Criminaliteit begrippen H8 Flashcards
Wraak en vergelding
zijn er beide op gericht de dader een vervelende tijd te bezorgen omdat hij iemand anders leed heeft aangedaan.
Genoegdoening
het slachtoffer en/of de nabestaanden voelen zich beter doordat de dader gestraft wordt.
Afschrikking
het bang maken van de dader en anderen om (opnieuw) een misdaad te plegen.
Beveiliging van de samenleving:
iemand wordt opgesloten zodat hij de samenleving geen last kan bezorgen.
Handhaving van de rechtsorde
door overtredingen en misdrijven te bestraffen worden de wetten en regels nageleefd.
Eigenrichting
mensen willen voor eigen rechter spelen en zelf de straf uitvoeren.
Resocialisatie
een poging om de dader te heropvoeden zodat hij zich aanpast aan de normen van de samenleving.
Strafmaat
is de hoogte van een straf die een rechter maximaal kan geven.
Hoofdstraf
de belangrijkste straf die de rechter oplegt.
Geldboete
een straf waarbij de dader een geldbedrag moet betalen.
Hechtenis
een vrijheidsstraf die geldt voor overtredingen.
Gevangenisstraf
een vrijheidsstraf die geldt voor misdrijven.
Werkstraf
: de dader doet verplicht nuttig werk voor de samenleving.
Bijkomende straf:
straf naast de hoofdstraf, zoals het rijbewijs afnemen.
Terbeschikkingstelling (tbs):
de dader wordt ter behandeling opgenomen in een tbs-kliniek