D2 H6 - De cognitieve ontwikkeling in de babytijd Flashcards
Welke zijn de vier universele stadia die alle kinderen doorlopen volgens Piaget?
- het sensomotorische stadium (0-2j)
- het pre-operationele stadium (2-7j)
- het concreet operationele stadium (7-12j)
- het formeel opereationele stadium (12- volwassenheid)
wat is een schema?
- een schema is een georganiseerde mentale structuur en patronen
- fundamentele bouwstenen van de manier waarop we de wereld zien
- naarmate we onze kennis uitbreiden en organiseren, vormen en veranderen onze schema’s
Wat ligt volgens Piaget ten grondslag aan de groei van schema’s?
- adaptatie
- = de neiging van iemand om zich aan te passen aan zijn omgeving
uit welke twee processen bestaat adaptatie?
- assimilatie = het proces waarbij mensen een nieuwe ervaring interpreteren aan de hand van hun huidige cognitieve ontwikkelingsstadium en denkwijze
- accomodatie = het proces waarbij bestaande manieren van denken of doen veranderen in reactie op nieuwe stimuli of gebeurtenissen
wat is het senso-motorische stadium van Piaget?
het eerste stadium in Piagets theorie, waarin het kind sterk afhankelijk is van zijn aangeboren reacties op stimuli
benoem de 6 substadia van het sensomotorische stadium (met leeftijd)
- sub 1 - eenvoudige reflexen (0-1mnd)
- sub 2 - eerste gewoonten en primaire circulaire reacties (1-4 mnd)
- sub 3 - secundaire circulaire reacties (4-8 mnd)
- sub 4 - coördinatie van secundaire circulaire reacties (8-12mnd)
- sub 5 - tertiaire circulaire reacties (12-18 mnd)
- sub 6 - het begin van denken (18-24 mnd)
wat is een circulaire reactie?
een activiteit die de ontwikkeling van cognitieve schema’s mogelijk maakt, dankzij de herhaling van een willekeurige motorische handeling
wat is intentioneel gedrag? en tot welk substadium behoort deze ontwikkeling?
intentioneel gedrag = gedrag waarbij verschillende schema’s gecombineerd en gecoördineerd worden tot één enkele actie om een probleem op te lossen
-> behoort tot sub 4 - coördinatie van secundaire circulaire reacties
wat houdt de informatieverwerkingstheorie in ?
dit is een benadering van cognitieve ontwikkeling die probeert te achterhalen op welke manieren mensen informatie coderen, opslaan en terughalen
wat is het expliciet geheugen?
= geheugen met bewuste herinneringen die doelbewust kunnen worden opgehaald
-> de voorloper vh expliciet geheugen huist in de hippocampus
wat is het impliciet geheugen?
- = geheugen met herinneringen waarvan we ons niet bewust zijn
- !! toch beïnvloeden die herinneringen onze prestaties en gedrag
- het impliciete geheugen bevat motorische vaardigheden, gewoonten en activiteiten die we ons zonder bewuste, cognitieve inspanningen kunnen herinneren
- vroegste herinneringen lijken impliciet (-> cerebellum, hersenstam)
**
wat is het ontwikkelingsquotiënt van Arnold Gesell
- eerste meetmethode om baby’s met een abnormaal ontwikkelingspatroon te onderscheiden
- = een overkoepelende ontwikkelingsscore die betrekking heeft op motorische vaardigheden, taalgebruik, aanpassingsgedrag en pers. en sociale vaardigheden
wat is crossmodale perceptie?
= het vermogen om een stimulus die op een eerder tijdstip slechts via één zintuig ervaren is later door middel van een ander zintuig te identificeren
wat is taal? en wat zijn drie formele eigenschappen van taal?
= de systematische, betekenisvolle ordening van symbolen die de basis vormt voor communicatie
- fonologie = basisklanken voor een taal
- morfemen = kleinste betekeniseenheden in een taal
- semantiek = geheel van regels die de betekenis van woorden en zinnen bepaalt
wat zijn holofrasen?
wat is telegramstijl?
= uiting van één woord die voor de hele zin staat en waarvan de betekenis afhangt van de context waarin de uiting wordt gebruikt
= manier van praten waarbij woorden worden weggelaten die niet cruciaal zijn voor de boodschap