College 3 Flashcards
Thought & language
Information-processing system
Mechanismen voor het ontvangen van informatie, het weergeven ervan met symbolen en het manipuleren ervan
Thinking
Het manipuleren van mentale representaties
Reactie tijd
De tijd tussen het aanbieden van een stimulus en een reactie daarop
Concept
Categorieën van objecten, gebeurtenissen of ideeën met gemeenschappelijke eigenschappen
Formele concepten
Duidelijke regels over het concept
Informeel concept
Concept op basis van karakteristieke kenmerken en je hoeft niet aan alle kenmerken te voldoen
Prototype
Een voorbeeld van een informeel concept dat aan alle karakteristieken voldoet
Propositie
Mentale representaties die relaties tussen concepten uitdrukken: kunnen waar of onwaar zijn
Schema’s
Sets van proposities die generalisaties en verwachtingen creëren over categorieën van objecten, plaatsen, gebeurtenissen en mensen
Scripts
Een type schema over de gebeurtenissen die samen een bekende activiteit vormen
Mental models
Weergaven van hoe concepten zich tot elkaar verhouden in de echt wereld
Images
Mentale representaties van visuele informatie
Cognitieve maps
Mentale representaties van bekende delen van de wereld
Reasoning
Het proces waarbij mensen argumenten genereren en evalueren en daar conclusies over trekken
Inferences
Gevolgtrekkingen
Formeel redeneren
Een reeks strikte procedures om tot een geldige conclusie te komen
Algoritmes
Systematische procedures die niet anders kunnen dan een correct oplossing voor een probleem te leveren
Logic
Een systeem van formules om geldige conclusies te trekken
Deductief redeneren
Een soort redenering waarbij gebruik wordt gemaakt van een algemene regels om conclusies te trekken over specifieke gevallen
Informeel redeneren
Je gebruikt dit als je probeert de geloofwaardigheid van een conclusie te beoordelen op basis van het beschikbare bewijs om deze te ondersteunen
Heurestieken
Mentale shortcuts of vuistregels
Anchoring Bias
Een snelkoppeling in het denkproces waarbij nieuwe informatie aan bestaande informatie wordt toegevoegd, om zo tot een oordeel te komen
Representativeness heurestiek
Een mentale snelkoppeling waarbij wordt beoordeeld of iets tot een bepaalde klasse behoort op basis van de gelijkenis met andere leden van de klasse
Availability heurestiek
Een mentale snelkoppeling waarbij oordelen worden gebaseerd op informatie die het makkelijkst bereikbaar is.
Means-end analysis
hierbij vraag je je voortdurend af waar je staat ten opzichte van je uiteindelijke doel en bepaald je vervolgens de middelen waarmee je een stap dichter bij dat doel kunt komen.
Mental set
De neiging dat oude patronen van probleem-oplossing blijven bestaan
Functional fixedness
De neiging om over bekende objecten te denken in bekende manieren
Confirmation bias
De neiging om meer aandacht te besteden aan bewijs ter ondersteuning van iemands hypothese ipv die de hypothese weerlegt
AI
Het vakgebied dat bestudeert hoe computer geprogrammeerd kunnen worden om de producten van de mensen te imiteren
Creativity
Een mentale activiteit die kan worden afgeleid uit producten die voorkomen uit het creatief proces
Divergent thinking
Het vermogen om langs meerder paden te denken om meerdere oplossingen voor een probleem te genereren.
Loss aversion
De pijn van een bepaalde hoeveelheid verliezen is vaak groter dan het plezier die we voelen als we dezelfde hoeveelheid verdienen
Grammar
Een reeks regels voor het combineren van symbolen, zoals taal
Phoneme
De kleinste eenheid van klank die de betekenis van spraak beïnvloed
Morphemes
De kleinste eenheid van taal met betekenis
Syntax
Woorden worden op hun beurt gecombineerd om zinnen en zinsdelen te vormen volgens een reeks grammatica regels
Semantics
Regels die de betekenis van woorden en zinnen bepalen
Surface structures
De volgorde waarin woorden zijn gerangschikt in zinnen
Deep structures
Een abstracte weergave van de onderliggende betekenis van een bepaalde zin
Infant vocalizations
Eerste geluide gemaakt door baby’s
Babbelings
Herhaling van lettergrepen: geluiden die baby’s maken die op spraak lijken