H10

Question 1

Welke vijf componenten hebben emoties?

Answer 1

subjectieve gevoelens
neurale responsen
fysiologische factoren
emotionele uitdrukkingen
de drang om actie te ondernemen

Question 2

Wat is het nut van emotionele ervaringen en uitdrukkingen?

Answer 2

emotionele ervaringen: geven positieve of negatieve waarde aan gebeurtenissen.

uitdrukkingen: communicatie

Question 3

Is een emotie het zelfde als een stemming/gevoelens?

Answer 3

Nee emoties worden altijd veroorzaakt door een bepaalde gebeurtenis. Een stemming niet.

Question 4

In het boek worden twee redenen voor het hebben van emoties voorgesteld: de discrete emotion theory en de functionalist perspective theory. Wat houden deze theorieën in? Hoe staan ze in verhouding tot elkaar?

Answer 4

Discrete emotion theory (Darwin)

• emoties zijn aangeboren
• automatische processen (niet gebaseerd op cognitie)

functionalist perspective

• relatie tussen jou en omgeving (communicatie middel)
• emoties zijn doelgericht

Deze twee theorieën sluiten elkaar niet uit, maar er wordt gedacht dat ze samen bestaan.

Question 5

Wat is een verschil in ontwikkeling tussen positieve en negatieve emoties? Wanneer piekt de emotie boosheid bij baby’s?

Answer 5

positieve emoties ontwikkelen snel. Negatieve emoties ontwikkelen langzamer. 18 maanden.

Question 6

Waarom ontwikkelen schaamte en schuld zijn de laatste emoties die ontwikkelen bij kinderen. Waarom is dit?

Answer 6

Voor het ervaren van schaamte en schuld is Self-awareness nodig dit ontwikkeld nog tot 2 jaar. Ook is er bewust zijn van andere nodig (theory of mind) dit duurt tot 3 jaar. Als laatste is kennis van sociale normen nodig.

Question 7

Wat is het belangrijkste verschil tussen schaamte en schuld?

Answer 7

schaamte–>heeft invloed op zelf identiteit. “ik ben slecht”

schuld–>heeft geen invloed op zelf identiteit.

Question 8

Rond 5 jaar is er een kantel punt qua uiting van emoties bij kinderen als het gaat om display rules. Wat wordt hiermee bedoeld?

Answer 8

rond vijf jaar zie je dat kinderen blijheid meer tonen en teleurstelling minder. Dit wordt verklaard vanuit sociale normen van welke emoties getoond moeten worden en welke niet.

Question 9

Het goed doorstaan van het marshmallow experiment is gerelateerd aan wat?

Answer 9

Het goed doorstaan is gerelateerd aan een hoger IQ, beter betaalde banen, minder kans op echtscheiding en ontwikkelen van middelen misbruik op latere leeftijd.

Question 10

Hoe ontwikkeld de emotie regulatie bij kinderen? Jonge baby’s? vanaf 5 maanden?

Answer 10

co-regulatie bij jonge baby’s.

vanaf 5 maanden self-comforting en distracting

Question 11

Emotie regulatie neemt naarmate kinderen ouder worden steeds meer toe. Welke twee zaken liggen hieraan ten grondslag?

Answer 11

• toename cognitieve vaardigheden

- toename verwachting van ouders en maatschappij.

Question 12

Wat is cognitieve reappraisal?

Answer 12

Een negatieve gebeurtenis anders te interpreteren. Waardoor het een minder emotionele lading krijgt.

Question 13

Welke vier externe factoren en een interne factor zijn er die emotioneel functioneren beinvloeden?

Answer 13

familie factoren
temperament
sociale & culturele factoren
invloed leeftijdsgenoten

Question 14

Er zijn twee hoofdmanieren waarop ouders invloed hebben op emotioneel functioneren van het kind. Welke zijn dit?

Answer 14

Modeling

Question 15

Wat zijn de resultaten van het still-face experiment?

Answer 15

Het negeren van het kind leidt tot hoge stress bij kinderen.

Question 16

Wat is emotion socialization? Op welke twee manieren kan een ouder de ontwikkeling hiervan bij zijn/haar kind ondersteunen?

Answer 16

Het leren van waarden, standaarden, vaardigheden, kennis en gedrag die sociaal adaptief zijn en gewenst binnen specifieke cultuur.

De ouder kan:
-reageren op emotie expressie van het kind–>kind leert daardoor wat goed en fout gedrag is.

-praten met het kind over emotionele gebeurtenissen en reacties.

Question 17

Wat wordt verstaan onder het begrip temperament? Temperament kan gemeten worden bij kinderen en onderscheiden worden in drie groepen. definieer deze groepen.

Answer 17

individuele verschillen in emoties, niveau van activiteit en aandacht.

• Easy child: regular routines, commonly happy, adapts easily to new environment
• difficult child: irregular routines, tends to be negative, adapts slowly

slow-to-warm-up: inactive, mild reactions, adapts slowly.

Question 18

Een kind kan hoge of lage susceptibilty hebben. Wat houdt dit in? Wat voor invloed heeft de quality of parenting op deze kinderen?

Answer 18

hoge en lage susceptibility heeft te maken met hoe gevoelig een kind is voor kwaliteit van ouderschap.

High susceptibility + High quality of parenting–>kind ontwikkeld beter dan low susceptibility kind.

High susceptibility + low quality of parenting–>kind ontwikkeld minder dan low susceptibility kind.

Low susceptibility is veel minder gevoel voor quality of parenting.

Question 19

Wat zijn de zes universele basis emoties?

Answer 19

disgust, fear, anger, happiness, sadness en surprise

Question 20

Wanneer begint een baby met het vertonen van social smiles?

Answer 20

rond de derde levensmaand.