H16 T/M 20 Flashcards
Hoe was uw/je reis naar?
De reis was heel interessant
Cómo fue el viaje a …?
El viaje fue muy interesante
Waar heb je de vakantie doorgebracht?
Dónde pasaste las vacaciones?
Waar bent u vorig jaar op vakantie geweest?
Adónde fue de vacaciones el año pasado?
Waar ben je vorige zomer geweest?
Dónde estuviste el verano pasado?
Wat hebt u vorige zomer gedaan?
Qué hizo el verano pasado?
Ik ben ….. dagen in …. geweest
Estuve ….. días en …..
Ik ben van …. tot….. in …… geweest
Estuve de …. a ….. en ……
Eerst ben ik naar Mexico gegaan
Primero fue a México
Daarna ben ik in Guatemala geweest
Después estuve en Guatemala
Ik heb het heel leuk gehad
Lo pasé muy bien
Het was geweldig
Fue maravilloso
Ik vond het erg leuk
Me gustó mucho
Wat leuk!
Qué bien!
Dus je hebt het erg leuk gehad
Así que lo pasaste muy bien
Daar ben ik (heel) blij om
Me alegro (mucho)
op vakantie gaan
ir/salir de vacaciones
op vakantie zijn
estar de vacaciones
de vakantie doorbrengen
pasar las vacaciones
op reis gaan
ir/salir de viaje
op reis zijn
estar de viaje
voorbereidingen treffen
hacer los preparativos
een kaartje / ticket kopen
comprar un billete
het reisbureau
la agencia de viajes
voor ….. dagen een hotel reserveren
reservar un hotel para ….. días
het luxe / ….. sterren hotel
el hotel de lujo / de …. estrellas
de reisverzekering
el seguro de viaje
het visum
el visado / la visa
de buitenlandse valuta
la moneda extranjera
de route
el itinerario / la ruta
een rondreis maken door….
hacer un recorrido por ….
met het vliegtuig / …… gaan
het vliegtuig / ….. nemen
ir en avión / ….
tomar el avión/ …..
vertrekken uit ….
salir de ….
aankomen in ….
llegar a …..
vertraging hebben
llevar retraso
de dienstregeling
el horario
de grens
la frontera
de douane
la aduana
het digitale schoolbord
la pizarra digital interactiva
de e-mail
el correo electrónico
de vlucht
el vuelo
de luchtvaartmaatschappij
la compañía aérea
opstijgen
despegar
landen
aterrizar
een tussenlanding maken in ….
hacer escala en …..
in de trein stappen
subir al tren
uit de trein stappen
bajar del tren
de touringcar
el autocar
het cruiseschip
el crucero
de boot
el barco, el buque
noteren
apuntar
de kunstnijverheid
la artesanía
de cel
la celda
onderweg
de camino
het onderwijs
la enseñanza
de tijd, de periode
la época
het benzinestation
la gasolinera
zich indenken
imaginarse
het lyceum
el liceo
vroeg opstaan
madrugar
het gekkenhuis
el manicomio
de armoede
la pobreza
ten slotte
por fin
een poosje
un rato
verkennen
recorrer
de rondreis
el recorrido
voorstellen, uitbeelden
representar
landelijk
rústico
als ik het me goed herinner
si mal no recuerdo
de veerboot
el transbordador
Mijn grootouders woonden vroeger in een dorp
Antes mis abuelos vivían en un pueblo
Ik stond altijd om half acht op
Siempre me levantaba a las siete y media
Mijn broer speelde vroeger piano
Antes mi hermano tocaba el piano
In de zomer ging ik naar het strand
En verano iba a la playa
ik vond het erg leuk
Me gustaba mucho
beleefd:
dat u naar Nederland wilt bellen
Quería llamar / telefonear a Holanda
beleefd:
dat u het boek (dat u in uw hand hebt) wilt ruilen
Quería cambiar este libro
beleefd:
dat u een plattegrond van Málaga wilt
Quería (tener) un plano de Málaga.
beleefd:
dat u hem iets wilt vragen
Quería preguntarle algo
Waar woonde je toen je klein/jong was?
Dónde vivías cuando eras pequeño/a joven?
Wat deed je gewoonlijk in je vrije tijd?
Qué solías hacer en tu tiempo libre?
Wat deed je in de vakantie / in de zomer?
¿Qué hacías durante las vacaciones / en verano?
Hoe ging je naar school?
¿Cómo ibas a la escuela?
Ik stond altijd om … (uur) op
Siempre me levantaba a las…..
Elke dag ging ik om …. uur weg
Todos los días/ cada día salía a las …..
Als kind speelde ik gewoonlijk in de tuin
De niño/a solía jugar en el jardín
Toen ik klein/jong was
Cuando era pequeño/ joven
Toen ik…… jaar was
Cuando (yo) tenía….. años
In mijn jeugd …
En mi juventud …..
Vroeger hadden we geen auto
Antes no teníamos coche
Vroeger was/waren er geen televisie/vliegtuigen
Antes no había televisión/ aviones
In de jaren dertig / …..
En los años treinta / …..
In die tijd ….
En aquella época…..
In die tijd …..
En aquel entonces…..
Dat was een andere tijd
Eran otros tiempos
de wedstrijd
el certamen
het bewustzijn
la consciencia
de herbebossing
la reforestación
het beschermde gebied
el área protegida
de ecoloog
el ecologista
het natuurreservaat
la reserva natural
de niet-gouvernementele organisatie
el organismo no gubernamental
de milieu-activist
el ambientalista
de vrijwilliger
el voluntario
de klimaatverandering
el cambio climático
de uitdaging
desafío
op zijn kop
al revés
aanmoedigen
animar
de koets
el carruaje
bekennen
confesar
het lam
el cordero
het sprookje
el cuento de hadas
wanhopen
desesperarse
zich verplaatsen
desplazarse
verschillen van
diferir de
gebruiken
emplear
feitelijk
en efecto
Toentertijd
en aquel entonces
de inspanning
el esfuerzo
de folder
el folleto
doodmoe
hecho polvo
eerlijk
honrado
aandrijven
impulsar
de uitvinder
el inventor
het wolfje
el lobito
gedenkwaardig
memorable
niet leuk zijn
no tener gracia