8 einde van leven Flashcards
Wat zijn de verschillende vormen van levensbeëindigend handelen en hulp bij zelfdoding in België, en hoe worden ze gereguleerd?
n België zijn er verschillende vormen van levensbeëindigend handelen en hulp bij zelfdoding, elk met hun eigen regulering:
Euthanasie: Euthanasie wordt strikt gedefinieerd als het opzettelijk levensbeëindigend handelen door een andere persoon dan de betrokkene, op verzoek van de betrokkene zelf. De betrokkene moet zelf om euthanasie vragen, en het is een persoonlijke handeling die niet voor vertegenwoordiging vatbaar is. Euthanasie kan alleen worden uitgevoerd door artsen en moet aan specifieke wettelijke voorwaarden voldoen. Hulp bij zelfdoding: Hulp bij zelfdoding omvat het opzettelijk verlenen van hulp bij de zelfdoding van een ander. Hierbij stelt de betrokkene zelf de levensbeëindigende handeling. Anders dan bij euthanasie is er geen specifiek wettelijk kader voor hulp bij zelfdoding in België. Het kan verschillende vormen aannemen, waaronder morele steun, informatie over suïcidetechnieken of het verstrekken van dodelijke middelen. Artsen kunnen betrokken zijn bij het verstrekken van dodelijke middelen, maar dit wordt over het algemeen aanvaard/gedoogd als aan vergelijkbare voorwaarden als euthanasie wordt voldaan. Levensbeëindiging bij wilsonbekwamen: Levensbeëindiging bij wilsonbekwame personen betekent opzettelijk levensbeëindigend handelen door een andere persoon dan de betrokkene, zonder dat er een verzoek van de betrokkene zelf is. Dit kan worden toegepast wanneer de persoon niet in staat is (of nooit was) om zijn wil te uiten, bijvoorbeeld vanwege dementie. Dit is volledig strafbaar in België, zelfs als er sprake is van ondraaglijk lijden. Weigering van behandeling: Het niet instellen of staken van een behandeling wanneer de patiënt dit zelf duidelijk heeft gewenst en na passende informatie in deze wens volhardt. Dit wordt geregeld door de Wet Patiëntenrechten. Niet instellen of staken van behandeling: Het niet instellen of staken van een behandeling in gevallen die volgens gangbare medische maatstaven als zinloos worden beschouwd of die disproportioneel veel schade toebrengen aan de patiënt. Er is geen specifiek wettelijk kader voor deze praktijk in België. Doorgedreven pijnbestrijding: Het geven van pijnbestrijding die primair gericht is op het verlichten van pijn, maar onbedoeld, hoewel aanvaard, levensverkorting tot gevolg kan hebben. Dit wordt geregeld door de Wet Patiëntenrechten en vereist proportionaliteit in de dosis. Continue diepe sedatie (palliatieve sedatie): Het toedienen van pijnbestrijding, met mogelijk levensverkortend effect, waarbij de patiënt tot bij het overlijden door sedativa volledig buiten bewustzijn wordt gebracht. Dit wordt geregeld door de Wet Patiëntenrechten en vereist proportionaliteit in de dosis.
Elke vorm van levensbeëindigend handelen heeft zijn eigen juridische en ethische overwegingen en wordt in België gereguleerd door verschillende wetten en richtlijnen, afhankelijk van de specifieke situatie en context.
Wat zijn de belangrijkste punten met betrekking tot euthanasie in België?
In België is euthanasie gereguleerd door de Wet van 28 mei 2002 betreffende euthanasie. Hier zijn enkele belangrijke punten met betrekking tot euthanasie in België:
Definitie van euthanasie: Euthanasie wordt strikt gedefinieerd als "het opzettelijk levensbeëindigend handelen door een ander dan de betrokkene, op diens verzoek." Euthanasiewet: De wet werd ingevoerd in 2002 en was gebaseerd op het Nederlandse voorbeeld. Het is een van de weinige landen met een euthanasiewet. Jaarlijkse stijging: Sinds de invoering van de wet is het aantal geregistreerde gevallen van euthanasie jaar na jaar gestegen. Regionale verschillen: Er zijn duidelijke regionale verschillen in de uitvoering van euthanasie in België. Twee vormen van euthanasie: De euthanasiewet voorziet in twee vormen van euthanasie: euthanasie op basis van een actueel verzoek (wanneer een persoon op dat moment euthanasie vraagt) en euthanasie op basis van een voorafgaande euthanasieverklaring (wanneer een persoon in de toekomst euthanasie wil als hij/zij niet meer in staat is om zelf te beslissen). Actueel verzoek: Euthanasie op basis van een actueel verzoek is alleen mogelijk als aan alle wettelijke voorwaarden is voldaan, zowel inhoudelijke als procedurele voorwaarden.
