H10.9 Flashcards

1
Q

medicalisering

A
  • gezondheid is een steeds belangrijkere waarde
  • steeds meer aspecten in het dagelijks leven worden gezien als een ziekte
  • uitbreiding medische diagnoses
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

welke vraag roept medicalisering op?

A

wat hoort echt tot de geneeskunde en wat niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn de 4 nieuwe doelen van de geneeskunde?

A
  1. preventie van ziekte en letsel, bevordering en behoud van gezondheid
  2. verlichten van pijn en lijden, veroorzaakt door aandoeningen
  3. genezing en verzorging van zieken en zorg voor diegenen die niet genezen kunnen worden
  4. vermijden van vroegtijdige dood en nastreven van een vreedzame dood
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat verstaan we onder de preventie van ziekte en letsel, bevordering en behoud van gezondheid?

A
  • preventieve geneeskunde
  • leefstijlgeneeskunde -> maar waar ligt de grens? zijn we nu ook politicus etc?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat verstaan we onder het verlichten van pijn en lijden, veroorzaakt door aandoeningen?

A
  • lijden is niet alleen door fysieke symptomen maar ook door behandeling
  • lijden is erg persoonlijk en kan op alle aspecten van de persoon betrekking hebben
  • niet alle pijn en lijden horen bij een dokter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat verstaan we onder de genezing en verzorging van zieken en zorg voor diegenen die niet genezen kunnen worden?

A
  • steeds meer chronisch zieken waar genezen niet altijd mogelijk is -> leven-met-ziekte
  • kwaliteit van het leven staat hierbij centraal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat verstaan we onder het vermijden van vroegtijdige dood en nastreven van een vreedzame dood?

A
  • palliatieve geneeskunde en stervenszorg
  • euthanasie/hulp bij zelfdoding
  • niet koste wat het kost de dood vermijden maar leven verlengen waar en wanneer zinvol
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

palliatief

A

symptomen verlichtend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly