Bs Kw5 Hfdstk 1 en 4 Flashcards

1
Q

Soorten Veranderingsproces:

A

Lichamelijk + Geestelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Lichamelijk (Normaal verloop)

A

Gerontologie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Lichamelijk (Complex verloop)

A

Geriatrie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Geestelijk (Normaal verloop)

A

Psychogerontologie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Geestelijk (Complex verloop)

A

Psychogeriatrie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is gerontologie?

A

Achteruitgang op verschillende gebieden van lichamelijk functioneren / het normale lichamelijke verouderingsproces

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Gerontologie verandering:

A

~Zintuigen
~Motoriek
~Slaapbehoefte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Psychogerontologie geestelijke veranderingen:

A

~Persoonlijkheid bij karakter
~Denken
~Leren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is psychogerontologie?

A

Het normale geestelijke verouderingsproces

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is geriatrie?

A

Complexere afwijkingen van het normale lichamelijke verouderingsproces

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is psychogeriatrie?

A

Complexere afwijkingen van het normale geestelijke verouderingsproces

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is dementie?

A

Dementie is een verzamelnaam voor ruim 50 ziektes. Deze ziektes tasten de hersenen aan en zorgen voor een geleidelijke achteruitgang van iemands geestelijke gezondheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Dementie bestaat uit : bijv

A

~ Alzheimer
~ Vasculaire dementie
~ Korsakov

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is confabuleren?:

A

Opvullen van lege plekken in het geheugen (verzinseltjes bedenken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Woonbegeleiding bij ouderen:

A
~ Verzorgingshuis
~ Verpleeghuis (psycho)geriatrie
~ Thuiszorg
~ Kangaroo woning
~ Mantelzorg
~Begeleiden wonen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is psychiatrie?

A

Psychiatrie is een specialisatie binnen de medische wetenschap die zich bezighoudt met onderzoek, diagnose en behandeling van psychise aandoeningen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is psychiatrische stoornissen?

A

Psychiatrische stoornissen zijn stoornissen op het gebied van denken, emoties en gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Soorten angststoornissen:

A
~ Specifiek fobie
~ Sociale fobie
~ Paniekstoornis
~ Agora fobie
~ Dwangstoornis
~ Selectief mutisme
~ Post traumatische stresstroonis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Soorten voedings -en eetstoornis:

A
~ Anorexia nervosa
~ Boulimia nervosa
~ Eetbuisstoornis 
~ Eetstoornis Niet Anders Omschreven (NAO) *orthorexia
*Pica eetstoornis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Waardoor onstaat een eetstoornis?

A
~Social media
~Aangeleerd door thuis
~Pesten
~Vergelijken met "de norm"
~persoonlijkheid (onzeker)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q
Onstaan eetstoornis:
(Nature?)
(Nurture?)
~Aanleg?
~Omgeving
~Ingrijpende gebeurtenissen
~Persoonlijke eigenschappen
A

~Aanleg (nature)
~Omgeving (nurture)
~ Ingrijpende (nurture)
~Persoonlijke eigenschappen (nature/nurture)

22
Q

Wat is psychose?

A

Een psychose is een toestand van ernstige verwardheid, waarbij iemand het contact met de dagelijkse werkelijkheid gedeeltelijk of bijna geheel, kwijt is

23
Q

Psychotische verschijnselen zijn:

A

~ Wanen
~ Hallucinaties
~ Verwarheid

24
Q

Hoe ga je om in de begeleiding met iemand die een psychose heeft?

A

~ Blijft rustig
~ Motiveer de persoon serieus
~ Neem de persoon serieus
~ Benadruk de realiteit en wees duidelijk
~ Help de persoon bij het oppakken van dagelijkse taken
~ Wees niet te emotioneel betrokken naar de client toe (Balans afstand)

25
Q

Soorten woonvoorzieningen:

A

~ Intramuraal
~ Semimuraal
~ Extramuraal
~ Tijdelijk

26
Q

Intramurale woonvoorzieningen:

A

~ Woonvoorziening waar mensen 24 uur per dag (kunnen) verblijven
~ Alle voorzieningen zijn er
~ Aantal neemt af (denk aan de ontwikkeling meer kleinschalig, meer in de wijk)

~Kas Hugenholtz, sommige huizen van fundashon Verriet

27
Q

Semimurale woonvoorziening:

A

~ Woonvoorziening die geen 24 uur zorg biedt
~ Deel van de dag (meestal overdag, dagbesteding) zijn de bewoners ergens anders

~Fundashon Verriet, aantal huizen

28
Q

Extramurale woonvoorziening:

A

~ De zorg bij het wonen wordt gegeven buiten de instelling
~ Begeleid zelfstandig wonen

~ Fundashon Verriet, pedagogische dienst

29
Q

Een andere woord voor extramurale woonvoorziening?