De Belgische euthanasiewet legt strenge voorwaarden op om ervoor te zorgen dat euthanasie alleen wordt uitgevoerd in uitzonderlijke omstandigheden en met volledige naleving van de wet. Het is een complex en gevoelig onderwerp met ethische en juridische implicaties, en het wordt nauwlettend gevolgd en gecontroleerd door de autoriteiten.
Wat zijn de voorwaarden voor een actueel euthanasieverzoek in België?
Om in België in aanmerking te komen voor euthanasie op basis van een actueel verzoek, moeten de volgende voorwaarden worden vervuld:
Leeftijd en wilsbekwaamheid: De patiënt moet een handelingsbekwame meerderjarige zijn, een handelingsbekwame ontvoogde minderjarige (getrouwd als minderjarige) of een oordeelsbekwame minderjarige. Er is een verschil in voorwaarden voor meerderjarigen en minderjarigen. Voor meerderjarigen of ontvoogde minderjarigen geldt dat ze zich in een medisch uitzichtloze situatie van aanhoudend en ondraaglijk fysiek of psychisch lijden moeten bevinden, veroorzaakt door een ernstige en ongeneeslijke aandoening als gevolg van een ziekte of ongeval. Oordeelsbekwame minderjarigen moeten zich in een medisch uitzichtloze situatie van aanhoudend en ondraaglijk fysiek lijden bevinden, dat binnen afzienbare termijn tot overlijden leidt en het gevolg is van een ernstige en ongeneeslijke aandoening als gevolg van een ziekte of ongeval. Hun situaties waarin euthanasie kan worden aangevraagd zijn dus beperkter. Bewustzijn: De patiënt moet bewust zijn op het moment van zijn/haar verzoek. Er moeten herhaalde gesprekken zijn over een redelijke periode waarin de patiënt wilsbekwaam en bewust is van wat hij/zij vraagt en de gevolgen ervan. Aanhoudend en ondraaglijk lijden: De patiënt moet aanhoudend en ondraaglijk lijden, wat een subjectief criterium is, wat betekent dat de patiënt zelf over zijn situatie oordeelt. Lijden dat niet kan worden verlicht: Er mag geen redelijk behandelingsperspectief zijn, wat betekent dat er geen behandelingen zijn die de toestand van de patiënt kunnen verbeteren of genezen. Dit heeft geen betrekking op palliatieve zorg, die een optie blijft. Oorzaak van lijden: Het lijden moet het gevolg zijn van een ernstige en ongeneeslijke aandoening die wordt veroorzaakt door een ziekte of een ongeval. Niet noodzakelijk terminaal: Euthanasie kan ook worden uitgevoerd bij niet-terminale patiënten, wat betekent dat de aandoening niet per se tot de dood hoeft te leiden. Er gelden echter strengere voorwaarden voor minderjarigen in niet-terminale situaties, zoals een wachttermijn van één maand en raadpleging van een tweede arts-consulent. Vrijwillig en overwogen: Het verzoek moet vrijwillig, overwogen, herhaald en niet tot stand gekomen als gevolg van externe druk zijn. De patiënt moet de tijd hebben gehad om na te denken over zijn/haar beslissing.
Deze voorwaarden stellen strikte eisen aan de procedure voor actuele euthanasieverzoeken in België en zijn ontworpen om ervoor te zorgen dat euthanasie alleen wordt uitgevoerd in uitzonderlijke omstandigheden en met volledige naleving van de wet.
Waarom is het bewustzijn van de patiënt op het moment van het euthanasieverzoek belangrijk?
