Algemeen Flashcards
1
Q
5 dingen die jij & jouw patienten moeten weten over lage rugpijn
A
- pijn beperkt zich niet tot oorzaken in de wervelzuil
- veel therapiën hebben geen aangetone meerwaarde in de aanpak van LRP
- chiropraxie, osteopatie, acupunctuur
- korset, steunzolen, …
- verbetering is anekdotisch & op korte termijn & enkel bij sommige ≠aangewezen - MBV helpt niet altijd in diagnostiek van LRP
- veel mensen met aspecifieke rugpijn
- bevindingen correleren vaak niet goed met klachten & kunnen zelf tot angst leiden - operaties zijn slecht in specifieke situaties geïndiceerd
- vb: dicusbulging/hernia met beenpijn heeft na 1J follow up niet minder pijn of meer functie tov. controle - kinesitherapie is vaak een goede optie
2
Q
kine goede optie
A
- algemeen
- zowel acuut als chronische lage rugpijn
- passieve & actieve benadering = stimuleren & vertrouwen geven - gebruik
- toevoeging van actieve benadering bij passieve benadering = exponentiele stijging van effect
- zoals bij alles goede indicatie stelling
- samenspraak met patient is noodzakelijk
3
Q
epidemiologie van lage rugpijn
A
- algemeen
- life-time prevalentie = 8/10
- prevalentie = 13%
- prevalentie stijgt doorheen de jaren
- grooste impact van MSK op DALYs = jaren met disability - belgië
- 42% laatste 6maand
- 24% op dag van bevraging
- 50% NRS 5+/10
- gemiddeld 9 dagen afwezigheid
- 1/5 verstoring familiaal leven
- vooral huisarts & meestal alleen analgetica - man-vrouw
- geen verschil
- op hoge leeftijd meer vrouwen = osteoporose
- meer mannen met radiculaire klachten
4
Q
epidemiologie vlaanderen
A
- algemeen
- bias door selectie sociale media
- 92% last laatste jaar
- gemiddels NRS 5/10
- 10% werkonbekwaam gewaast
- 30% last recurrente pijn - therapie
- 46% consulteerde zorgverlener waarvan:
- 65% huisarts
- 60% kine
- 40% specialist
- 35% osteopaat
5
Q
socio-economische impact
A
- kosten
- 10.000 euro per jaar
- 3.300 euro aan directe kosten = consultaties & medicatie
- 6.600 euro aan indirecte kosten = werkverlet - werk
- 3-5 dagen gemiddeld werkonbekwaam
- 2 biljoen euro door werkonbekwaamheid MSK
–> LRP, nekpijn & osteoartrose
- 0,3% van BBP bruto nationaal product
6
Q
risicofactoren algemeen
A
- puzzel
- stukken die niet modicficeerbaar zijn
- andere stukken die modificeerbaar zijn
- stukken kunnen van dag tot dag veranderen - risicofactoren acute sciatica
- piek tussen 45-64 jaar
- hoge ichaamslengte
- mentale stress
- hoge belasting van de rug = frequent heffen en tillen
- vele uren aan het stuur & vibratie van het hele lichaam
7
Q
risicofactoren
A
- niet-modificeerbaar
- piek tussen 40-69 jaar = werkende populatie
- vrouw - levensstijl
- obesitas
- roken
- verminderde slaapcondities - beweging
- weinig fysieke activiteit
- slechte conditie rugspieren - werk
- lange statische houdingen & monotoon werk
- zwaar arbeid & veelvuldig heffen
- lage werktevredenheid
- laag inkomen & geschooldheid = hogere kans werkverlies
8
Q
prognose
A
- lage rugpijn
- meestal goedaardig = gunstige prognose
- 50% hervat werk na 7dagen
- 80% hervat werk na 1 maand
- na 6w = 90% pijnvrij
- na 3m = beperkte mate van verdere verbetering
- 10% chronische LRP
- binnen 1j = 50% minstens 1x recidief - lage rugpijn + sciatica
- 60-70% herstel binnen 10-12w
- intense pijn of enige parese = 10%
