Banen van het ruggenmerg Flashcards
afdalende banen van de hypothalamus
- tegmentum
- door middenhersenen m contact met PS kernen
- ruggenmerg
- contact lateraal deel T1-L2 = OS
- sacrale ganglia = PS - kernen van hypothalamus met specifieke functie
- hongercentrum & vezadigingscentrum
- vrijlaten van hormonen in bloed
culumna posterior & lateralis
= sensibele achterhoorn
= ontvangen & verwerken van informatie
- lamina 1 -> 4 van REXED
- nucleus dorsomarginalis = zona marginalis
- gewaarwording pijn & temperatuur - nucleus dorsalis van Clarke = T1-L2
- shakelstation voor informatie naar cerebellum
- onbewust gewaarwording (proprioceptie) - columna lateralis = preganglionaire sympatische neuronen
- nucleus intemediolateralis = oorsprong OS
- neuronen S2-4 = oorsprong PS
–> geen zichtbare laterale hoorn - tractus posteriolaterlis van Lissaur = dun laagje aan rand van ruggenmerg
- eerste orde neuronen van anterolateraal systeem
substantia alba ruggenmerg motorisch
algemeen
- witte stof = vooral gemyelinseerde vezels
- tractus = bundels van axonen naar 1 doel met collateralen
- dalende banen = motorisch
- stijgende banen = sensibel
- funiculus anterior
- tussen fissura mediana anterior & sulcus anterolateralis
- tractus corticospinalis anterior
- vestibulo spinale banen, reticulospinale banen, medullaire spinale banen - funiculus lateralis
- tussen sculus posterolateralis & anterolateralis
- tractus corticospinalis lateralis
- tractus ruberospinalis
columna anterior
- columna anterior = motorische voorhoorn
- grote cellen die impulsen naar skeletspieren
- lateromediale organisatie: axiale spieren = mediaal -> ledematen lateraal
- dorsoventrale organisatie - aparte motorische kernen
- spinale kern n. accessorius C1-C6
- n. phrenicus C3-C5 mediaal
anterolateraal systeem
= tractus spinothalamicus voor pijn & temp
- eerste orde
- cellichamen = DRG
- ordenen in tractus van lissauer
–> enkele niveau’s stijgen/dalen, dan schakelen - tweede orde
- cellichamen in achterhoorn van lamina I & V
- direct kruisen in commissura alba anterior - verder verloop
- lemniscus spinalis door hersenstam
–> samenvoegen met lemniscus medialis
- naar thalamus: nucleus ventralis posterolateralis
–> derde orde naar gyrus postcentralis
andere tractus van anterolateraal systeem
= zelfde verloop
- tractus spinoreticularis
- naar formatio reticularis
- 50% kruist niet & heeft geen somatotopie
- verder naar cortex
- contact nucleus parabrachialis die naar amygdala gaat = ook gedachten & emoties - tractus spinomesenchalicus
- binnenzijde van tractus spinothalamicus
- zelfde informatie maar naar colliculi superiores
–> functie bij zicht
- ogen, hoofd & romp naar pijnstimulus te richten
functies vananterolateraal systeem
. andere verbindingen
- synaptische transmissie kan beinvloed worden door andere neuronen
- ook organisatie: buitenste schillen = OL
- functies = protopathische/vitale sensibiliteit
- pijn, warmte & koude
- jeuk
- lichte aanraking = mechanosensoren
- grove tast
fasiculus posterior
funiculus posterior = onderscheid boven T6
–> volledig sensibel
- fasiculus gracilis van Gall
- mediaal = tussen sulcus medianus posterior & intermedius posterior
- info van OL & onderste deel romp - fasiculus cuneatus van Burdach
- lateraal = tussen sulcus intermedius posterior & posterolateralis
- info van BL = enkel aanwezig tussen C1-T6
verder verloop funiculus posterior
- fasciculus gracilis & cuneatus
- nucleus cuneatus & gracilis in medulla oblongata
–> 2e orde neuronen - wisselen van hersenhelft = andere naamgeving
- lemniscus medialis door middenhersenen
- samen komen met lemniscus spinalis van anterolateraal systeem
- thalamus: nucleus ventralis postero-lateralis
- via kapsula interna
- gyrus postcentralis
onderverdeling van gyrus postcentralis
- 3a = in diepte van sulcus centralis
