ademhalingsstelsel 5 Flashcards
welke receptoren geven informatie door om de ademhaling te regelen
mechanoreceptoren
chemoreceptoren
wat doen mechanoreceptoren
reageren op veranderingen longvolume
wat doen chemoreceptoren
CO2 en O2 gehalte + zuurtegraad registreren en doorgeven aan ademhalingscentrum in hersenstam
waaraan zijn chemoreceptoren gevoelig bij normaal zuurstofgehalte
stijging CO2 concentratie en daling zuurtegraad
wanneer worden chemoreceptoren gevoelig voor zuurstof
als zuurstofgehalte (sterk) daalt
waar liggen de chemoreceeptoren
aortaboog
slagaders in de hals
welke hogere centra kunnen de ademhaling beinvloeden
hersenschors
limbisch systeem
hypothalamus
(bv spreken, zingen, etc is bewust)
wat zijn Factoren die de AF frequentie en –diepte beïnvloeden
chemische prikkels
lichaamelijke factoren: spreken, hoesten, zingen
bewuste controle
emoties
wat zijn chemische prikkels die ademhaling beinvloeden
CO2 gehalte in bloed
O2 in bloed
wanneer staat het ademhalingscentrum willekeurige beinvloeding van ademenen niet toe
te hoge CO2 concentratie
te lage pH in bloed
te lage zuurstofsaturatie
-> sneller en dieper ademen
wat kan er uit CO2 ontstaan
koolzuur (meer koolzuur = zuurder bloed, lage pH)
wat kan nog voor een lage pH in bloed zorgen
stofwisselingsprocessen in lichaam
wat is hyperventilatie
snellere/diepere ademhaling
-> meer CO2 uitademen dan zou moeten
gevolg = tekort koolzuur, pH stijgt, bloed te base
hoe daalt de zuurstegraad weer bij hyperventilatie
oppervlakkiger ademen
wanneer neemt koolzuur sterk toe
hypoventilatie