Goederenrecht II (8.3) Flashcards
Noem 4 voorbeelden die de erfpachter mag genieten indien hij hetzelfde genot geniet als de eigenaar (art. 5:89 lid 1 BW)
Indien erfpachter zelfde genot geniet als de eigenaar:
- Erfpachter mag vruchten trekken en genieten (art. 5:90 lid 1 BW)
- Erfpachter mag beslissen voor aanbrengen beplantingen/gebouwen (art. 5:89 lid 3 BW)
- Erfpachter mag goed verhuren en de huurgelden innen (art. 5:94 lid 1 BW)
Maar: wel moet de erfpachter de bestemming van het goed respecteren (art. 5:89 lid 2 BW) (voorbeeld: als je als een erfpacht hebt gekregen om een kantoorruimte te faciliteren, dan mag je er geen discotheek bouwen)
Wat houdt ‘canon’ in?
Canon is een facultatieve (dus niet verplichte) vergoeding bij erfpacht (art. 5:85 lid 2 BW) (dus als er geen afspraken over zijn gemaakt, dan is er ook geen vergoeding verschuldigd)
Hoelang duurt erfpacht?
Erfpacht geldt in beginsel oneindig lang, tenzij partijen anders overeenkomen (art. 5:86 BW)
Waar staat de definitie van vruchtgebruik in de wet?
Definitie vruchtgebruik: art. 3:201 BW
Leg het verschil uit tussen erfpacht en vruchtgebruik
Erfpacht kan alleen worden gevestigd op onroerende zaken, terwijl vruchtgebruik op ‘goederen’ gevestigd kan worden
Noem 4 ‘vormen’ die onder ‘goederen’ vallen
Goederen zijn:
- Zaken (zowel onroerend als roerend)
- Vorderingsrechten
- Effecten
- Vermogensrechten
Leg uit wat art. 3:207 lid 1 BW inhoudt
Art. 3:207 lid 1 BW: iemand die een vruchtgebruik heeft, mag de spullen waar dat vruchtgebruik over gaat, gebruiken of opmaken. Dat moet wel volgens de afspraken die zijn gemaakt toen het vruchtgebruik begon. Zijn er geen afspraken? Dan moet die persoon rekening houden met wat voor soort spullen het zijn en hoe men ze normaal gesproken op die plek gebruikt of opmaakt.