliep deze kruistocht anders dan gepland?

A

De Vierde Kruistocht werd opgeroepen door Innocent III om de Christelijke aanwezigheid in het Heilige Land te herstellen. Het verliep anders dan gepland omdat de kruisvaarders Zara aanvielen om de kosten van de Venetiaanse vloot te dekken en vervolgens Constantinopel veroverden en plunderden. Hierdoor ontstonden Latijnse staten, waaronder het ‘Latijnse Rijk,’ dat echter klein werd na verzet van de Byzantijnen.

58
Q

Hoe verliep de Engelse invloed op Ierland na de dood van Diarmait Mac Murchada, en wat waren de gevolgen?

A

Na de dood van Diarmait Mac Murchada gingen Engelse vorsten en ridders in Ierland land opeisen. Koning Hendrik II van Engeland verzamelde een leger, en de inheemse Ierse koningen onderwierpen zich aan zijn heerschappij. Het gevolg was een verengelsing van Ierland, met het invoeren van Engelse wetten, graafschappen en hoven.