- prognose in functie van beenpijn
–> meer pijn = langere/minder volledige revalidatie - aanmelding bij kine
- meestal door langere of grotere episode dan normaal
- prognose zal enkele weken bedragen maar rekening houden met verlenging
- 50-75% heeft recurrent patroon
9
Q
mechanische rugpijn
A
- belasting = druk + rotatie
- karakter
- heel vaak mechanische last
- met inflammatoire opstoten - uitsluiten van risico’s
- infectie
- tumoraal
- neurogeen
- extrinsiek
10
Q
postoperatief rug
A
- arbeidongeschikt = 15% definitief
- veranderingen
- 6m afwezig = 50% zelfde werk
- 1j = 30%
- 2j = 10%
11
Q
misvattingen
A
- therapie
- mentaliteitswijziging
- actief proberen ontkrachtigen
- anders suboptimale resultaten - misvattingen
- 60% = discus letsel heeft onvermijdelijk operatie nodig
- 40% = medische beeldvorming absoluut noodzakelijk
- 35% = bedrust is beste therapie
12
Q
doel van kinesitherapie
A
- vermijden van chroniciteit
- informeren = ookal geen indicatie voor kinesitherapie
–> oorzaak vanuit stress of indeukingsfractuur
- activeren & bevoderen zelfmanagemnt
- in staat stellen om voor zichzelf te zorgen = responsabilisering
- gespecialiseerde zorg met inspraak van patient - interdisciplinair werken
- inschatten van indicaties & contra-indicaties als kine
- weten waar eigen expertise stopt
13
Q
algemeen kinesitherapeutisch onderzoek
A
- anamnese
- tot primaire hypothese komen
- verschillende denkpistes invullen
- selectie van testen uit anamnese
–> meer testen = meer kans op vals-positief - hulpvraag
- vaak in de vorm van pijn
- proberen hervormen naar activiteit & participatie
- meer concreet & zinvoller
- waarom wil ja van de pijn af?
14
Q
rode vlaggen
A
- consitutioneel
- voor 20j of na 55j
- malaise & koorts
- recente infectie
- immuun supressie
- huiduitslag - middelen
- IV drug abuse
- lange gebruik van corticosteroiden - pijn
- nachtelijke pijn
- niet-mechamische pijn = conintu pijn ook in lig
- fysiek trauma - specfieke
- MRC onder 4
- dropvoet
- spinale percussie pijn = spinale fractuur
- gevoelloosheid in zadelregio
- sfincter problemen
15
Q
rode vlaggen ivm kanker
A
- voorgeschiedenis van kanker
- gewichtsverlies
- wijst op verhoogd metabolisme
- kan ook immuunsysteem of systeem aandoeningen zijn
- ongewenst
- over periode van 2-4w meer dan 5% verliezen - thoracale pijn
- longkanker of borstkanker
- is vaak eerste symptoom
- kan ook enige symptoom zijn
16
Q
interpretatie van rode vlaggen
A
- maligniteit
- totaal bestaan er 14 rode vlaggen
- niet allemaal aanwezig zijn door overlap
- 2 voornamelijke die in bijna alle richtlijnen voorkomen
- voorgescheidenis van kanker
- onverklaard gewichtsverlies - spinale pathologie
- 163 rode vlaggen
- 80% heeft minstens 1
- 1% heeft effectieve serieuze pathologie
- eerder zoeken naar cluster - andere
- hele verhaal in rekening nemen = vb: malaise na griep
- verder onderzoek naar verband = aanwezige rode vlag leidt tot % toename in kans
17
Q
traffic light
A
- green light
- geen bezorgstellende bevindingen
- behandelen zoals normaal
- progressie zoals normaal
- einde van revalidatie
- toch continu monitoring van symptomen - yellow light
- enkele bezorgstellende bevindingen
- zorgvuldig wachten & therapie beginnen
- progressie zoals normaal = green light
- geen progressie of nieuwe bezorgstellende bevindingen = red light - red light
