Goederenrecht II (8.1) Flashcards

1
Q

Wat is het vorderingsrecht?

A

Vorderingsrecht is het persoonlijk recht van een schuldeiser op het verricht van een prestatie door de schuldenaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Noem waar vorderingsrechten in onderscheiden kunnen worden en leg uit

A

Vorderingsrechten worden onderscheiden in:
- Vordering op naam: deze ontstaat op normale wijze (voorbeeld: lenen van geld)
- Vordering aan toonder/order: deze ontstaat door document waar het vorderingsrecht uit voortvloeit (voorbeeld: obligatie, tegoedbonnen, cheques)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Leg uit waarom bij overdracht van vorderingen sprake is van ‘rechthebbende’ en geen ‘eigenaar’

A

Bij vorderingen hebben mensen een recht en geen product waar iemand eigenaar van is. Daarom is iemand met een vorderingsrecht een rechthebbende

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Noem de 4 vereisten waar de overdracht van vorderingen aan moet voldoen

A

Vereisten voor overdracht van vorderingen:
- Geldige titel (art. 3:84 BW)
- Beschikkingsbevoegdheid (art. 3:84 BW)
- Geldige levering middels een cessie (openbaar of in stilte) (art. 3:84 BW)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is de levering voltooid bij een openbare cessie?

A

Bij een openbare cessie is de levering pas voltooid als de debitor cessus op de hoogte is van de overdracht van de vordering. Zowel de cedent als de cessionaris kan dat doen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het grootste verschil tussen een openbare cessie en een stille cessie

A

Bij een stille cessie hoeft geen mededeling worden gedaan aan de schuldenaar van de vordering, bij een openbare cessie moet dat wel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Noem 2 soorten beperkte rechten en leg deze rechten uit

A

Soorten beperkte rechten:
- Beperkte rechten met genotsfunctie; zorgt ervoor dat titularis wordt toegelaten om met betrekking tot het goed van een ander bepaalde handelingen te stellen
- Beperkte rechten met zekerheidsfunctie; zorgt ervoor dat het geld wat de titularis heeft uitgeleend aan een ander, nog terug ziet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Noem 4 soorten beperkte rechten met een genotsfunctie

A

Beperkte rechten met een genotsfunctie:
- Erfdienstbaarheid
- Erfpacht
- Vruchtgebruik
- Opstalrecht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Noem 2 soorten beperkte rechten met een zekerheidsfunctie

A

Beperkte rechten met een zekerheidsfunctie:
- Pandrecht
- Hypotheek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Leg uit hoe je een beperkt recht vestigt op een bezit

A

Beperkte rechten vestigen op een bezit gaat middels de schakelbepaling (art. 3:98 BW); doorlopen van dezelfde vereisten als de vereisten voor een geldige overdracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly