H3 Biology and behavior Flashcards

1
Q

Wat is gene synthesis?

A

een methode voor het produceren van DNA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

hoeveel protein coding genes wordt geschat dat mensen hebben?

A

20.000 tot 21.000

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoeveel procent van de human genome bestaat uit coding DNA en hoeveel uit NON coding (JUNK) DNA?

A

1% en 99%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

In principe krijgt een kind 50% van de gene van zowel de moeder als de vader. Echter kunnen sommige mechanismes naast de invloed van de omgeving toch variaties creëren in phenotype. Welke drie mechanismes zijn dit?

A

Random assortment: Het door elkaar husselen van de genen.

crossing over: het proces dat er voor zorgt dat segmenten van het DNA van chromosoom veranderen.

mutation: Een verandering in een sectie van het DNA vaak door error tijdens het kopieren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn endophenotypes?

A

tussenliggende phenotypes, zoals het brein en zenuwstelsel, die niet betrokken zijn bij openlijk gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn alleles?

A

twee of meer verschillende vormen van een gen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom is de kans op geërfde stoornissen veroorzaakt door een recessieve allele op de X chromosoom groter bij mannen dan bij vrouwen?

A

vrouwen krijgen XX, mannen krijgen XY. X bestaat uit 1500 genen en Y uit slechts 200. Als een man een recessief gen ontvangt van zijn moeder dan is de kans veel kleiner dat de Y chromosoom een dominant gen hier tegenover kan zetten dan een X chromosoom.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Het testen of een potentiele ouder een drager is van een specifieke stoornis wordt ook wel…. genoemd?

A

Carrier genetic testing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Prenantal testing wordt toegepast tijdens de zwangerschap om te kijken of er risico is op bepaalde genetische stoornissen. Vormen hiervan zijn. Screening tests, non-invasive prenantal testing (NIPT) en diagnostic tests. Beschrijf kort de vormen.

A

Screening test: bloedtest
NIPT: non-invasive. gebruikt fragmenten van het foetus DNA.
diagnostic testing: invasive gebruikt foetus cellen voornamelijk uit de placenta.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat suggereert onderzoek naar de effecten van het gen MAOA op de interactie tussen abusive parenting en antisocial behavior?

A

childhood abusive parenting lijkt een veel sterkere invloed te hebben op toekomstig anti social behavior wanneer er sprake is van lage MAOA dan bij hoge MAOA.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de rol van het Methylation molecule?

A

Vroege ervaringen zoals stress, voeding, gifstoffen en andere omgevingsfactoren beïnvloeden de aanmaak van methylation moleculen. Deze moleculen hechten zich aan DNA en zorgen voor veranderingen in gen expressie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn drie belangrijke zaken rondom erfelijkheid die vaak verkeerd geïnterpreteerd worden

A

1: cijfers van erfelijkheid gelden alleen voor een specifieke populatie levend in een specifieke omgeving.
2: erfelijkheid schattingen veranderen als gevolg van ontwikkelingsfactoren.
3: hoge erfelijkheid betekend niet dat het onveranderlijk is. De omgeving heeft altijd invloed en kan deze erfelijkheid verlagen of verhogen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Benoem de functies van ERP (vorm van EEG), MEG, DTI (vorm van fMRI) rs-(fMRI) en NIRS

A

ERP: detecteert net als EEG elektrische activiteiten binnen het brein. Echter detecteert deze methode veranderingen in deze activiteiten als gevolg van het presenteren van een bepaalde stimulus.
MEG: gebruikt magnetisch veld en an de oorsprong van een elektrisch signaal in het brein achterhalen.
DTI: laat onderzoekers zien hoe brein structuren ontwikkelen. Maakt gebruik van waterverspreiding om 3-D ruimtelijke locatie te bepalen.
rs-fMRI: meet brein activiteit wanneer er geen stimuli zijn.
NIRS: is een mapping techniek die gebruik maakt van metabolic changes die lijden tot verschil in absorptie van infrarood licht in brein weefsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

de twee hemisferen van de hersenen zijn verschillend gespecialiseerd. Dit wordt ook wel ….. genoemd. Jonge kinderen gebruiken hun …. helft meer om gezichten te herkennen en hun … helft meer om aspecten van spraak te verwerken.

A

cerebral lateralization, rechter, linker.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Na de geboorte gaan neuronen in de hersenen op weg naar hun uiteindelijke bestemming. Als deze bestemming bereikt is groeien zij als eerste een ,… en daarna dendrites. Op deze dendrites vormen zich …. die het vermogen verhoogt om connecties te maken met andere neuronen. Het proces van de enorme toename in omvang van dit tweede proces wordt ook wel ….. genoemd.

A

axon, dendrites. spines, arborization.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Ervaring heeft invloed op je neurale netwerken. Wanneer netwerken niet gebruikt worden sterven deze af. Het idee dat het brein de capaciteiten heeft om te veranderen door ervaringen wordt ook wel …. genoemd.

A

placticity

17
Q

Plasticity (de mogelijkheid van het brein om te veranderen door ervaring) bestaat uit twee vormen. Welke zijn dit?

A

Experience-expectant plasticity: ervaringen die je meemaakt door mens te zijn. vb: horen van geluid, visuele stimuli.

Experience-dependent plasticity: specifieke ervaringen zoals geboren zijn in New York of in het Amazone gebied.

18
Q

wat is een voordeel van experience-expectant plasticity en wat is het nadeel?

A

voordeel: minder genen zijn nodig en minder informatie moet dus bij geboorte geïnstalleerd te zijn.

Nadeel: Dit maakt het systeem echter kwetsbaar, als om wat voor bijzondere reden dan ook deze verwachte ervaringen niet worden beleefd. Het gebrek aan deze ervaringen in vroege ontwikkeling kan lijden tot permanente schade.

19
Q

Onderzoek heeft laten zien dat hersengebieden die niet gebruikt worden (bijvoorbeeld het visuele gebied wanneer iemand blind is bij geboorte) andere hersendelen kunnen gaan ondersteunen. Hoe heet dit fenomeen?

A

Cross-modal reorganization

20
Q

Wat wordt bedoeld met secular trends

A

veranderingen in fysieke ontwikkelingen die voorkomen over generaties (lengte)

21
Q

GWAS en GCTA houden zich bezig met het linken van DNA en specifieke eigenschappen en gedragingen. Wat is het verschil tussen deze twee programma’s?

A

GWAS: methode die kleine DNA segmentjes aan specifieke kenmerken linkt.

GCTA: methode die variatie in het fenotype schat op basis van alle SNP’s van het genoom, dus ook die SNPs die niet geassocieerd zijn met het specifieke kenmerk.

22
Q

Wat is neurogeneses?

A

het creeeren van nieuwe neuronen.