Boekhoudrecht Flashcards
Wat is een specifiek achtergestelde lening en hoe stel je deze voor op balans?
Een achtergestelde lening is een krediet waarbij de kredietverstrekker in het geval van faillissement van de lener wordt achtergesteld in zijn positie als schuldeiser: de achtergestelde schuldeiser komt in een faillissement in de volgorde van schuldeisers dus achter de concurrente (‘gewone’) schuldeisers zoals de werknemers en de banken.
Achtergestelde leningen hebben wel voorrang op de aandeelhouders, vennoten of inbrengers. Achterstelling kan men bereiken door dit contractueel met elkaar af te spreken.
Het volledig model heeft zowel in de balans, als in de toelichting mbt. leningen een aparte sectie mbt. achtergestelde leningen.
Een verkort model heeft dit niet, maar kan eventueel indien gewenst steeds in de vrije toelichting inbegrepen worden.
Herwaarderingen? Welke rubrieken en verwerking?
Enkel materiële en financiële vaste activa mogen (geen verplichting) geherwaardeerd worden (max marktwaarde). Immateriële vaste activa kan niet geherwaardeerd worden.
De geboekte meerwaarden worden rechtstreeks toegerekend Herwaarderingsmeerwaarden en daar behouden zolang de betrokken activa niet worden gerealiseerd .
3 voorwaarden
1. Vaststaand en duurzaam karakter;
2. Rendabiliteitsvoorwaarden: actief gebonden rendabiliteitsvoorwaarde.
- MVA: de rendabiliteit (bv. op basis van DCF waardering) van het geherwaardeerde actief moet de bijkomende afschrijvingslast kunnen dragen;
- FVA: het financieel resultaat van deze FVA moet voldoende zijn om de herwaardering te onderbouwen (bv. voor genoteerde aandelen stijgt de beurskoers om duurzame en vaststaande manier uit boven de boekwaarde (oppassen voor koersstijgingen door speculaties dewelke geen vaststaand karakter hebben).
- Bijkomende rentabiliteitsvoorwaarde voor activa noodzakelijk voor de voortzetting van het bedrijf (enkel indien noodzakelijk voor voortzetting bedrijf) (dit zijn bijna alle activa. Enkel overige materiele vaste activa en materieel vaste activa aangehouden voor verkoop zouden hier mogelijks niet onder vallen. Aangezien MVA aangehouden voor verkoop geen vaststaand en duurzaam karakter meer heeft, is er echter hier reeds een inbreuk op de voorwaarden).
- MVA: de rendabiliteit (bv. op basis van DCF waardering) van de vennootschap of betrokken bedrijfsonderdeel moet de bijkomende afschrijvingslast kunnen dragen (dit om te vermijden dat een verlieslatend bedrijf, met 1 winstgevende machine, en voor eht overige verlieslatende machines, die 1e machine alsnog zal herwaarderen en zo het eigen vermogen kortstondig opkrikken, en dit teniet doen door overgedragen verlies door extra afschrijvingen.
Varia
- Herwaarderingen dienen a rato van de afschrijvingslast overgeboekt te worden van herwaarderingsmeerwaarden naar beschikbare reserves.
- Herwaarderingsmeerwaarden mogen in kapitaal omgezet worden, maar grote voorzichtigheid is geboden. Er kan enkel overgegaan worden tot omzetting voor het gedeelte na belastingen (dus 100 EUR herwaarderingsmeerwaarde => 75 EUR omzetten in kapitaal).
- Herwaarderingsmeerwaarden mogen niet aangewend worden ter aanzuivering van verliezen.
- Niet afgeschreven deel van herwaarderingsmeerwaarde dient terug genomen te worden indien niet langer onderbouwd (teruggenomen!! niet uitzonderlijke afschrijving).
- Bij realisatie van het geherwaardeerde MVA wordt het nog niet afgeschreven gedeelte van de herwaarderingsmeerwaarde uitgeboekt, en geboekt als gerealiseerde meerwaarde.
Transacties met verbonden partijen buiten normale marktvoorwaarden
Die transacties worden bedoeld die enerzijds materieel zijn en die anderzijds buiten normale marktvoorwaarden plaatsvinden. Transacties buiten normale marktvoorwaarden kunnen worden omschreven als “verrichtingen die niet worden aangegaan onder de voorwaarden en tegen de zekerheden die op de markt gewoonlijk gelden voor soortgelijke verrichtingen”.
