anatomie wervelkolom Flashcards
Ieder segment van wervelkolom heeft eigen
Sclerotoom, dermatoom, myotoom en spinale zenuw
Als spinale zenuw uit ruggenmerg wilt groeien
Zou in eerste instantie direct tegen sclerotoom aanbotsen. Om op te lossen splitst sclerotoom in rostraal en caudaal. Spinale zenuw loopt vervolgens tussen de delen in, om naar bijbehorende myotoom en/of dermatoom te groeien.
Discus intevertebralis
Bestaat uit nucleus pulposi (bevat cellen met hoge weerstand tegen druk) en annulus fibrosus (opgebouwd uit fibreus kraakbeen)
Functies wervelkolom
- Beweeglijkheid en voortbeweging
- Steunen en dragen
- Omhulling en bescherming.
Cervicale wervelkolom
Klein lichaam en groot kanaal. Processi spinosi zijn op cervicaal niveau gespleten en staan recht naar achteren. Aan zijkant 2 gaten: foramina intertransversaria met o.a. a. vertebralis.
Thoracale wervelkolom
Aanhechtingen aan de ribben. Processie spinosi staan naar caudaal, wervellichaam is groter dan cervicaal en wervelkanaal kleiner.
Lumbale wervelkolom
Hebben hoogbrede processi spinose naar dorsaal. Processi transversi staan naar lateraal en zijn lang. Wervellichaam is grootst, doorsnede wervelkanaal is het kleinst. Gewrichtsvlak is verticaal en naar dorsaal gericht
Sacrale wervelkolom
Wervellichamen zijn met elkaar vergroeid. Foramen vertebrale heeft op sacraal niveau kleinste doorsnede. Processi spinosi staan recht naar achter. Geen processi transversi en geen facetgewrichten.
Slijtage annulus fibrosus
Nucleus pulposis stulpt uit en kan spinale zenuw in verdrukking brengen, HNP/hernia nucleus pulposi ontstaat. Dan uitstralende pijn en sensibiliteitsverlies in 1 dermatoom. Als hele wervelkanaal dicht komt te zitten cauda equina syndroom.
2 Ligamenten rondom wervellichaam
Ligamentum longitudinale anterius: aan ventrale zijde en ligamentum longitudinale posterius: aan dorsale zijde. Zorgen voor behouden van stabiliteit van voorste zuil.
Achterste zuil:
Wervelboog, wordt gevormd door pedikel en lamina. Communicatie tussen meerdere gaat via facetgewrichten.
Ligamenten in achterste zuil
Ligamentum flavum: verbindt laminae onderling.
Ligamentum supraspinale verbindt processi spinosi.
Ligamentum intertransversarium verbindt processi transversi
Oppervlakkige rugspieren
M. trapezius, m. latissimus dorsi, m. levator scapulae, m. rhomboideus major en minor en m. serratus anterior.