h5 Flashcards
wat is ecologie
de relatie tussen organismen en hun omgeving
wat zijn de ecologische organisatieniveaus
molecuul, cel, orgaan, organisme, populatie, ecosysteem, systeem aarde
wat is het belangrijkste molecuul op aarde
DNA
wat is een levensgemeenschap
alle organisme die samen in een bepaald gebied voorkomen
wat zijn biotische factoren
invloed van organisme op hun omgeving, zoals het eten van planten of beschutting van struiken
wat zijn abiotische factoren
invloed van levenloze omgeving op organisme, zoals temperatuur of neerslag
wat zijn alle abiotische factoren samen
de biotoop
waar bestaat een ecosysteem uit
een levensgemeenschap en het biotoop
hoe heet het leefgebied van orgnaisme
de habitat
wat is een microklimaat
een klein stukje met verschillende abiotische factoren in een ecosysteem
wat zijn de abiotiscche factoren die invloed hebben op een ecosysteem
bodem, licht, water, temperatuur
wat is tolerantie
hoeveel een organisme zich kan aanpassen aan het biotoop, bijvoorbeeld de temperatuur
wat zijn de verschillende zones in tolerantie
optimum, tolerantie gebied, , stress zone, tolerantiegrens en geen inviduen
wat zijn de verschillende relaties tussen organisme
concurrentie, cooperatie, symbiose
wanneer is er veel concurrentie
als de selectie druk hoog is
waarom is de concurrentie tussen populaties minder dan die in populaties
omdat verschilllende populaties zich aan verschillende niches houdem, de rol van de populatie
wat is cooperatie
wanneer dieren samenwerken bijvoorbeeld in groepen of als koppel
wat zijn de verschillende vormen van symbiose
mutualisme, commensalisme, parasitisme
wat is symbiose
langdurig samenwerken van dieren
wat is mutualisme
wanneer beide organisme voordeel hebben aan de samenwerking
wat is commensalisme
wanneer een organisme voordeel heeft en de ander geen nadeel en geen voordeel
wat is parasitisme
wanneer een orgnaimse voordeel heeft (de parasiet) en de ander een nadeel (de gastheer)
waarom is populatiedichtheid belangrijk
bij een te hoge populatiedichtheid kunnen ziektes snel verspreide, en bij een te lage populatiedichtheid is het moeilijk om voor te planten
hoe kan een populatie zich verspreiden
gegroepeerd, regelmatig of willekeurig
wat is een negatieve terugkoppeling
als de populatiedichtheid groter word, krijgen factoren die ervoor zorgen dat er niet te veel organisme zijn, meer invloed
hoe heet het schommelen van biotische factoren
dynamiek