Het bewustzijn van de patiënt op het moment van het euthanasieverzoek is van cruciaal belang omdat de patiënt volledig op de hoogte moet zijn van de beslissing die hij of zij neemt en de gevolgen ervan. Dit zorgt ervoor dat het verzoek vrijwillig en weloverwogen is. Het bewustzijn van de patiënt tijdens de hele euthanasieprocedure is nodig om herhaalde gesprekken te voeren en ervoor te zorgen dat de patiënt consistent blijft in zijn of haar verzoek.
Wat zijn mogelijke oplossingen als het bewustzijn van de patiënt vermindert of wegvalt tijdens de euthanasieprocedure?
De Belgische wet regelt niet specifiek wat te doen als het bewustzijn van de patiënt tijdens de euthanasieprocedure vermindert of wegvalt. Er zijn echter enkele praktische richtlijnen zoals die worden aangegeven door de Richtlijn Uitvoering Euthanasie FPZ:
Als er nog geen concrete planning voor euthanasie is en het bewustzijn van de patiënt begint te verminderen, kan er geen actueel euthanasieverzoek meer worden ingediend. Echter, een voorafgaande euthanasieverklaring kan in overweging worden genomen als de patiënt in een onomkeerbaar coma verkeert. Als er al een concrete planning voor euthanasie is en er ontstaat twijfel over de duurzaamheid van het verzoek omdat het bewustzijn van de patiënt vermindert, kan de procedure nog steeds doorgaan. Dit wordt verondersteld als de patiënt in de laatste gesprekken nog steeds wilsbekwaam en gemotiveerd is voor euthanasie, zelfs als de toestand op de dag van uitvoering verslechtert.
De procedure moet echter goed gedocumenteerd en gepland zijn, en er moet rekening worden gehouden met de specifieke omstandigheden van de patiënt.
Wat zijn de belangrijkste voorwaarden waaraan een actueel euthanasieverzoek moet voldoen in België?
De belangrijkste voorwaarden voor een actueel euthanasieverzoek in België zijn:
De patiënt moet handelingsbekwaam en volwassen zijn (meerderjarige) of handelingsbekwaam en ontvoogd (bijvoorbeeld getrouwd als minderjarige) of oordeelsbekwaam (minderjarige). De patiënt moet bewust zijn op het moment van het verzoek en gedurende de hele euthanasieprocedure. De patiënt moet aanhoudend en ondraaglijk fysiek of psychisch lijden ervaren dat niet kan worden verlicht. Het lijden moet het gevolg zijn van een ernstige en ongeneeslijke aandoening, veroorzaakt door ziekte of ongeval. Er moet geen redelijk behandelingsperspectief zijn, wat betekent dat er geen genezingsperspectief is of behandelingen die naar een betere situatie kunnen leiden. De aandoening hoeft niet noodzakelijk tot de dood te leiden, maar moet wel ernstig en ondraaglijk zijn. Het verzoek van de patiënt moet vrijwillig, weloverwogen, herhaald en niet onder externe druk worden gedaan.
Deze voorwaarden zorgen ervoor dat euthanasie in België zorgvuldig en op basis van weloverwogen beslissingen wordt uitgevoerd.
Welke procedurele voorwaarden zijn van toepassing op een actueel euthanasieverzoek in België?
De procedurele voorwaarden voor een actueel euthanasieverzoek in België omvatten:
De arts moet de patiënt informeren over hun gezondheidstoestand en levensverwachting, evenals de resterende therapeutische mogelijkheden, inclusief palliatieve zorg. De arts moet ervoor zorgen dat het verzoek tot euthanasie aanhoudend lijden betreft en een duurzaam karakter heeft, door middel van herhaalde gesprekken verspreid over een redelijke periode. Er moet een arts-consulent betrokken zijn bij het proces, die onafhankelijk moet zijn en het medische dossier moet controleren en een verslag moet opstellen. Het verzoek moet worden besproken met het verplegend team (indien aanwezig) en kan worden besproken met naasten als de patiënt dit wenst. Er moet worden nagegaan of de patiënt in staat was om het verzoek met derden te bespreken en of er geen externe druk is uitgeoefend op de patiënt. Het euthanasieverzoek moet worden opgesteld en ondertekend door de patiënt, eventueel met medische bevestiging van onmogelijkheid tot schrijven. De patiënt moet de mogelijkheid hebben om psychologische bijstand te ontvangen. Voor niet-terminale meerderjarige patiënten is er een raadpleging van een tweede arts-consulent vereist, met een wachttermijn van minstens één maand tussen het verzoek en de uitvoering. Voor oordeelsbekwame minderjarige patiënten zijn er aanvullende plichten, waaronder het raadplegen van een kinder- en jeugdpsychiater of psycholoog.
