H23 SEM 2 FRANS Flashcards
een portefeuille
UN portefeuille
een cheque
un chèque
een dividend
un dividend
een fortuin
UNE fortune
zich ruïneren
se ruiner
een devaluatie
une dévaluation
een portemonnee
un portemonnaie (un porte-monnaie)
een bankier
un banquiere
een bank
UNE banque
het kapitaal
le capital
een krediet
un crédit
een rendement
un rendement
een financier
un financier
een investering
un investissement
een spaarboekje !
un livret d’épargne
een post (giro)-rekening
un compte chèque postal
een bankrekening
un compte en banque
een bankkaart
une carte bancaire
winstgevend, rendabel
rentable
een aandeel / een obligatie
une action / une obligation
zijn failliet gegaan
faire faillite (ont fait faillite)
financiële
financière
een naamloze vennootschap
une société anonyme
leveren
livrer ( FOURNIR)
vertegenwoordiger
le représentant
stalen
des échantillons
het pakket
le colis (le paquet)
een korting - ontvangen bestellingen
une remise (Un escompte = contante korting, un rabais = korting kwaliteit) - les commandes
bestelt
commandez (passez commande)
toekennen
accorder
dienst te bewijzen, verder helpen
rendre service
voeding
alimentation
centen / kleingeld
de sous / de monnaie
kostelijk
couteux / cher
kostbaar
précieux
een waarde
une valeur
de beurs
LA Bourse
-speculaties
les spéculations
een -beurs
UNE foire
de verdeling, de distributie
la distribution
leverancier
le fournisseur
geannuleerd, afgezegd
annulé
eisen
réclamons (exigeons, demandons)
klachten, protesteren
réclamations
gestort
versé
terugbetalen
rembourser
ontlenen
emprunter
lenen
prêter
hoog
élevé (haut)
belegging
le placement
de koers
le cours
spotgoedkoop
donné
innen !
encaisser
wisselagenten, beursmakelaars
agents de change