Functionalisme Flashcards

1
Q

Wat is de uitspraak van Hilary Putman en wat wordt hiermee bedoeld?

A

“We could be made of Swiss cheese and it wouldn’t matter”

Mentale toestanden lijken eerder bij de categorie vloeibaarheid te horen, dan bij water (dus, meervoudig realiseerbaar)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Mentaal holisme

A

Mentale toestanden zijn toestanden die een causale rol vervullen tussen (1) input, (2) output en (3) andere mentale toestanden

Bijv. weefselschade (input), schreeuwen (output) en je raakt gestresst (andere mentale toestand)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het verschil tussen het functionalisme en het behaviorisme?

A
  1. Het functionalisme zegt wél wat er in de black box zit/gebeurt en het behaviorisme niet
  2. Het functionalisme accepteert mentaal realisme en het behaviorisme niet (functionalisme: mentale toestanden zijn interne toestanden met causale (functionele) krachten. behaviorisme: wil het niet over interne toestanden hebben)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het model van het functionalisme

A

Reductionistische verklaring:
Wat is de causale rol analyse van X?
Datgene realiseert X

Bijv. pijn (functie: bepaalde reactie op weefselschade), hoe dit gerealiseerd wordt is irrelevant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Folk psychology

A

De alledaagse theorie die we gebruiken om het gedrag van mensen te interpreteren en voorspellen

Centraal: mensen hebben mentale toestanden en veel van deze gaan ergens over (bezitten intentionaliteit)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Jerry Fodor combineert een oud idee met een nieuw idee voor het functionalisme. Wat zijn deze twee ideeën?

A
  1. Mentale toestanden bezitten intentionaliteit
  2. Mentale processen zijn computationeel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Computatie

A

Gebruik regels om symbolen te manipuleren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Turing Machine

A

Als iets computationeel is, dan kan de Turing Machine het uitvoeren

Bovendien, het maakt niet uit waar je de TM van maakt (dus MR)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn vier problemen van het functionalisme?

A
  1. Het frame probleem (wat als er iets veranderd in de omgeving; Shakey de robot)
  2. De ‘filing cabinet method’ is biologisch niet realistisch (biologisch gezien wordt niet eerst alle informatie ergens ingestopt en daarna pas dat het met de wereld interacteert)
  3. Searle’s Chinese Room (ook al weet een machine hoe hij symbolen moet verwerken, kun je er niet vanuit gaat dat hij de symbolen begrijpt: syntax = niet semantics)
  4. Seriële informatieverwerking (informatie wordt serieel verwerkt: lage schadetolerantie & niet biologisch realistisch)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de conclusies voor het functionalisme?

A
  1. Functionalisme is biologisch niet realistisch
  2. Functionalisme kan betekenis niet verklaren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly