activerende breinprincipes Flashcards
hoofdstuk 4 (breindidactiek)
emotie
- goed emotioneel leerklimaat: lln veilig voelen om uitdagingen aan te gaan
- emoties zijn mechanismen die gericht zijn op het overleven van ons soort
- 2 soorten emotiesystemen:
-> angst
-> belonings
=> verhoogde activatie & alertheid bij beide systemen - emoties: chemische stoffen komen vrij-> NT= dopamine & adrenaline
happy hormones
dopamine: reward hormone
oxytocine: love hormone
endorphine: calm homrone
serotonine: will-power hormone
dopamineknop: wees een dopamine dealer (voortbouwen)
- op moment van verwachting oplossing & het plezier, stroomt dopamine al
-> nadien opgelost: dopaminekick!!!
=> natuurlijke belonging voor breinn voor leren & uitdagingen succesvol aangaan - beloningssysteem zorgt voor toenaderingsgedrag
- dopamine-> versterkt aanmaak neurale netwerken
- dopaminedealer : nieuwe & onverwachte elementen & beloningen in te bouwen & einddoel dichterbij te halen
hedonistische a
filosofie: levenshouding die genot ziet als het hoogste levensdoel
nieuw & onverwacht & belonen (voortbouwen)
- nieuwe dingen= beloning voor brein-> stimuleren ontdekkingsdrang
- NIEUWSGIERIGHEID: het nieuwe willen verkrijgen
-> mensen leggen meeste aandacht aan nieuwe zaken die mogelijk zinvol zijn - onthoudt beter & leert met meer plezier door onverwachte beloningen & verrassingen => meer dopamine komt
- dopaminequiz: bij gokken krijgen nul punten bij foute antwoorden, bij goede antwoorden wordt getost
-> 2 punten of 0 punten
-> status niet onder druk - humor vaak sprake van onverwachte antwoorden, wendingen
- soms beloningssysteem moeilijker op gang geraken:
-> zo ver weg lijkt, gewenste verandering kleiner te maken voor olifant
=> voortgang te laten ervaren & indruk geven eindresultaat dichterbij is
operante conditionering
leren door middel van bekrachtiging & straf
=> gedrag wordt versterkt of verzwakt op basis v/d gevolgen van dat gedrag
associatief leren
leren aan de hand van associaties tss gedrag & bepaalde prikkels in omgeving= stimulus-respons
adrenalineknop: maak het spannend & uitdagend (voortbouwen)
- mogelijke pijn vermijden
- amygdala: scant continu de omgeving
-> potentiele dreiging: emotioneel systeem (vlucht-
vecht reactie)
-> alertheid is hoog
-> amygdala kaping: is een intense emotionele reactie op een stressvolle situatie. - langdurige stress:
-> geheugen verslechtert, hippocampus kan zelfs onherstelbaar beschadigd raken
plezier paradox
gelukkig wanneer gezochte kennis gzvonden hebben MAAR tijdens zoektocht naar die kennis gelukkiger
- krijgen we keus dan kiezen we onze nieuwsgierigheid te bevredigen MAAR genieten minder lang van goed gevoel
tips emotie
- feedback geven op getoonde interesse & leergierigheid-> bevorder GM
- maak het uitdagend!
- dopaminequize maken: all or nothing
- benadruk wat nieuw is
- gerbuik een maatjes/buddysysteem
- onverwachte beloningen
- pubers: minder gevoeliger voor straf & gevoeliger voor het vooruitzicht op beloning
- competitie elementen inbouwen
- zelf presenteren
- hanteer eigen emotie goed
creatie
- diep nadenken & zelf betekenis laten creëren
- dopamine komt vrij: zelf dingen te ordenen & betekenis aan toe te kennen
-> diepteverwerking
constructivisme
- cognitief: iedereen constructureert zelfkennis is actief proces waarbij je voort bouwt op kennis die je al hebt
- sociaal: via omgevingen, anderen vormen we onze kennis & delen we onze kennis
elaboreren: dieper laten nadenken & dieper het brein in (creatie)
- ll zelf laten puzzelen/zoeken = eigen betekenis geven
-> gevoel van autonomie
-> brein vind prettig om zelf te puzzelen & betekenis te creëren => dopamine komt vrij!! - werk verzetten om iets beter te begrijpen
- hoe meer persoonlijke betekenis je zelf op het geleerde plakt des te beter je het geleerde later weer oproepen=>verwerkingsdiepte & hoe extremer of emotioneler jouw bewerking
- ezelbruggetjes
IK HOOR & VERGEET, IK ZIE & HERINNER, IK DOE & IK BEGRIJP
elaboratie
diep bewerken van iets dat je wilt onthouden
vb. rijm, rap, beeld verzinnen
leerpiramide (boven naar beneden)
- horen 5%
- lezen 10%
- horen & zien 20%
- voorbeeld zien 30%
- discussieren 50%
- oefenen 70%
- zelf doen of aan ander uitleggen 90%