h5

Question 1

ontwikkelingsfasen

Answer 1

Met het ouder worden ontwikkelen zich nieuwe cognitieve structuren. Verandering in de aard van denken.

Question 2

Senso-motorische fase:

Answer 2

0-2 jaar: een baby staat in contact met zijn omgeving door zijn zintuigen(senses) te gebruiken. Baby wereld van zintuigelijke ervaringen en motorische handelingen.

Question 3

intuitieve/preoperationele fase

Answer 3

2-7 jaar: peuters en kleuters gebruiken verstandige taal.
kinderen zijn NIET in staat tot rol nemen of perspective (perspectief nemen) en worden gekenmerkt door een zeker egocentrisme. (magische optreden, sinterklaar, ze weten niet dat het nep is).

Question 4

De fase van concrete denk-operaties

Answer 4

7-12 Kind let op oorzakelijke(causal) samenhang (coherence) en kan conclusies trekken, maar alleen tot dat wat direct waarneembaar (visible) is of het rechtstreeks ervaart. (weten dat je allergisch voor katten bent omdat je ogen altijd jeukt daardoor) .. weten dat mensen hebben een ander perspectief)

Question 5

De fase van formele denk-operaties

Answer 5

Vanaf 12 jaar. Adolescent denkt abstracter en zijn in staat to logisch na te denken en problemen oplossen. “denken over denken”

Question 6

cognitief egocentrisme

Answer 6

Egocentrisme is dus het onvermogen van het kind om de gezichtspunten van andere mensen te zien.