chapter 1

Question 1

Survival needs

Answer 1

nutrients, oxygen, water, normal body temperature, appropiate atmospheric pressure

Question 2

Homeostatic control

Answer 2

1. Er is een stimulus die een verandering laat gebeuren.
2. Een receptor detecteerd deze verandering.
3. Deze input wordt langs een afferent pathway verzonden naar het control center.
4. Het control center bepaald de set point, de level waarop de waardes moeten zijn. Het
   control center bepaald wat er moet gebeuren om deze waarde weer binnen de
   limieten te krijgen.
5. Deze output vanuit het control center wordt via een efferent pathway verzonden naar
   de effector. De effector voert de taak uit die het control center heeft gegeven om zo
   de waarde weer goed te krijgen.

Question 3

Hypertrophy

Answer 3

Too much volume
 Increase in size of tissue or cells.
 Bodybuilders develop hypertrophic muscles.
 Not considered pathological.

Question 4

Hypotrophy

Answer 4

o Too small volume

 Decrease in size of tissue or cells.

Question 5

• Atrophy

Answer 5

o Lost volume
 Significant of complete loss of tissue.
 Tissue atrophy could result from cellular atrophy, cumulative cell
death, or loss of material in between cells.

Question 6

Dystrophy

Answer 6

o Wrong volume

 Degeneration of tissue

Question 7

Dysplasia

Answer 7

o Wrong formation

 Abnormal growth

Question 8

Hyperplasia

Answer 8

o Too much formation

 Generation of tissue

Question 9

• Metaplasia

Answer 9

o Changed formation
 A cell type changes into another cell type and produces a tissue that is
different from the original tissue at that location.

Question 10

• Heteroplasia

Answer 10

o Different formation
 A cell type that is not normally present in the tissue, invades into the
tissue and starts to produce a tissue that is different from the original
tissue at that location

Question 11

Dorsal body cavity

Answer 11

Deze holte beschermt de kwetsbare organen van het zenuwstelsel. Het brein en de spinal
cord worden beide bedekt door een membraan dat de meninges heet. Deze cavity kan
worden opgedeeld in twee verschillende types.
- Cranial cavity
- Vertebral cavity

Question 12

Ventral body cavity

Answer 12

Deze holte beschermt de interne organen die de viscera heten. De wanden van de ventral
body cavity en de outer oppervlakken zijn bedekt met een dunne laag, dubbelwandig
membraan. Dit membraan heet de serosa, of serous membrane. Deze membranen worden
gescheiden door een middel dat serous fluid heet.
- Thoracic cavity
- abdominopelvic cavity

Question 13

Thoracic cavity

Answer 13

o Pleural cavities
o Pericardial cavity
o Superior mediastinum

Question 14

Abdominopelvic cavity

Answer 14

o Abdominal cavity

o Pelvic cavity