Niettegenstaande “niet onder marktvoorwaarden” geen onbekend begrip blijkt in de Belgische wetgeving, blijft de invulling van dit conceptueel begrip niet eenvoudig. Bij de vaststelling, of een transactie al dan niet onder normale marktvoorwaarden plaatsvindt, moet steeds rekening worden gehouden met de context waarin de betrokken transactie plaatsvindt. De Commissie onderlijnt hier, rekening houdende met de doelstelling van het betrokken koninklijk besluit inzake corporate governance, de verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan.
Leg een fusiegoodwill uit. Hoe verwerk je dit. Is er een keuze tussen balans of resultatenrekening, of is er een verplichting?
Fusiegoodwill kan zich voordoen indien een overnemer reeds aandelen aanhield in de overgenomen vennootschap.
Deze situatie doet zich enkel voor wanneer de boekwaarde van de aandelen in de boekhouding van de overnemende vennootschap groter is dan het overeenstemmende aandeel in het eigen vermogen van de overgenomen vennootschap (na waardecorrecties en toerekening).
Wat is een bijhuis. Dient deze een jaarrekening op te stellen, te laten controleren en openbaar te maken?
Een bijhuis / bijkantoor / filiaal is een Belgische vestiging van een buitenlandse vennootschap. Hoewel zij juridisch 1 entiteit zijn, zijn het boekhoudkundig aparte entiteiten.
Verschil met dochterentiteit:
Het bijkantoor is geen aparte rechtspersoon. Het is slechts een uitbreiding van de buitenlandse juridische rechtspersoon. De dochtervennootschap is een rechtspersoon, die moet worden onderscheiden van de moedervennootschap. Het bijkantoor is geen aparte rechtspersoon.
De Belgische bijkantoren van de buitenlandse vennootschappen zijn dan ook onderworpen aan de vereisten van het Belgisch gemeen boekhoudrecht.
Hoewel een bijkantoor een aparte boekhouding moet voeren en een interne jaarrekening moet opmaken, moet zij deze jaarrekening niet neerleggen bij de NBB (geen openbaarmakingsplicht). Behalve wanneer de moedervennootschap niet onderworpen is aan het boekhoudrecht van de andere lidtstaat.
=> ook geen controleplicht.
Verplichtingen bijkantoor bij aanwezigheid OR
Stel een beursgenoteerde vennootschap wil haar bijhuis inbrengen in een dochtervennootschap. Wat is je eerste reflectie (vennootschap rechterlijk)
Een bijkantoor is geen aparte juridische eenheid (er is slechts 1 rechtspersoon). zij voert wel een aparte boekhouding die via een rekening courant verwerkt wordt in de hoofdvennootschap haar boekhouding. Een “fusie” (als je het zo mag noemen) is gewoon de sluiting van het bijkantoor, en de verwerking van de cijfers van het bijkantoor in de hoofdvennootschap.
Partiële splitsing?
Mag je bij factoring overeenkomsten een netto voorstelling geven in de jaarrekening?
Het netten van een factoringovereenkomst (vordering op de balans niet meer uitdrukking) kan als alternatieve benadering bij voorfinanciering. Dit conform CBN advies 2011/23. Als je dit toepast -> toelichten.
Noteer dat er een voorkeursbenadering is van het CBN om dit enkel te doen als de vordering ook aan insolventiedekking is onderworpen.
Voor zover ik factoring begrijp (4 verschillende types) dan verdwijnt de vordering van de balans, of blijft de vordering op de balans staan (maar wordt overgeboekt naar een factoringsvordering), of komt als schuld rekening courant te staan indien voorfinanciering (alternatief kan ook gewoon geen schuld opnemen, en toelichten in buitenbalans dat de vennootschap verantwoordelijk blijft voor het innen van de vordering).
Mag je herwaarderingsmeerwaarden inbrengen in kapitaal? Wat als je activa waarop je herwaarderingsmeerwaarde hebt geboekt afbrandt? Hoe wordt dit boekhoudkundig verwerkt? Zijn er verschillende opties om dit boekhoudkundig te verwerken?
