Effectief Communiceren Deel 2 - Hoofdstuk 21 Flashcards
Drie categoriën van gesprekken
Informatief (vraag)gesprek, gedragsveranderend gesprek en educatief gesprek.
Informatief (vraag)gesprek
Beoorgd om informatie over te dragen van de zender naar de ontvanger zonder andere bedoelingen.
Gedragsveranderend gesprek
Heeft als doel om iets te doen gebeuren, er moet iets veranderen.
Educatief gesprek
Nodigt uit tot verandering, waarbij de ontvanger wel de vrijheid heeft er wel of niet iets mee te doen.
Drie fasen van een gesprek
Beginfase, middenfase en eindfase
Beginfase
Begroeting, small talk
Middenfase
Doel, informatie uitwisselen
Eindfase
Afronden, afscheid nemen
Wat is belangrijk voor een effectief gesprek?
Dat de gesprekspartners aan het begin van het gesprek inzicht krijgen in elkaars doelen.
Agendabepaling
Hierbij wordt de globale structuur van het gesprek vastgesteld.
Afronden
Zet alle gemaakte afspraken op een rijtje en spreek af wanneer iets klaar moet zijn.
Actief luisteren
Dit is meer een monoloog dan een dialoog. Degene die luistert voegt inhoudelijk weinig toe maar concentreert zich op het samenvatten.
Twee soorten vragen
Open en gesloten vragen
Gesloten vragen
Beginnen altijd met een werkwoord. Kunnen alleen met ja of nee worden beantwoord.
Open vragen
Beginnen altijd met een vraagwoord.
Vier functies van spiegelen
Stimuleren, controleren, uitdiepen en richtinggeven.
Stimulerende functie
Ontvanger laat door het samenvatten merken dat hij goed luistert.
Controlefunctie
Samenvatten zorgt ervoor dat eventuele misverstanden direct aan het licht komen.
Uitdiepingsfunctie
Door de samenvatting zal de spreker eerder geneigd zijn om zijn eigen woorden verder toe te lichten.
Richtingrevende functie
De samenvatting helpt de spreker de eigen draad in het betoog in het oog te houden.
Trechtermethode
Begin met algemene vragen en ga vervolgens verder met steeds specifiekere vragen
Drie doelen waarbij open vragen stellen (1 van 3)
Prioriteiten van de gesprekspartner ontdekken
Drie doelen waarbij open vragen stellen (2 van 3)
Een mening te weten zien te komen
Drie doelen waarbij open vragen stellen (3 van 3)
Communicatieve vaardigheden vaststellen
Drie doelen waarbij gesloten vragen stellen (1 van 3)
Tijd besparen
Drie doelen waarbij gesloten vragen stellen (2 van 3)
Specifieke informatie verkrijgen
Drie doelen waarbij gesloten vragen stellen (3 van 3)
Omstandigheden van het gesprek in de hand houden
Suggestieve vraag
Een vraag waarin het altwoord min of meer al gegeven wordt