Groep 6 Thema 4 Flashcards

1
Q

wat voor ‘n klimaat heeft nederland

A

zeeklimaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

in welke klimaatzone ligt nederland

A

gematigd klimaatzone

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt een gematigd klimaat in

A
  • zomers niet heel warm

- winters niet heel koud

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar liggen de tropen

A

Rond de evenaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem minimaal 3 kenmerken van de tropen

A
  • warm
  • vochtig
  • geen verschil tussen zomer en winter
  • in natte periode heel veel regen
  • en een droge periode
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar liggen de subtropen

A

tussen de tropen en de gebieden met een gematigd klimaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Noem 2 kenmerken van de subtropen

A
  • zomers tropisch warm

- winters niet echt koud

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Is de winter dicht bij de zee meer of minder koud

A

minder koud

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

De zomer is het dicht bij de zee warmer dan in gebieden verder van zee. Waar of niet waar?

A

niet waar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Noem 3 dingen die invloed hebben op de temperatuur

A
  • zee
  • hoogteligging
  • windrichting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe hoger hoe kouder. Waar of niet waar?

A

waar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Komt uit de woestijn koude of warme wind?

A

warme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Uit de polen komt warme wind. Waar of niet waar

A

Niet waar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de grootste provincie van Nederland?

A

Gelderland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een kenmerk van Gelderland?

A

veel bossen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de grootste stad van Gelderland?

A

Nijmegen

17
Q

Noem twee grote rivieren in Gelderland

A
  • IJssel

- De Waal

18
Q

Wat is de hoofdstad van Gelderland?

A

Arnhem

19
Q

Waaraan dankt de provincie Overijssel haar naam?

A

Aan de rivier de IJssel

20
Q

Noem twee kenmerken van de Overijssel

A
  • rivieren

- beken

21
Q

Wat is een klimaat?

A

Het soort weer dat een land tijdens een lange periode heeft

22
Q

Wat is een klimaatgebied?

A

Een gebied in de wereld waar het klimaat overal hetzelfde is

23
Q

Waar is de gematigde klimaatzone op het noordelijk halfrond?

A

Het gebied tussen de Noordpoolcirkel en de Kreeftskeerkring

24
Q

Waar is de gematigde klimaatzone op het zuidelijk halfrond?

A

Het gebied tussen de Steenbokskeerkring en de Zuidpoolcirkel

25
Q

Wat zijn de polen?

A

Het bovenste en onderste puntje van de aarde

26
Q

De polen zijn de warmste gebieden van de wereld. Waar of of niet waar?

A

Niet waar

27
Q

Wat is de temperende werking?

A

De invloed die de zee op de temperatuur heeft.

28
Q

Wat is hoogteligging?

A

Hoe hoog een plek ligt

29
Q

Voorbij de boomgrens groeien de bomen. Waar of niet waar?

A

Niet waar

30
Q

Waar ligt de boomgrens meestal?

A

Op de bergen