H15 Flashcards
3 belangrijke elementen uit de definitie van een psychische stoornis van DSM-5
- Een stoornis is een syndroom
- Klinisch significant
- De symptomen zijn een uiting van onderliggende disfuncties in psychologische, biologische of ontwikkelingsprocessen.
Argumenten voor goed classificatiesysteem
- communicatiemiddel wetenschappers en clinici.
- betrouwbaar
- valide
Argumenten tegen goed classificatiesysteem
- Sommige begrippen arbitrair (waar ligt de grens)
- Weten niet zeker of elke stoornis in DSM-5 dezelfde oorzaak heeft.
- Labelen kan stigmatiserend werken
3 categorieën van oorzaken van psychische stoornissen
Predisponerende oorzaken, precipiterende oorzaken, instandhoudende oorzaken (perpetuating)
Predisponerende oorzaken
Ook wel kwetsbaarheden genoemd. Factoren die al ruim voor het begin van een stoornis aanwezig zijn en een persoon kwetsbaar maken voor het ontwikkelen van een stoornis. (biologische factoren en persoonlijkheidsfactoren)
Precipiterende oorzaken
Ook wel ‘uitlokkende factoren’ genoemd. De directe aanleidingen voor een stoornis. Bijv ingrijpende gebeurtenis.
Instandhoudende oorzaken (perpetuating causes)
Hierbij gaat het om gevolgen van een stoornis die ervoor zorgen dat de stoornis in stand gehouden wordt.
4 oorzaken sekseverschillen in psychologische stoornissen
- Verschil in neiging om psychologische ‘nood’ te rapporteren
- Clinici’s verwachtingen van een bepaalde aandoening in het ene geslacht
- Sekse verschillen in stress geassocieerde sociale rollen
- Verschillen in het reageren op stress.
GAS (gegeneraliseerde angststoornis)
Gekenmerkt door constant piekeren en zorgen maken over verschillende zaken. Geen duidelijke oorzaak. Lichamelijk klachten. Hypervigilantie.
Fobieën
Intense angst voor specifieke niet-sociale objecten of situaties. Natuurlijke selectie kan een oorzaak zijn.
Paniekstoornis
Last van angstaanvallen, ongerelateerd aan specifieke evenementen.
OCD (Obsessive-compulsive disorder)
OCD is geassocieerd met afwijkingen in een gebied van het brein dat bewuste gedachte linkt met actie. Obsessie en compulsies zijn extreme versies van normale gedachten en acties.
PTSS
Oncontroleerbare herbeleving van een traumatische gebeurtenis. Trauma-gerelateerde stimuli worden vermeden. Genetische aanleg, herhaalde blootstelling aan trauma en ontoereikende sociale ondersteuning verhoogt kans op PTSS.
Katatonische gedrag
Inactief gedrag, gedrag dat niks met de omgeving te maken heeft. Bizar gedrag dat herhalend kan voorkomen. Komt voor bij schizofrenie.
5 essentiële symptomen van schizofrenie
Ongeorganiseerde gedachten en spraak, waanideeën, hallucinaties, ongeorganiseerd of katatonisch gedrag en negatieve symptomen