Begrippen Flashcards

1
Q

Republiek

A

Een land waar geen koning of keizer aan het hoofd staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Senaat

A

Een vergadering die de Romeinse publiek bestuurde de leden kwamen uit de rijkste en belangrijkste Romeinse families

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Consul

A

Belangrijkste bestuurder en legeraanvoerder in de Romeinse republiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vetorecht

A

Het recht om een beslissing tegen te houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Volkstribuun

A

Een bestuurder die het Romeinse volk vertegenwoordigde en de armen moest beschermen tegen de rijken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Romeinse rijk

A

Groot gebied dat ongeveer van 300 v.c. tot 1450 n.c. heeft bestaan toen het rijk rond 200 n.c. op zijn grootst was omvatte het delen van Europa, noord-Afrika en het midden-oosten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Imperium

A

Groot rijk waarin verschillende volken onder een bestuur zijn gebracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Burgerrecht (bij de Romeinen)

A

Romeinse burgers hadden bepaalde voorrechten zoals het recht om niet zonder proces veroordeeld te worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Dictator

A

Alleenheerser

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Keizer

A

Hoogste bestuurder in het Romeinse kijzerreik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Pax romana

A

Een lange periode van rust en vrede in het Romeins rijk in de 1e en 2e eeuw n.c. (letterlijk: Romeinse vrede)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Grootgrondbezitter

A

Iemand die veel grond bezit en daardoor erg rijk en machtig is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Villa

A

Een huis van een grootgrondbezitter op het platteland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Proletariër

A

Een Romeinse burger die arm en afhankelijk was van de steun van de rijken en de machtigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Elite

A

Een groep van de rijkste en machtigste personen in een samenleving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Gladiatorenspelen

A

Show waarbij beroepskrijgers in een speciaal gebouwde stations op leven en dood met elkaar en wilde dieren vochten

17
Q

Romeins recht

A

Wetten in het Romeinse rijk

18
Q

Germanen

A

Verzameling volken die oorspronkelijk in het gebied van Duitsland en Nederland leefden zoals de Friesen en de bataven

19
Q

West-Romeinse rijk

A

Deel van het Romeinse rijk dat vanaf de 4e eeuw vanuit Italië werd bestuurd en in 476 ten onder ging

20
Q

Oost-Romeinse rijk

A

Deel van het Romeinse rijk dat vanaf de 4e eeuw n.c. vanuit Constantinopel werd bestuurd dit rijk bleef bestaan tot 1463

21
Q

Volksverhuizing

A

Grote verplaatsing van volken vanuit noord- en oost-
Europa naar het zuiden en westen (in de 4e en 5e eeuw n.c.)

22
Q

Byzantijnse rijk

A

Het oost-Romeinse rijk

23
Q

Jodendom

A

Het geloof van de joden een volk dat in een god gelooft

24
Q

Monotheïsme

A

Het geloof in een god

25
Q

Christendom

A

Geloof in 1 god volgens de leer van jezus christus

26
Q

Bijbel

A

Het heilige boek van de christenen

27
Q

Oude testament

A

Het eerste deel van de bijbel waarin de heilige boeken van de joden zijn opgenomen

28
Q

Nieuwe testament

A

Het tweede deel van de bijbel waarin de heilige verhalen staan over het leven van jezus en zijn eerste volgelingen

29
Q

Paus

A

De hoogste bestuurder van de christelijke (katholieke) kerk

30
Q

Kerk

A
  1. Gebouw waarin christenen bij elkaar komen om te bidden
  2. Het geheel van alle christelijke gelovigen en hun bestuurders