- mechanosensoren voor proprioceptie - 3b & 1 = ventrale deel gyrus
- mechanosensoren van huid
- discriminatief voor textuur - 2 = integratief
- ontvangt projecties van 3 & 1
- vormherkenning
–> brodman cytoarchitectonische zones = ook andere histologie in deze zones - verbindingen naar andere structuren
- gyrus precentralis voor motoriek
- where pathways in postparietale cortex = associatie cortex
- secundaire somatosensorische cortex = verfijning
stoornis van de columna posterior baan
- multiple sclerose
- plaque van demyelinisatie
- sensorische ataxtie
- bewaring van gevoel, pijn & temperatuur - houding
- hoofd naar beneden
- brede basis al stampend stappen
- teken van Romberg = gesloten ogen erg onstabiel staan
–> wegval van proprioceptie
sensibel aangezicht
- n. trigeminus
- medulla oblongata
- kruisen
- thalamus
- nucleus ventralis posteroMEDIALIS
–> lemniscus trigeminalis
viscerale pijnvezels
= via lemniscus medialis systeem
- andere delen nucleus gracilis & thalamus dan mechanosensorische systeem
- 15% van dorsale kolom is voor nociceptieve vezels
- voornamelijk plevische viscera = niet volledig gekend
tractus spinocerebellaris
- functie
- 2 hoofdbanen van ruggenmerg -> kleine hersenen
- proprioceptieve & cutane informatie
–> voldoende info om bewegingen te coördineren - onderverdeling
- tractus spinocerebellaris posterior van Flechsig
- tractus spinocerebellaris anterior van Gowers
- tractus cuneocerebellaris
tractus spinocerebellaris posterior
- verloop
- DRG
- schakelen in nucleus dorsalis van Clarke = achterhoorn van ruggenmerg C8-L1
–> info van hieronder = nu. gracilis
- funiculus lateralis aan opp.
- geen kruising: kleine hersenen controle over homolaterale kant
- langs pedunculus cerebellaris inferior in hersenen - functie
- spieren & gewrichten van OL & onderste deel romp
- snelle geleiding naar cerebellum
- onbewuste proprioceptieve informatie
–> fijne coördinatie & houding
andere tracti spinocerebllaris
- tractus spinocerebellaris anterior van Gowers
- intermedair grijs van lamine V-VII
- langs pedunculus cerebellaris superior in hersenen
- kruisen wel
- onderste helft lichaam
- interne feedback voor correctie van bewegingen - tractus cuneocerebellaris
- ≈posterior
- informatie BL
- via fasciculus cuneatus binnen
- schakeling in nucleus cuneatus accessorius
- binnen lopen via penduculus cerebellaris inferior
tractus spino-olivaris
- gekruiste baan
- sensibile informatie
- naar nucleus oliva inferior
- verder naar kleine hersenen
- rol in motorisch handelen
piramidebaan in hersenen
= tractus coritcospinalis
- oorsprong
- 80% gyrus precentralis
- 20% omliggende gebieden - corona radiata
- kapsula interna
- pons
- afgifte van vezels aan kernen van craniala zenuwen
- apparte bundels = 2 verhevenheden ventraal
- gespleten door pontine kernen
- doorschakelen naar cerebellum - kruising net voor ruggenmerg
piramidebaan kruising
- tractus corticospinalis lateralis
- 80% = decussatio pyramidalis
- laterale funiculus
- distale spieren = vooral toekomen in cervicale & sacrale intumescentia
- veel fractionatie voor fijne motoriek - tractus corticocspinalis anterior/ventralis
- axiale spieren
- mediaal in funiculus anterior
- pas kruisen aan comissura anterior op niveau
- door bilaterale interneuronen = mogelijke overname door andere kant - niet kruisen
- vervoegen met tractus corticospinalis lateralis van andere kant
- 5%
tractus corticospinalis algemeen
- synaps
- grijze voorhoorn
- motorneuronen & interneuronen
- innervatie van willekeurige spieren
- organisatie voorhoorn = mediaal = romp -> lateraal = armen
–> mannetje dat armen uitspreid - fractionering
- lateraal corticospinaal systeem
- groepjes van neuronen selectief geprikkeld worden
- vb: elke vinger appart strekken ondanks gemeenschappelijke spier