Deze procedurele voorwaarden zorgen voor een zorgvuldige beoordeling en uitvoering van euthanasieaanvragen in België.
Wie stelt het euthanasieverzoek op in België, en wat zijn de vereisten?
Het euthanasieverzoek in België wordt opgesteld door de patiënt zelf. In sommige uitzonderlijke situaties kan het worden opgesteld door een meerderjarige die geen belang kan hebben bij het overlijden van de patiënt, zoals een onafhankelijke getuige. De vereisten voor het opstellen van een euthanasieverzoek zijn onder andere:
Het verzoek moet worden opgesteld en ondertekend door de patiënt. Als de patiënt niet in staat is om te schrijven, kan iemand anders het verzoek opschrijven in bijzijn van een arts, en er moet een medisch attest zijn dat de onmogelijkheid tot schrijven bevestigt. In het geval van een minderjarige patiënt moet het verzoek ook door de ouders worden goedgekeurd. Het euthanasieverzoek moet voldoen aan de wettelijke criteria en de voorwaarden voor euthanasie.
Dit zorgt ervoor dat het verzoek geldig en rechtsgeldig is volgens de Belgische wet.
Waarom is het aanbieden van psychologische bijstand aan betrokkenen een belangrijk aspect van de euthanasieprocedure in België?
Het aanbieden van psychologische bijstand aan betrokkenen, waaronder de patiënt en zijn naasten, is belangrijk in de euthanasieprocedure in België om verschillende redenen:
Het helpt de patiënt en zijn naasten bij het omgaan met de emotionele en psychologische aspecten van de euthanasiebeslissing. Het biedt een kans voor betrokkenen om hun gevoelens en zorgen te uiten en te bespreken. Het kan helpen om eventuele conflicten of misverstanden op te lossen en de communicatie te verbeteren. Psychologische bijstand kan bijdragen aan het welzijn van de patiënt en zijn naasten gedurende het hele proces.
Hoewel psychologische bijstand optioneel is, kan het een waardevolle ondersteuning bieden in een emotioneel uitdagende periode.
Wat zijn de extra plichten die gelden voor oordeelsbekwame minderjarige patiënten bij een euthanasieaanvraag in België?
Voor oordeelsbekwame minderjarige patiënten gelden extra plichten en procedures bij een euthanasieaanvraag in België, waaronder:
Naast de arts-consulent moet er ook een kinder- en jeugdpsychiater of psycholoog worden geraadpleegd. De kinder- en jeugdpsychiater of psycholoog moet het medische dossier inzien, de patiënt onderzoeken, zich vergewissen van de oordeelsbekwaamheid van de minderjarige, en dit schriftelijk attesteren. De behandelende arts moet de patiënt en zijn wettelijke vertegenwoordigers op de hoogte brengen van het resultaat van deze raadpleging. De behandelende arts moet ook de ouders van de minderjarige patiënt voorzien van alle informatie zoals vereist voor minderjarige patiënten.
Deze extra plichten zijn bedoeld om ervoor te zorgen dat de beslissing van een oordeelsbekwame minderjarige zorgvuldig wordt overwogen en dat alle betrokkenen goed geïnformeerd zijn.
Wat is een voorafgaande euthanasieverklaring en wie kan deze indienen in België?
Een voorafgaande euthanasieverklaring in België is een schriftelijk document waarin een wilsbekwame volwassene aangeeft dat hij of zij in de toekomst euthanasie wenst als aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. De voorwaarden voor een geldige voorafgaande euthanasieverklaring zijn:
De persoon lijdt aan een ernstige en ongeneeslijke aandoening (onomkeerbaar). De persoon is permanent niet meer bij bewustzijn, zoals bij coma.
Het is belangrijk op te merken dat de voorafgaande euthanasieverklaring doorgaans niet van toepassing is op situaties van dementie, omdat dementerende patiënten vaak momenten van helderheid hebben. Er zijn echter uitzonderingen als de dementie leidt tot permanent coma.