Ja, maar enkel voor het bedrag van de herwaarderingsmeerwaarden, verminderd met het bedrag van de geschatte belastingen (dus 100 EUR => 75 EUR omzetten in kapitaal, 25 EUR blijft staan als herwaarderingsmeerwaarde, dat verder afgeschreven wordt a rato van levensduur);
Bij afbranden van het gebouw (of bij terugname van herwaarderingsmeerwaarde in het algemeen) dient het nog niet afgeschreven gedeelte van de herwaarderingsmeerwaarde op de MVA afgeboekt te worden tov. de nog niet afgeschreven gedeelte in het passief van de balans. Het verschil vereist een kapitaalvermindering.
Dus 2 jaar afschrijvingen (van 10 jaar). Er staat nog 80 EUR (van 100 EUR) open op actiefzijde. Er staat nog 20 EUR open op herwaarderingsmeerwaarde (van 25 EUR). Het verschil (60 EUR) dient als kapitaalvermindering geboekt te worden. De 15 EUR die als kapitaal kan blijven staan, was reeds afgeschreven.
In uitzonderlijke gevallen (De ‘uitzonderlijke’ gevallen betreffen gevallen waar de AV niet akkoord is met de kapitaalvermindering), mag de onderneming een uitzonderlijke kost boeken. In dat geval moet in de toelichting een commentaar worden verstrekt over de aard van deze uitzonderlijke kost en haar invloed op het resultaat van het boekjaar.
Ook bij een verkoop dient het nog niet afgeschreven deel van de herwaarderingsmeerwaarde op de actiefzijde uitgeboekt te worden (eventueel door kapitaalvermindering) en achteraf een gerealiseerde meerwaarde te boeken.”
Geef een voorbeeld van andere belastingvrije reserves
Vrijgestelde reserves zijn winsten die tijdelijk worden vrijgesteld van vennootschapsbelasting mits naleving van de onaantastbaarheidsvoorwaarde. Dit laatste wil zeggen dat de reserves zijn vrijgesteld zolang ze niet worden ‘aangetast’, meer specifiek via uitkering of vermenging met belastbare reserves.
- Wederopbouwreserve;
- Kosten die meer dan 100% fiscaal aftrekbaar zijn (bv. hedendaags kosten gerelateerd aan publieke elektrische laadpalen (120%). De 20% boven de 100% dient toegevoegd te worden aan de belastingsvrije reserves;
- Tax shelter (tot verkrijgen van certificaat);
- Innovatie inkomsten
Leg sales and lease back uit. Hoe boekhoudkundig verwerken.
Onder een “sale and lease back” overeenkomst wordt de verrichting verstaan waarbij een onderneming een materieel vast actief waarvan zij eigenaar is, verkoopt aan een derde onderneming en tegelijkertijd het gebruik ervan terugkrijgt door een leasingcontract af te sluiten.
De verkoop van het materieel vast actief, en de leasing hiervan moeten als 1 transactie aanzien worden.
Er wordt vanuit gegaan dat de huurprijs die de verkoper / huurder zal betalen, min of meer de wedersamenstelling is van de verkoopprijs. Het zou dus incorrect zijn om de opbrengst in het jaar van verkoop te erkennen in het resultaat, daar waar er in toekomstige jaren een extra kost tegenover staat. De meerwaarde dient via de overlopende rekeningen gespreid te worden over de duurtijd van het huur / lease contract.
Mutatis mutandis geld dit ook voor een minderwaarde.
Impact sale en lease back transactie op EBITDA
- Onder BE GAAP zal dit een verschuiving betekenen van afschrijvingskosten, naar diensten en diverse goederen, en dus de EBITDA negatief impacteren;
(naar alle verwachting is dit een operationele lease, waardoor het een off balance sheet lease is)
- Onder IFRS zal dit waarschijnlijk onder IFRS 16 vallen en dus weinig verschil hebben.
Hoe kunt u de gebruiksduur van goodwill controleren als het gecontroleerde bedrijf u vertelt dat deze 9 jaar bedraagt?
Kosten van ontwikkeling en goodwill worden, indien hun gebruiksduur niet met zekerheid kan worden geraamd, afgeschreven over een periode van ten hoogste tien jaar. De periode waarover goodwill wordt afgeschreven, wordt verantwoord in de toelichting.
Noteer; situatie; 20 jaar afschrijvingstermijn goodwill want je kan het met ‘zekerheid’ ramen… laten toelichten - kan dus
Full cost vs direct cost (voorraad)
Full cost (volledige vervaardigingsprijs): alles wat de voorraad heeft gekost tot op het ogenblik waarop het in de voorraad wordt opgenomen.