A

Ambulante begeleiding

30
Q

Tijdelijke woonvoorziening:

A

~ Onlasting voor het gezin
~ Mensen met een beperking verblijven hier korte duur / tijdelijk
~ Logeerhuizen
~ Zorghotel

31
Q

Wat is verslaving?

A

Verslaving betekent dat je niet meer zonder een bepaald genotsmiddel kunt.

32
Q

Soorten afhankelijkheid:

A

~ geestelijk afhankelijkheid

~ Lichamelijk afhankelijkheid

33
Q

Soorten verslaving?

A

~ Verslaving aan stoffen

~ Verslaving aan gedrag

34
Q

Verslaving aan stoffen:

A
~ Alcoholverslaving
~ Drugsverslaving
* Cocaineverslaving
*GHBverslaving
* Herioneverslaving
*Crystal Meth verslaving
* XTC / MDMA verslaving
* Speedverslaving
* Cannabis verslaving
~ Medicijnenverslaving
35
Q

Verslaving aan gedrag:

A

~ Gamen / internet
~ Gokken
~ Shoppen

~ Dwangmatige handeling

36
Q

Oorzaken van verslaving?

A

~Erfelijkheid: Bij 35%-80% van de verslaafden speelt erfelijkheid een rol
~Persoonlijke- en omgevingsfactoren

37
Q

Motivatie voor het stoppen

A

~Nadelen van gebruik

~Voordelen van stoppen

38
Q

Behandeltraject:

A

Stap 1: De intake
Stap 2: De behandeling
Stap 3: Nazorg

39
Q

Vormen van behandeling: Deeltijd behandeling

A

~Ambulante behandeling

~Dagbehandeling

40
Q

Vormen van behandeling: Kliniek Opname

A

~Verschillend van duur ( 7 dagen/een maand)
~Inclusief detox
~Buitenland

41
Q

Jeugdstrafrecht?

A

~Tot 12 jaar kan iemand geen straf/boete krijgen
~Vanaf 12 jaar jeugdstrafrecht
~Vanaf 18 jaar volwassen strafrecht
~Vanaf 23 jaar kan de rechter jeugdstrafrecht toepassen

42
Q

Soorten straf jeugdstrafrecht?

A
~Halt
~Boete
~Taakstraf (Leerstraf, Werkstraf)
~Detentie
~Gedragsbeinvloedende maatregel
~PIJ maatregel
43
Q

Halt straf?

A

~12- 18 jaar
~Licht strafbaar feit
~Vrijwillig alternatief om echte straf te voorkomen

44
Q

Boete?

A

~Vanaf 12 jaar

~Rechter of officier van justitie bepaalt de hoogte

45
Q

Taakstraf?

A

Een taakstraf voor jongeren bestaat uit:
~Een werkstraf (Onbetaalde arbeid): (Max. 240uur)
~Leerstraf (Een leerproject): (Max. 480uur)
~Een combinatie hiervan: (Max. 480uur)

46
Q

Jeugddetentie?

A

Justitiele Jeugdinrichting (JJIC)
~12-15 jaar Max. 1 jaar
~16-17 jaar Max. 2 jaar
~Nachtdetentie

47
Q

Gedragsbeinvloedende maatregel:

A
Opsluiting te zware straf voorwaardelijk te licht:
~Gedragsbeinvloedende maatregel (GBM)
~Controle Jeugdreclassering
~Behandelingvolgen
~Aanwijzing jeugdreclassering volgen
~Duur meestal 12 maanden
48
Q

PIJ maatregel?

A

~Plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (PIJ)
~Jongeren met een ontwikkelingsstoornis of psychische aandoening
~Intensieve behandeling en begeleiding

49
Q

Jeugdclassering:

A

~Toezicht en begeleiding

50
Q

Volwassen strafrecht? Sancties:

A
Sancties: ~Boete
~Taakstraf
~Schadevergoedings maatregel
~Ontzegging van de rijbevoegheid
~Vrijheidsstraf