Echo Flashcards

1
Q

Hyperechogeen

A
  • witter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hypo echogeen

A
  • donkerder
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Anechogeen

A
  • zwart

- weerkaatst niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Iso echogeen

A
  • zelfde
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Sectoriële sonde

A
  • beperkter contactoppervlak

- uitgebreid en diep beeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Lineaire sonde

A
  • beperkt tot grootte contactopp.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Macroconvexe sonde

A
  • freq. 3-8 MHz

- abdominaal grote honden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Microconvexe sonde

A
  • freq. 6-10 MHz

- abdomen kleinere patiënten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Lineaire sonde

A
  • 10-18 MHz = hoger = gedetailleerder maar oppervlakkig
  • oppervlakkig
  • gedetailleerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Phased Array Sonde

A
  • klein vlak contact oppervlak

- toch sectorieel beeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Voorbereiding patiënt

A
  • sedatie of anesthesie (stress, bewegen en hijgen voorkomen)
  • Huid proper: geschoren, vuil weg. Bij paard alcohol op vacht, sonde beschermd door omhulsel met echogel.
  • echogel verbeterd contact
  • positionering: dorsale of laterale decubitus of rechtstaand of rectaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Indicator

A
  • bolletje/lijn
  • naar craniaal (khd) of dorsaal (GHD)
  • naar caudaal bij darmen khd
  • vinger thv indicator voor goede oriëntatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Abdomen khd

A
  • craniaal naar caudaal via spiraal
  • start bij lever, via links naar caudaal tot urineblaas
  • via rechts terug naar craniaal en dan SVS.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Abdomen GHD

A
  • caudaal en dorsaal gestart

- parallelle verticale lijnen naar craniaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Probe-preset

A
  • selecteren probe en frequentie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Depth

A
  • diepte van beeld instellen
17
Q

Algemen gain

A
  • versterkt terugkomend signaal

- = witter beeld

18
Q

Freeze

A
  • bevriezen beeld om structuren beter te bekijken/meten/op te slaan
19
Q

Focus

A
  • focus van beeld op gewenste diepte
20
Q

Measure

A
  • meting uitvoeren
21
Q

Gain afh. van diept

A
  • versterkt terugkomend geluidssignaal

- via schuifknoppen kan gain op verschillende dieptes individueel aangepast worden

22
Q

Artefacten

A
  • vaak
  • akoestische schaduw
  • reverberatie/ A-lijn
  • acoustic/distal enhancement
23
Q

Akoestische schaduw

A
  • absorptie geluidsgolven door structuur

- oppervlakte kan beoordeeld worden, inhoud /dieper niet

24
Q

Reverberatie

A
  • volledige weerkaatsing golven door lucht
  • hyperechogene reflectie van weefsel (longopp.)
  • serie lijnen
  • enkel eerste lijn = oppervlakte luchthoudende structuur, rest is artefact
25
Q

Komeetstaarten

A
  • B-lijnen
  • fijne, snelle reverberaties
  • darm of longoppervlak onregelmatigheden
26
Q

Acoustic of distal enhancement

A
  • makkelijkere transmissie door vocht dan door weefsel
  • meer golven door met vocht gevulde structuur dan weefsel errond
  • versterkte echogeniciteit tov weefsel achter deze structuur