Het betreft hier zowel de:
1. De rechtstreekse productiekosten: met andere woorden, de kosten die rechtstreeks, zonder tussenberekening, kunnen worden toegerekend aan de kostprijs van een bepaald product of een bepaalde productengroep;
2. De onrechtstreekse productiekosten: met andere woorden de kosten die eerst worden toegerekend, onder meer via uitsplitsing over kostencentra (bureaus, diensten, werkplaatsen, opslagplaatsen, …) waarvan de bestanddelen, aan de vervaardigingsprijs worden toegerekend volgens een passende verdeelsleutel.
Direct cost: enkel de rechtstreekse productiekosten worden toegerekend aan de vervaardigingsprijs. De onrechtstreekse productiekosten worden in het geheel niet toegewezen aan de waarde van de voorraad (minder gebruikelijk maar toegestaan onder BE GAAP).
Onder IAS / IFRS normen is de ““direct costing”” methode niet aanvaard.
Klant waardeert voorraad obv laatste AF bij LIFO?
Volgende methoden zijn toegestaan onder BE GAAP
1. Individualisering van de prijs van elk bestanddeel;
2. Gewogen gemiddelde prijs;
3. FIFO (de oudste activa vertrekken eerst);
4. LIFO (de laatst verworven activa vertrekken eerst).
Het waarderen van de voorraad op basis van de laatste aankoopfactuur (laatste inkoopprijs) beantwoord aan geen van bovenstaande methodes, aangezien dit zou betekenen dat historische voorraad geherwaardeerd wordt bij aankoop aan een hogere / lagere prijs.
IFRS
Hoewel het Belgische boekhoudrecht de LIFO-methode heeft aanvaard, want toegestaan door de Vierde Richtlijn, moet worden opgemerkt dat zij conform IAS/IFRS niet langer aanvaard wordt.
Goodwill
a. Wat is dit & hoe komt dit tot stand (in de enkelvoudige jaarrekening)?
b. Geef de 3 voorwaarden die staan beschreven in het CBN-advies om goodwill te mogen erkennen
“Goodwill kan ontstaan door een fusie (waarbij de fusionerende vennootschap reeds aandelen had die gewaardeerd stonden aan een hogere waarde dan het aandeel in het eigen vermogen van de gefusioneerde vennootschap), of wanneer er een verwerving is van een bedrijfstak tegen een hogere waarde dan de waarde van het netto passief.
Goodwill wordt, indien de gebruiksduur niet met zekerheid kan worden geraamd, afgeschreven over een periode van ten hoogste tien jaar.
Afschrijvingen en waardeverminderingen op goodwill worden niet teruggenomen.
Onder goodwill dient de prijs te worden verstaan betaald voor de verwerving van een onderneming of van een bedrijfsafdeling voor zover die hoger is dan de nettowaarde van de actief- minus passiefbestanddelen van de verworven onderneming of branche.
Er zijn geen voorwaarden verbonden aan het erkennen van goodwill. Er is geen dergelijk CBN advies. Of hiermee probeert de jury verwarring te zaaien, of de vraagstelling is verwisseld met de voorwaarden om een actief te herwaarderen.
Wat is een liquidatiereserve (ook fiscale verwerking).
Een liquidatiereserve is een soort van interne ““spaarpot”” die je aanlegt binnen een vennootschap, om later fiscaal voordelig uit te keren.
De reden hiervoor is dat de gewone dividend uitkering belast wordt aan 30% (uitzonderingen mogelijk).
Op een liquidatiereserve betaal je 2 keer belastingen (maar wel voordeliger dan 30%)
1. Aanleg liquidatiereserve: je betaalt de gewone vennootschapsbelasting + een bijzondere aanslag van 10%;
2. Uitkering liquidatiereserve:
- 20% bij uitkering binnen de 5 jaar na aanleg (merk op dat dit NIET fiscaal voordeliger is);
- 5%: bij uitkering na 5 jaar (voordelig)
- 0%: bij liquidatie van de onderneming.
Opgelet, indien je meerdere liquidatiereserves hebt aangelegd in jouw vennootschap (dus jaarlijks een liquidatiereserve), dan mag je niet kiezen welke liquidatiereserve je eerst uitkeert. De uitkering moet verplicht gebeuren volgens de FIFO-methode. Vandaar dat de boekhoudkundige verwerking dient te gebeuren op een afzonderlijk identificeerbare rekening.