- meerdere bezorgstellende bevindingen
- verder onderzoek/doorverwijzing doorzakelijk
- urgentie & contra-indicaties zijn afhankelijk van pathologie
18
Q
specificiteit van lage rugpijn
A
- specifieke lage rugpijn
- bevindingen op medische beeldvormingen zijn aanwezig
- EN verklaren pijn patroon
- zekerheid over pathologie
- 10% - aspecifieke lage rugpijn
- geen zekerheid over pathologie
- 90% - moeilijkheden
- slechte relatie lage rugpijn & medische beeldvorming
- veel bevindingen bij assymptomatische patiënten
- percentages zijn gelijkaardig bij mensen met & zonder rugpijn
- het gaat over normale verouderingsprocessen
- diagnose = in eerste plaats klinisch met aanvulling van onderzoeken voor bevestiging
19
Q
voorbeelden specifieke & aspecifieke
A
- specifieke
- radiculopathie = discushernia of stenose
- axiale spa
- spolylolisthesis = afschuiving
- spondylolyse = breuk
- tumoren
- infecties - aspecifiek
- intern discus letsel of discus protrusie
- lig letsel
- spierscheur
- facetgewricht
- …
20
Q
innervatie ≈pijn
A
- bilaterally innervated structures
- posterior longitudinal ligament
- anterior side of dura mater
- 1/3 outer annulus fibrosis of posterior IVD intervertebral disc - unilaterally innervated structures = dorsal ramus
- facet joints
- ligaments
- muscles
- dorsolateral corner of IVD = anulus fibrosus
- dural sleeve
- sacroiliac joint - flexion-related pain
- muscles
- ligaments
- IVD
- dural sleeve
- facet joint capsule
- SIJ
21
Q
pijnmechanisme
A
- nociceptief
- daadwerkelijke of dreigende schate
- activatie nociceptoren
- mechanisch
- ischemisch
- inflammatoir - neuropatisch
- pijn door letsel of ziekte
- somatosensorisch zenuwstelsel
- loss in neurofunction = radiculair of perifere zenuw - nociplatisch
- weinig zin om in te gaan op piste structuur
- niet kijken naar oorzakelijke pijnbron
22
Q
tijdslijn
A
- algemeen
- acuut = 6w
- subacuut = 6-12w
- chronisch = 12+w
- flare-up = opvlakkering van chronisch verhaal
- recurrent = opvlakkeringen met pijnvrije periodes - verschil in therapie chronisch & recurrent
- chronisch = symptoom controle & secundaire preventie
- recurrent = causaal naar herval kijken
23
Q
persoonlijke & omgevings factoren
A
- focus
- vaak te lang kijken naar structuur
- ten koste persoonlijk & omgevingsfactoren
- geen deel van onze expertise maar hangt wel vast
- patiënt behoud recht van niet te antwoorden - anderen
- pyschosociaal
- werkgerelateerd
- levensstijl
- comorbiditeiten
24
Q
vlaggen ivm pyschosociale factoren
A
- gele vlaggen
- belemmerende facotren
- risicofactor voor chroniciteit
- spelen al rol na 3 weken - roze vlaggen = bevorderend
- ABCDEFG = voor geen & roos
- attitude & overtuigingen
- beroep
- compensaties
- diagnose
- emoties
- familie
- gedrag
25
andere vlaggen
1. oranje
- pyschiatrische factoren
- geen diagnose moeten stellen
- wel rekening mee houden
1. werkgerelateerd
- vlaggen ivm werk pas gepast indien er werkverzuim is
- blauw = modificeerbaar
- zwarte = niet-modificeerbaar
26
gemakkelijke evolutie naar chroniciteit
1. acute lumbago
- passeert gemakkelijk
- spontaan herstel
2. chroniciteit
- hier eerste consultatie
- frustratei door aspecifieke karakter
- geen duidelijke oorzaak/advies/therapie
3. medical shopping
- opzoeken meerdere artsen & therapeuten
- alternatieve therapiën