ademhalingsstelsel oef Flashcards
1) Lucht die het lichaam binnenkomt wordt gefilterd, verwarmd en bevochtigd in
het bovenste (geleidende) deel van het ademhalingsstelsel.
2) De respiratoire mucosa bestaat uit
D) cilindrisch trilhaarepitheel.
4) Het deel van de neusholte dat zich binnen de flexibele delen van de neus bevindt is
B) het vestibulum nasi.
5) Een holte die gedeeld wordt door het respiratoire en digestieve stelsel is
)D) de farynx.
7) De glottis is
C) de overgang van de farynx naar de larynx.
8) Hoe noemen we de elastische structuur die naar achteren vouwt over de glottis en daarmee voorkomt dat vloeibare en vaste stoffen tijdens het slikken het ademhalingsstelsel binnenkomen?
D) de epiglottis
eigenschap trachea
B) is versterkt met ringvormig kraakbeen.
10) Luchtwegen die een hele longkwab bedienen heten
A) secundaire bronchiën.
11) De tonsillae palatinae bevinden zich in de laterale wanden van
A) de orofarynx.
Welke processen in de long maken dat hij het zo benauwd krijgt?
C) Verhoogde mucusproductie, zwelling van het slijmvlies en constrictie van de spiertjes van de onderste luchtwegen.
14) De toonhoogte van de stem wordt bepaald door
B) de diameter, lengte en spanning van de stembanden.
De wanden van bronchioli worden gedomineerd door ________, waarvan de activiteit gereguleerd wordt door het autonome zenuwstelsel
D) glad spierweefsel
16) ________ is een chronische progressieve aandoening die gekarakteriseerd wordt door kortademigheid, vernietiging van alveolair oppervlak en onvoldoende respiratoir oppervlak voor gasuitwisseling.
A) Emfyseem
17) Sympathische activatie leidt tot
C) relaxatie van glad spierweefsel van de bronchioli, resulterend in bronchodilatatie.
19) De wanden van de alveoli zijn bekleed met
C) eenlagig plaveiselepitheel.
21) De alveolaire uitwisselingsoppervlakken zijn in totaal ongeveer ________ groot.
B) 140 vierkante meter
25) Hoe heet het sereuze dubbel geplooide membraan dat het uitwendige longoppervlak bekleedt?
B) de viscerale pleura
26) Hoe noemen we de invasieve procedure om pleuravocht of lucht te verwijderen?
D) een thoracocentesis
Hoe noemen we het opnemen van zuurstof en het afgeven van kooldioxide door de cellen?
D) interne ademhaling
31) Een toestand van lage zuurstofspanning in de weefsels noemen we
hypoxie
32) Welke spier(en) is/zijn gewoonlijk goed voor 75 procent van de luchtverplaatsing tijdens rustige ademhaling?
A) het diafragma
33) In rust vertegenwoordigt de totale hoeveelheid lucht die de longen in en uit gaat
C) het ademvolume.
34) Hoe noemen we de maximale hoeveelheid lucht die in een enkele ademhalingscyclus de longen in en uit kan?
A) de vitale capaciteit
35) Voor een geforceerde uitademing is contractie nodig van de mm. intercostales interni en
C) de buikspieren.
36) De hoeveelheid lucht die in de longen achterblijft na een maximale uitademing is
C) het residuvolume
37) Bij rustig ademhalen
C) behoeft inademing spieractiviteit en is uitademing passief.
38) De hoeveelheid lucht die boven op het ademvolume kan worden ingeademd is
D) het inspiratoir reservevolume.
39) Een piekstroommeter registreert
C) de maximale snelheid van de geforceerde uitademing.
41) Tijdens de uitademing
D) neemt het volume van de borstholte af.
46) Een toename van de CO2 van arterieel bloed kan ertoe leiden dat de ademhalingscentra ervoor zorgen dat
B) de ademfrequentie stijgt.
47) Wat gebeurt er in een skeletspier van een sporter die heel hard heeft gesport en voelt dat zijn spieren gaan verzuren?
C) Er wordt lactaat geproduceerd en de pH daalt
50) Onder normale condities regelt het ________gehalte de ademhalingsactiviteit.
kooldioxide