attitudes en attitudeverandering Flashcards
attitude
een evaluatie van een attitudeobject zoals mensen, voorwerpen of ideeën
tripartitemodel van attitudes
attitudes omschreven als samengesteld uit drie componenten: een affectieve component, een cognitieve component en een gedragsmatige component
op cognitie gebaseerde attitudes
attitudes die voornamelijk gebaseerd zijn op iemands opvattingen over de eigenschappen van een attitudeobject
op affect gebaseerde attitudes
attitudes die meer gebaseerd zijn op iemands gevoelens en waarden ten opzichte van het attitudeobject dan op zijn opvattingen over de eigenschappen van een attitudeobject
klassieke conditionering
verschijnsel waarbij een stimulus die een emotionele respons oproept, herhaaldelijk tegelijk wordt aangeboden met een neutrale stimulus, waardoor uiteindelijke de neutrale stimulus de emotie-oproepende eigenschappen van de eerste stimulus heeft overgenomen
operante conditionering
verschijnsel waarbij gedrag dat mensen uit zichzelf vertonen toe- of afneemt, afhankelijk van de vraag of het gedrag wordt gevolgd door positieve bekrachtiging of door straf
op gedrag gebaseerde attitudes
attitudes die gebaseerd zijn op iemands observatie van hoe hij zich gedraagt tegenover een attitudeobject
expliciete attitude
attitude die we bewust onderschrijven en gemakkelijk kunnen reproduceren
impliciete attitude
attitude die onwillekeurig, onbestuurbaar en vaak onbewust is
attitudetoegankelijkheid
de sterkte van de associatie tussen een attitudeobject en iemands evaluatie van dat object, uitgedrukt in de snelheid waarmee de betrokkene kan zeggen wat hij van het object vindt
theorie over gepland gedrag
idee dat de beste voorspellers van ons geplande, weloverwogen gedrag bestaan uit onze attitudes over dat specifieke gedrag, de subjectieve normen en onze inschatting van de mate van controle die we over dat gedrag hebben
persuasieve communicatie
een overtuigend bedoelde boodschap
yale attitude change approach
onderzoek naar de omstandigheden waaronder mensen het meest geneigd zijn om hun attitudes te veranderen op persuasieve communicatie. Richt zich op “wie zei wat tegen wie”: de bron van de boodschap, de aard van de boodschap en de aard van het publiek
elaboration likelihood-model
theorie over twee routes van informatieverwerking die tot attitudeverandering kan leiden, de centrale route en de perifere route, en de gevolgen van de genomen route voor de attitudeverandering
centrale route naar overtuiging
de informatieverwerkingsroute die gevolgd kan worden als mensen gemotiveerd zijn en de mogelijkheid hebben om grondig aandacht te besteden aan de argumenten in de boodschap