colle 2 artieklen Flashcards

1
Q

waarom voeden we eigenlijk op

A
  1. beschermimng en verzorging met het oog op rijping en fysieke ontwikkeling.–> biologische noodzaak
  2. aanleren/overnemen van kennis en ervaringen van anderen bv communicatie, taal , imitatie–> sociaal culturele noodzaak
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

socialisatie, role taking, distantie

A

internaliseren van wat normaal is, verwachtingen van gedrga, houding, opvattingen en uiterlijk–> role taking= sociale rollen
- imitatie, nadoen
- distantie: kijken naar jezelf met de ogen van een ander, kijken of je het goed doet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

openehid van mens, role making

A

denken en gedrag ligt niet vast, doen alsof, fantseren, liegen, afstand nemen–> ruimte om eigen invulleing te geven aan sociale rollen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

role making vs role taking van sociale wereld

A

vrijheid en verbondenheid, beide horen bij mens zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

opvcoeding en opvoeden conceptuele analyse

A

hoe wordt het begrip gebruikt
- correct
- courant= gebruikelijk
- paragdigmatisch= voorbeeld die goed is zonder dsicussie, kern en essentie, bv dankjewel moeten zeggen van vader of moeder bij iets krijge van ander

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

opvoeding

A

Een geheel aan daden, activiteiten en praktijken dat als doel heeft om een kind te ondersteunen in het proces van volwassen-wording, inhoud en stijl, gewootnes en gebruiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

opvoeden

A

handelingsbegrip, is met een doel maar niet perse met een resulaat. doel om kind uit eigen wil dingen te doen of niet te doen. Specifieke set van daden of activiteiten, gericht op beïnvloeding in een gewenste richting bv corrigeren, verbieden, aansporen, complimenteren. opvoeden onderdeel van groter geheel opvoeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kenmerken van opvoeden

A
  • intentionele handeling= doelbewust resultaat niet noodzakelijk
  • interactie tussen vowassen en kind= verchsil in leeftijd geeft recht achteer een daad, verschilk in morele status, kinderen kunnne elkaar niet opvoeden justitioneel gezien en kind= object maar niet passiief, zelf ook invloed en tegenspraak
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

doel opvoeding en eindoel

A

Opvoeden is een poging om invloed uitoefenen op de wil van het kind. De ontwikkeling van gezinsleden te aanzien van bepaald gedrag, aan de hand van kennis en vaardigheden het kind gaat zelf dingen willen doen. eindoel= volwassenheid= morele verantwoordelijkheid, gedragen volgesn regels etc= cultuur afhankelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

kenmerken volwassenheid

A

eigen levensorientiatie, staat voor je eigen mening, waarden, oordelen, innerlijke kern van persoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

onderwijs opvoeding dan hetzelfde?

A

opvoeding en leren ouder dan onderwijs. Onderwijs is een plek waar kennis volgens een bepaalde werkwijze wordt doorgegeven aan een nieuwe generatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

education betekenis en 3 kenmerken peters richard

A

waardevols leren, ( maatschappelijke balng, botisng wensen ouders–> tussenoplossing= christelijke school bv) op moreel acceptabel manier, leid tot ontwikkeling en groei. = ontwikkeling van mens zijn vorming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

moreel acceptable manier betekenis

A

Recht doen aan de mens als wezen en dat kan leren, jezelf laten denken. Recht doen aan ethisch principe van gelijkwaardigheid van mensen. Elkaar de vrijheid geven om zelf na te denken. mens niet zien als object

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

indocrinatie

A

Andere benaderen als object en zo behandelen is niet moreel acceptabel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

verschil onderwijs en opvoeidng

A

onderwijs/leerkachten= ligt om alle leerlingen toe te rusten met kennis, vaardigheden en houdingen die in het algemeen gezien worden als zinvol en wenselijk

ouders= recht om hun eigen kinderen in de opvoeding to te rusten met kennis, vaardigheden en houdingen die zij zelf als zinvol en wenselijk zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

duurzaamheidsvraagstukken in het onderwijs dillema en viesies

A

visie 1= School is de plek om kennis te maken met kwesties die spelen samenleving, hier komen immers alle kinderen bij elkaar

visie 2= komt voor het Griekse woord vrije tijd, vrije ruimte om te leren, relatief los van gezinsleven, arbeidsmarkt of politiek

16
Q

hannah arend ouders en school hebben dubbele pedagogische verantwoordelijkheid

A
  • naar de wereld = natuur, samenleving, menselijk ingrijpen in de natuur. Belang van behoud en vernieuwing door nieuwe generatie.
  • naar het kind= ontwikkeling van eigen mogelijkheden en talenten, ook op het gebied van keuzes, autonomie is vrijheid van denken en oordelen.
17
Q

speicifieke didaktische activiteit van leraren in onderwijs

A
  1. kiezen en introduceren van actueel onderwerp
  2. vrij geven van dat onderwerp voor onderzoek door leerlingen
18
Q

kiezen wat belangrijk is en moeten doe handelen pragmatische theorie van sociale verandering

A

Gewoonte - crisis - creativiteit: maatschappelijke vraagstukken oppakken wanneer we niet langer op de oude voet kunnen doorgaan, dus= kiezen op basis van urgentie, zichtbaarheid

18
Q

pragmatische theorie van leren john dewey

A

Leren vind plaats wanneer problemen/vragen niet meer op bekende manier kunnen worden opgelost= gewoonte, leerling loopt vast = crisis op zoek naar nieuwe manieren= creativiteit

19
Q

pragmatisme

A

stroming die de focus legt op verbindig brengen tussen praktijk en theorie, die volgens pragmatisme niet los van elkaar staan