College 1

Question 1

Waaruit bestaat het schrijfproces?

Answer 1

Oriëntatie, plannen, schrijven, redigeren en afwerken.

Question 2

Waar kijk je naar bij oriënteren?

Answer 2

Communicatieve doelen

Question 3

Waar streef je naar met een communicatief doel?

Answer 3

Verandering in cognitie bij de lezer

Question 4

Wat houdt informatief in?

Answer 4

kennis over feiten

Question 5

Welke doelen zijn er?

Answer 5

Informatief, instructief, persuasief, motiverend en affectief.

Question 6

Wat is de functionele analyse?

Answer 6

De specificatie van doelen, doelgroepen, onderwerpen en beleidsdoelstellingen op basis van inhoud en contextanalyse.

Question 7

Wat is het doel van de functionele analyse?

Answer 7

Evaluatie van informatieve documenten. Onderdelen van het document moeten bijdragen aan het doel.

Question 8

Is het beter om de functionele analyse vooraf of achteraf te doen?

Answer 8

Vooraf

Question 9

Wat is het uitgangspunt van de functionele analyse?

Answer 9

Onderdelen van het document moeten bijdragen aan het doel.

Question 10

Waar stelt de funtionele analyse eisen aan?

Answer 10

Er zijn eisen aan inhoud, structuur, stijl en vorm.

Question 11

Welke stappen moet men ondernemen bij de functionele analyse?

Answer 11

1. nagaan voor wie het document bedoelt is
2. Het formuleren van doelen
3. vereisten opstellen waaraan het document moet voldoen
4. Nagaan in hoeverre het document aan de eisen voldoet.

Question 12

Wat houdt instructief in?

Answer 12

kennis over handelen

Question 13

Wat is persuasief?

Answer 13

Mening/houding

Question 14

Wat is motiverend?

Answer 14

Gedragsintentie

Question 15

Wat is affectief?

Answer 15

emoties