Wat zijn de procedurele voorwaarden voor het opstellen van een voorafgaande euthanasieverklaring in België?
De procedurele voorwaarden voor een voorafgaande euthanasieverklaring in België omvatten:
Het invullen van de voorafgaande euthanasieverklaring, waarvan de verplichte inhoud is vastgelegd bij KB 2/4/2003. Het invullen van de verklaring moet plaatsvinden in aanwezigheid van twee getuigen, waarvan er minstens één geen materieel belang mag hebben bij euthanasie. Dit betekent dat de getuigen geen erfgenamen of belanghebbenden mogen zijn. De voorafgaande euthanasieverklaring heeft geen vervaldatum en is van onbepaalde duur sinds 15 maart 2020. Voor die datum was deze vijf jaar geldig. Het is mogelijk om de verklaring bij de gemeente te registreren, maar dit is niet verplicht. Het niet registreren doet geen afbreuk aan de geldigheid ervan. Het is echter de verantwoordelijkheid van de patiënt om de verklaring bekend te maken, te verspreiden en tijdig te verlengen indien nodig. De patiënt kan ook één of meer vertrouwenspersonen aanwijzen om zijn of haar wil te vertolken bij de bespreking van de euthanasieverklaring.
Moeten zorgverleners in België verplicht ingaan op een euthanasieverzoek?
Nee, zorgverleners in België zijn niet verplicht om in te gaan op een euthanasieverzoek. De Belgische euthanasiewet beschermt de gewetensvrijheid van alle zorgverleners. Een euthanasieverzoek heeft geen bindend karakter zoals een negatieve wilsverklaring. Dit betekent dat niemand gedwongen kan worden om mee te werken aan euthanasie, ongeacht de redenen.
Zorgverleners moeten echter binnen zeven dagen na het eerste verzoek de patiënt of zijn vertrouwenspersoon inlichten over hun weigering en de redenen ervoor geven. Ze moeten ook doorverwijzen naar een andere arts die bereid is euthanasie uit te voeren, of de contactgegevens verstrekken van een centrum of vereniging die gespecialiseerd is in euthanasierecht.
Kan een arts in België worden verhinderd om euthanasie toe te passen als hij of zij zich aan de wettelijke voorwaarden houdt?
Nee, sinds maart 2020 is er een wijziging in de wet die bepaalt dat “Geen enkele al dan niet schriftelijke clausule mag een arts beletten om met inachtneming van de wettelijke voorwaarden euthanasie toe te passen.” Dit betekent dat er geen directe of indirecte beperkingen zijn op de uitvoering van euthanasie door een arts, tenzij deze niet in overeenstemming is met de wettelijke voorwaarden.
Dit geeft artsen de bevoegdheid om euthanasie toe te passen als aan de wettelijke vereisten is voldaan, zonder dat externe clausules of overeenkomsten dit kunnen verhinderen.
Wat zijn de zorgvuldigheidsplichten van artsen bij weigering van euthanasie volgens de Belgische wet sinds 15 maart 2020?
Sinds 15 maart 2020 zijn er zorgvuldigheidsplichten voor artsen bij de weigering van euthanasie volgens de Belgische wet. Deze plichten omvatten:
Weigering wegens gewetensbezwaren: De patiënt of vertrouwenspersoon moet tijdig, en ten laatste binnen zeven dagen na het eerste verzoek, worden ingelicht over de weigering. De arts moet de redenen voor de weigering uitleggen. De patiënt of vertrouwenspersoon moet worden doorverwezen naar een andere arts die bereid is euthanasie uit te voeren. De contactgegevens van een "centrum of een vereniging die in euthanasierecht zijn gespecialiseerd" moeten worden verstrekt. Binnen vier dagen na het verzoek moet het medische dossier aan de nieuwe arts worden overgemaakt. Weigering wegens medische redenen: De patiënt of vertrouwenspersoon moet tijdig worden ingelicht over de weigering. De arts moet de redenen voor de weigering uitleggen. De medische reden voor de weigering moet in het dossier worden vermeld. De contactgegevens van een "centrum of een vereniging die in euthanasierecht zijn gespecialiseerd" moeten worden verstrekt. Binnen vier dagen na het verzoek moet het medische dossier aan de nieuwe arts worden overgemaakt.