H3 vertering, absorptie en transport Flashcards
rectum
endeldarm
(laatste stuk van het darmkanaal)
(kanalus analus is laatste deel van rectum)
homeostase
het constant houden van het inwendig milieu door regelmechanismen
reflux
backflow (oprispingen van maagzuur bv)
probiotica
levende bacteriën die een positief effect op de gezondheid hebben
- niet bewezen werkzaam bij gezonde mensen
- inname bij ziekte op advies van arts
prebiotica
verzamelnaam voor stoffen die de groei van bepaalde bacteriesoorten in het lichaam bevorderden
zitten in groente, fruit, graanproducten, peulvruchten
extra inname geen bewezen voordelen
teveel inname: winderigheid of diarree.
hormonale feedback
(def + voorbeeld)
gastrine - productie door maag reguleert de HCl aanmaak. bij pH1,5 wordt productie van gastrine gestopt en stopt de productie van HCl.
meest voorkomende ziekte aan darmkanaal (3)
kanker
colitis ulcerosa (chronische ontsteking dikke darm)
ziekte van Crohn (chronische ontsteking spijsverteringskanaal)
amylases
koolhydraat afbrekende enzymen
peptidases
eiwit afbrekende enzymen
lipases
vetafbrekende enzymen
pancreas
alvleesklier
produceert enzymen voor de afbraak van koolhydraten, eiwitten en vetten.
bolus
gekauwd en doorgeslikt voedsel brok
mond (onderdelen)
tong (smaak/verplaatsen voedsel)
pharynx = keelholte/slokdarmhoofd (korte buis waar slokdarm en luchtpijp samenkomen)
epiglottis = strotklepje
pharynx =
keelholte/slokdarmhoofd (korte buis waar slokdarm en luchtpijp samenkomen)
keelholte/slokdarmhoofd (korte buis waar slokdarm en luchtpijp samenkomen)
pharynx
epiglottis =
strotklepje
strotklepje
epiglottis
Esophagus
slokdarm
beschrijf hoe bolus wordt doorgeslikt
tijdens slikken gaat bovenste sluitspier esophagus open, bolus glijdt door gat in diafragma naar de maag. onderste sluitspier sluit daarna zodat voedsel nier meer naar boven kan.
beschrijf vertering in de maag
bolus wordt vloeibaar gemaakt.
beweegt van boven rustig naar beneden
vloeibaar wordt het chyme genoemd
chyme
door de maag vloeibaar gemaakte bolus
stoffen geproduceerd in de maag
soort pepsine (afbraak eiwitten)
lipase (afbraak vetten)
gastrine (hormoon dat zuurproductie reguleerd)
zoutzuur
slijm
functie maagzuur
doden parasieten en bacteriën
bevorderd de werking van pepsine (die heeft zuur milieu nodig)
denaturatie van eiwitten